BOEKEN "Een dier denkt niet na over hoe of wat het gaat doen. Een mens wel. Men zegt dan dat zo iemand iets 'onmenselijks' gedaan heeft. Dat het 'beestachtig' is dat iemand dergelijke gruwelijke dingen doet bij een ander. Maar in wezen zijn mensen erger dan dieren." Een fragment uit 'Het gezicht van het kwaad' van wetsdokter Wim Van de Voorde. "Schrijven en lesgeven zijn voor mij middelen om dit vak te verwerken", zegt hij.
...
Professor Wim Van de Voorde is wat men noemt, een autoriteit wat betreft forensische geneeskunde. Meer zelfs, hij ligt aan de basis van de forensische geneeskunde in ons land. Als één van de plichtvakken geneeskunde volgde hij gerechtelijke geneeskunde bij een toevallige naamgenoot, prof. Herman Van de Voorde - "een eerder ambachtelijke opleiding die eruit bestond mee te lopen met de prof". Maar de interesse was gewekt en zo trok hij naar Zürich om zich verder te bekwamen in dit vak. Waarom toch? "Omdat ik dit heel boeiend en interessant vind. Medisch is het de breedst overkoepelende specialisatie. En er zit een aspect waarheidsvinding bij: de laatste momenten van het leven reconstrueren. Ik heb me altijd aangetrokken gevoeld voor het onbekende. En natuurlijk is het soms spannend: aan de buitenkant zie je niet wat er aan de binnenkant fout is gelopen!" In zijn 25-jarige loopbaan voerde Wim Van de Voorde als wetsdokter duizenden lijkschouwingen uit, hij onderzocht duizenden plaatsen waar een bloederige misdaad is gepleegd, hij kwam in contact met duizenden slachtoffers en daders, in en buiten de rechtbank. Door dat alles kreeg hij een goed beeld van 'het kwaad': "Je hebt het intentionele kwaad van de psychopaat, de terrorist, de verkrachter en de roofmoordenaar, maar ook het soms door razende emotie ingegeven kwaad van de jaloerse echtgenoot of het ongewilde kwaad bij een ongeval". Dat de mens geen braaf beestje is, blijkt uit de verhalen van Dr. Wim Van de Voorde. "Dat kwaad zit zelfs ergens verborgen in ieder van ons. De meeste moorden zijn immers volledig ongepland en vaak hebben we niet eens een wapen nodig. Als wetsdokter ga je dan ook uit van de slechtst mogelijke hypothese. Wij zijn erg argwanend. Ja, we zijn paranoïde op dat vlak." "Laat het gesprek varen, laat het gelach achterwege. Hier is de plaats waar het de dood behaagt het leven te helpen", luidt een inscriptie uit 1595 in de anatomiezaal van Padua. In zijn boek geeft de senior van de Vlaamse wetsdokters de lezer een uniek inzicht in hoe de menselijke geest werkt in haar donkerste gedaante. "Ja, deze job heeft natuurlijk invloed op het mensbeeld dat je ontwikkelt", zegt Wim Van de Voorde."Naarmate ik ouder word, stoort het me meer en meer hoe gratuit mensen onverdraagzaam zijn. Dag in dag uit, word je geconfronteerd met de slechtste kant van de mens, a rato van zo'n 700 lijkschouwingen per jaar. Heel veel zelfdodingen. Veel zinloos geweld ( even stilte). Als je in dit vak niet kunt relativeren, word je ofwel cynicus ofwel alcoholicus! Gelukkig heb ik vanuit mijn Grieks-Latijnse vorming een bijzondere belangstelling voor geschiedenis en filosofie ontwikkeld. Dat helpt om dit alles te kunnen relativeren. " Wim Van de Voorde heeft het vakgebied ook zien evolueren in de 25 jaar dat hij het beroep uitoefent: DNA-onderzoek, sporenonderzoek, erkenning in 2002 door Volksgezondheid als specialisatie, in Leuven heeft forensische geneeskunde zelfs een plaats gekregen binnen het UZ, een unicum in België. "Toen ik begon had je huisartsen, chirurgen, anatoom-pathologen die af en toe als bijjob een autopsie verrichten. De voorbije jaren hebben we een eeuw ingelopen op andere landen en is ons vak geprofessionaliseerd en wetenschappelijk sterk omkaderd. Maar een Riziv-nummer, dat hebben we nog steeds niet gekregen. Omdat we zogezegd 'geen behandeling uitvoeren' en 'geen bijdrage leveren tot de zorg'. Wat ik ten stelligste betwist. Wij leveren een belangrijke bijdrage tot de volksgezondheid: we onthullen de juiste doodsoorzaak, hebben een preventieve rol, brengen belangrijke gegevens aan bij nieuwe besmettingen, voedselintoxicaties, enz. Wist u dat bij 30 procent van de overlijdens de opgegeven doodsoorzaak fout is en in 5 tot 10 procent van de gevallen gaat het om een significante fout, wat wil zeggen een fout met het overlijden tot gevolg."