...

Bij de ingang van de tentoonstelling hangt een affiche van het internationaal jazz- festival van Parijs in 1949. De toon wordt meteen gezet: Toots' naam prijkt er (overigens foutief gespeld als 'Thielsmans'!) naast die van onder anderen Sidney Bechet, Charlie Parker en Django Reinhardt. Geen andere Belgische jazzartiest is zo onderdeel van het muzikale wereldtoneel geweest als Toots Thielemans. En dat bijna 70 jaar lang. Na Toots' overlijden in 2016 schonk de Private Stichting Toots Thielemans zijn persoonlijke archief aan de Koninklijke Bibliotheek van België (KBR). Via diezelfde Stichting vonden elf van zijn instrumenten hun weg naar het Muziekinstrumentenmuseum (MIM).Beide instellingen sloegen de handen ineen om de twee collecties tijdelijk weer samen te brengen. Verspreid over twee verdiepingen, zijn er muziekinstrumenten, briefwisseling, platen en cd's, partituren en vooral veel muziek- en beeldmateriaal te ontdekken. Wie de expositie bezoekt, wordt omgeven door de sound van Toots.Toots' muziek weerklinkt doorheen de verschillende ruimten. Wie de hoofdtelefoon die bij het binnengaan wordt meegegeven, inplugt, krijgt bovendien toegang tot bijkomende geluidsfragmenten. Het ontroert om Toots in zijn typische stijl te horen vertellen. Over hoe hij bijvoorbeeld in contact kwam met de jonge John Lennon, die dezelfde Rickenbackergitaar als hij wou. Of over hoe fier hij was om met Hollywoodlegende Cary Grant en componist Quincy Jones op de foto te mogen. Tien jaar geleden, ter gelegenheid van Toots 90, was er in het Brusselse Vanderborghtgebouw al een eerdere, niet onaardige Toots-expositie. Deze gaat echter verder, qua opzet én qua omvang. Op enkele schoonheidsfouten in de begeleidende teksten en enkele objecten die niet helemaal ter zake doen na, is dit een zeer geslaagde tentoonstelling. Bijzonder is de combinatie van laagdrempeligheid en diepgang. Aan de ene kant weerklinken Toots' samenwerkingen met grote namen als Paul Simon en Sting, en komen zijn bijdragen aan de soundtracks van populaire tv-series als Witse en Baantjer aan bod. Aan de andere kant gaat de expositie evenzeer in op de specificiteit van de chromatische mondharmonica als instrument en op de muzikale finesse van Toots als componist en als improvisator.