Kan een zevende staatshervorming een antwoord bieden op toekomstige uitdagingen in de gezondheidszorg? In aanloop naar de parlementsverkiezingen van juni volgend jaar is de eensgezindheid hierover ver zoek. Politici vliegen elkaar alvast in de haren.
...
Vorige week vierde Bemedtech, de Belgische federatie van medische technologieën zijn 65ste verjaardag. Dat gebeurde in stijl met een symposium in Brussel. Met als thema 'zuurstof voor de zorg' zoomden diverse sprekers in op de krapte aan zorgverleners (verpleegkundigen, artsen...). Daarbij kwam ook de vraag aan bod wat het potentieel is van medische technologie om bij te dragen tot een oplossing. De dag sloot af met een politiek debat onder leiding van Christophe Deborsu. Uit een poll onder de toehoorders bleek alvast dat 40% de garantie op kwaliteitsvolle zorg als belangrijkste toekomstige uitdaging in de gezondheidszorg zien. Daarna volgden betaalbaarheid door de overheid (24%) en financiële toegankelijkheid voor de patiënt. Hierop inhakend wees apotheker Tineke Van Hooland (Open VLD) op de uitdagingen: vergrijzing van bevolking en zorgpersoneel, stijgend aantal chronische aandoeningen, tekorten aan zorgverleners... Voor haar moet de gezondheidszorg een shift realiseren naar Value Based Healthcare. Dat betekent in essentie dat er een striktere link is tussen kwaliteit en kosten. "Prioritair moeten we 'healthcare' dus opnieuw definiëren", aldus Van Hooland. De kabinetschef van minister Vandenbroucke Jan Bertels (Vooruit) was het eens met de prioriteiten die de zaal stelde. Tegelijk verwees hij naar de quadruple aim van de WHO. Niet enkel kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid zijn belangrijk maar ook het welzijn van de zorgverstrekkers. "Voldoende geld voorzien voor de gezondheidszorg is een politieke keuze", aldus Bertels. "Maar het gaat niet enkel over geld. Ook hervormingen zijn noodzakelijk om investeringen zo doelmatig mogelijk aan te wenden. Tevens moeten we verder gaan in taakdelegatie en -differentiatie op basis van skills." Apotheker en voormalig APB-voorzitter Lieven Zwaenepoel (studiedienst Groen) ziet weinig nieuwe uitdagingen. Hij verwees naar een oriëntatienota chronische zorg uit 2010 en naar de verlenging van het plan geïntegreerde zorg. Actieplannen, ook voor meer e-gezondheid, vergen natuurlijk tijd en financiële middelen. "Alle stakeholders moeten mee zijn en er is een visie en langetermijnplan nodig", aldus Zwaenepoel. "Technologie kan in de zorg wel een hulpmiddel zijn maar ten allen tijde moet de mens centraal blijven staan." Federaal parlementslid en tandarts Frieda Gijbels (N-VA) zag de betaalbaarheid van de gezondheidzorg als grootste uitdaging. Dat garanderen is slechts mogelijk als verspilling wordt tegengegaan en op dat vlak zitten de structuren niet goed. "Zorg is nu versnipperd tussen de federale overheid en de deelstaten", aldus Gijbels die als voorbeeld naar preventie verwees. Dit is een bevoegdheid van de deelstaten maar de vruchten ervan komen de federale overheid ten goede. "Om zorgkwaliteit te garanderen is dus een staatshervorming noodzakelijk", dixit het Kamerlid. Zo verzeilde het debat in communautair vaarwater. Gijbels stond vrij geïsoleerd. MR-voorzitter Georges-Louis Bouchez was het alvast absoluut oneens met haar. De sokkel van de Sociale Zekerheid blijft volgens hem in alle geval federaal. "En dus zou regionaliseren betekenen dat in Wallonië socialistische ministers met nationaal (en dus Vlaams) geld van de sociale zekerheid Franstalige ziekenhuizen beheren. Dat komt de doeltreffendheid niet ten goede", lachte de MR-voorzitter. Voor Laurent Heyvaert (Ecolo) staat samenwerking centraal. Deze dient wel rekening te houden met de eigenheid van Vlaanderen, Brussel en Wallonië. "De drie regio's moeten tegelijk vooruitgaan en vooral kwaliteitsvolle zorg is essentieel", benadrukte hij. "De zorgvrager heeft geen boodschap aan institutionele spelletjes", bracht Jan Bertels in. "Wel is er inderdaad nood aan samenwerking. Dat is bijvoorbeeld het geval met het plan voor geïntegreerde zorg. Lokaal gebonden populatiemanagement kan natuurlijk maar dat is wat anders dan regionalisering. Bij defederalisering is de olifant in de kamer Brussel. Daarvoor heeft N-VA geen oplossing." Tineke Van Hoolandt wil de gezondheidszorg in de eerste plaats efficiënt organiseren. "Door te regionaliseren worden niet plots alle problemen opgelost", zei ze. "In plaats van nieuwe structuren in te voeren, luidt de vraag vooral hoe we organisaties efficiënter kunnen laten werken." Voorts verwees Bertels naar de goede aanpak van de covidpandemie omdat de federale minister van Sociale Zaken het heft in handen had genomen. Een kritische Frieda Gijbels wacht echter nog altijd op een 'eerlijke evaluatie' van het toen gevoerde beleid. Bertels beloofde een OESO-doorlichting in de loop van december. Lieven Zwaenepoel deed nog zijn duit in het zakje door niet a priori tegen een herschikking van bevoegdheden te zijn op voorwaarde dat dit in twee richtingen gaat en er dus ook geherfederaliseerd wordt. Tot slot stelde Bouchez vast dat er over een staatshervorming geen Vlaamse eenheid bestaat. Het debat zelf toonde dat volgens hem aan - al ontbraken wel vertegenwoordigers van CD&V en VB (n.v.d.r).