Zo, ik heb uw aandacht. Het zijn, voor alle duidelijkheid, niet mijn woorden. Het zijn de woorden van een arts.

Tijdens het fietsen luister ik steevast naar een podcast. De podcastbibliotheek is inmiddels behoorlijk gevuld, de dagelijkse van De Standaard staat bij de favorieten. Er wordt doorgaans in een 20-tal minuten wat dieper ingezoomd op een actueel thema. Tijdens de zomermaanden komen er langere en boeiende verhalen voorbij die eerder al in de krant verschenen.

Recent luisterde ik naar de verhalen van enkele artsen die zelf patiënt werden, binnen de discipline die ze doorgaans zelf behandelen.

Zijn artsen gewone patiënten of brengt de wetenschap meer paniek met zich mee? Hoe geraak je voorbij de ratio van de arts naar de emotie van een patiënt? Men bracht het verhaal van drie artsen.

Een interventioneel radioloog uit Amsterdam dacht alles te weten van kanker, maar bleek uiteindelijk niks te weten. "Ik ben gevlucht in de ratio. Vaak hebben artsen geen idee wat de impact is op de patiënt, de consultatie van 10 minuten is geen afspiegeling van de werkelijkheid, huilen deed ik thuis."

"The show must go on, ik ben blijven werken als dokter. Het is wie ik ben, het is mijn identiteit. Het geeft me zelfvertrouwen en autoriteit, als patiënt ben ik bang en onzeker. Maar stilaan leer ik meer patiënt te zijn. Collega's bekijken me nu in de eerste plaats als patiënt en niet meer als dokter, dat is hard."

Geconfronteerd worden met een psychische aandoening en daar als arts over communiceren is wellicht nog moeilijker. Het stigma doorbreken was net de bedoeling van de arts in deze podcast. En hij is niet alleen met een niet-somatische problematiek.

De peer pressure weegt, zegt men ook bij Doctors4Doctors. De dokter is doorgaans de laatste die hulp zoekt voor zichzelf. De cijfers bevestigen alleen maar: vier artsen op de tien voldoen aan de kenmerken van burn-out. Bij artsen-specialisten in opleiding loopt dat op tot bijna 60%. Eén dokter op de vijf drinkt (een beetje) meer dan aanbevolen, 2,2% zit in de gevarenzone, zo blijkt uit een recente bevraging van Artsenkrant.

Plato wist het al: elke dokter zou moeten getroffen worden door de ziekte die hij/zij behandelt. Ik wens het niemand toe, maar de arts met de bipolaire stoornis geeft wel aan dat hij een beter arts is geworden nu hij de front- en de backstage kent.

Van doktersjas naar operatiehemd. Van een status van haast alwetende redder naar weerloos en bang in bed. De professor neurologie kreeg een hersenbloeding: "Ik voel me nu veel meer specialist dan ik ooit was". Het moet echter bijzonder confronterend zijn. "De verpleegkundigen die ik mee heb opgeleid kwamen me wassen en plaatsten een urinaire katheter. De respectvolle manier waarop ze dat deden werd enorm geapprecieerd".

Er is, binnen onze sector, uiteraard veel begrip voor somatisch lijden. Het niet-somatisch lijden wordt echter misschien al te vaak wat geminimaliseerd of als normaal aanzien. Zou het helpen om het verborgen lijden binnen onze sector wat meer en openlijker met elkaar te bespreken om het stigma te doorbreken? Het stigma waardoor mensen nu misschien niet altijd de hulp zoeken die ze nodig hebben.

Zo, ik heb uw aandacht. Het zijn, voor alle duidelijkheid, niet mijn woorden. Het zijn de woorden van een arts.Tijdens het fietsen luister ik steevast naar een podcast. De podcastbibliotheek is inmiddels behoorlijk gevuld, de dagelijkse van De Standaard staat bij de favorieten. Er wordt doorgaans in een 20-tal minuten wat dieper ingezoomd op een actueel thema. Tijdens de zomermaanden komen er langere en boeiende verhalen voorbij die eerder al in de krant verschenen.Recent luisterde ik naar de verhalen van enkele artsen die zelf patiënt werden, binnen de discipline die ze doorgaans zelf behandelen.Zijn artsen gewone patiënten of brengt de wetenschap meer paniek met zich mee? Hoe geraak je voorbij de ratio van de arts naar de emotie van een patiënt? Men bracht het verhaal van drie artsen.Een interventioneel radioloog uit Amsterdam dacht alles te weten van kanker, maar bleek uiteindelijk niks te weten. "Ik ben gevlucht in de ratio. Vaak hebben artsen geen idee wat de impact is op de patiënt, de consultatie van 10 minuten is geen afspiegeling van de werkelijkheid, huilen deed ik thuis.""The show must go on, ik ben blijven werken als dokter. Het is wie ik ben, het is mijn identiteit. Het geeft me zelfvertrouwen en autoriteit, als patiënt ben ik bang en onzeker. Maar stilaan leer ik meer patiënt te zijn. Collega's bekijken me nu in de eerste plaats als patiënt en niet meer als dokter, dat is hard." Geconfronteerd worden met een psychische aandoening en daar als arts over communiceren is wellicht nog moeilijker. Het stigma doorbreken was net de bedoeling van de arts in deze podcast. En hij is niet alleen met een niet-somatische problematiek. De peer pressure weegt, zegt men ook bij Doctors4Doctors. De dokter is doorgaans de laatste die hulp zoekt voor zichzelf. De cijfers bevestigen alleen maar: vier artsen op de tien voldoen aan de kenmerken van burn-out. Bij artsen-specialisten in opleiding loopt dat op tot bijna 60%. Eén dokter op de vijf drinkt (een beetje) meer dan aanbevolen, 2,2% zit in de gevarenzone, zo blijkt uit een recente bevraging van Artsenkrant.Plato wist het al: elke dokter zou moeten getroffen worden door de ziekte die hij/zij behandelt. Ik wens het niemand toe, maar de arts met de bipolaire stoornis geeft wel aan dat hij een beter arts is geworden nu hij de front- en de backstage kent.Van doktersjas naar operatiehemd. Van een status van haast alwetende redder naar weerloos en bang in bed. De professor neurologie kreeg een hersenbloeding: "Ik voel me nu veel meer specialist dan ik ooit was". Het moet echter bijzonder confronterend zijn. "De verpleegkundigen die ik mee heb opgeleid kwamen me wassen en plaatsten een urinaire katheter. De respectvolle manier waarop ze dat deden werd enorm geapprecieerd". Er is, binnen onze sector, uiteraard veel begrip voor somatisch lijden. Het niet-somatisch lijden wordt echter misschien al te vaak wat geminimaliseerd of als normaal aanzien. Zou het helpen om het verborgen lijden binnen onze sector wat meer en openlijker met elkaar te bespreken om het stigma te doorbreken? Het stigma waardoor mensen nu misschien niet altijd de hulp zoeken die ze nodig hebben.