...
Met Tristan und Isolde schreef de Duitse componist Richard Wagner een revolutionair werk dat de opera- en muziekgeschiedenis sterk zou beïnvloeden. Wagner wou met deze partituur die eind de jaren 1850 in Zwitserland en Italië ontstond, een monument voor de liefde oprichten. Hij stelde het eerst voor als een tussendoortje nadat hij zijn werk aan zijn monumentale Ring-project had onderbroken. Een werk met minder personages en minder complexe verhaallijnen moest het worden. Iets dat makkelijker op te voeren was en eindelijk weer eens wat geld in het laatje zou brengen. Bij het middeleeuwse Keltische verhaal over Tristan en Isolde dat in meerdere versies op diverse plekken in Europa opduikt, vond hij voldoende stof om het over de onvoorwaardelijke en oneindige liefde te hebben, de liefde die zelfs tot voorbij de dood reikt. Zijn persoonlijke biografie en turbulente liefdesleven, met onder meer zijn muze Mathilde Wesendonck in een hoofdrol, maar ook de teksten van filosoof Arthur Schopenhauer vielen samen met dat eeuwenoude verhaal dat ook al heel wat over de liefde reveleert. Het genie van Wagner koppelde zijn persoonlijke visie op opera en theater aan een tijdloos en universeel thema. Hij wist daarvoor ook nog eens een unieke muziektaal te vinden. Dat leverde een hoogst originele partituur op die zangers en orkest na exceptioneel veel repetities, naar de rand van hun mogelijkheden en uithoudingsvermogen dreef. Een makkelijk commercieel succes zou Tristan und Isolde dus niet worden. Het zou overigens nog tot juni 1865 duren vooraleer Wagner, met de financiële steun van Ludwig II, het veeleisende werk in München eindelijk in première zag gaan. Ook vandaag hebben zangers en musici een flinke kluif aan een uitvoering van Tristan und Isolde. We rekenen de komende weken in eerste instantie op dirigent Alejo Pérez en op de Argentijnse sopraan Carla Filipcic Holm als Isolde en de Australische tenor Samuel Sakker als Tristan. Maar ook de regisseur heeft zijn handen vol om een verhaal op de scène te brengen dat zich veel meer in de hoofden en harten van de personages afspeelt dan in hun handelingen. Daarvoor doet Operaballet Vlaanderen een beroep op Philippe Grandrieux die hiermee zijn opera regiedebuut maakt. Deze Franse cineast staat bekend om zijn fysieke, zintuiglijke filmtaal. Hij verklaarde dat hij Isolde als brandpunt ziet van de handeling in deze opera. Volgens hem wordt ze gedreven door een cocktail van woede en begeerte. De spanning die in haar woekert ziet hij als een oceanische drang die onmogelijk bevredigd kan worden, tenzij in de dood. Dat oceanische gevoel is ook iets wat op de muziek van Tristan und Isolde van toepassing is. Het is de roesmuziek bij uitstek die het publiek wil meeslepen en hen het mysterie van de liefde wil doen aanvoelen. Het lijkt dus alvast een goed idee van de regisseur en operaballet Vlaanderen om deze keer af te zien van boventiteling en vertaling zodat alle zintuigen van de toeschouwers op de echte beleving van de opera gericht kunnen zijn.