...

Dokter Jos Vanhoof, huisarts en bestuurslid van Bvas, vindt het logisch dat artsen steeds positiever staan tegenover multidisciplinaire samenwerking. De taken van de huisarts en de specialist zijn er niet eenvoudiger op geworden. De follow-up van de chronische zorg van veelal oudere, zelfs bejaarde patiënten met niet zelden multipele aandoeningen, is steeds meer centraal komen te staan en neemt meer tijd in beslag. Dan red je het niet meer alleen. "Goede multidisciplinaire samenwerking is niet alleen nodig voor de kwaliteit, maar werkt mits een goede regie ook kostenbesparend."De patiënt met een complexe zorgvraag heeft een zorgteam nodig, waarin de huisarts een bijzondere rol speelt. "Hij is, in de medische context, de copiloot van de patiënt en stuurt samen met de patiënt het gepaste zorgantwoord aan vanuit de beoogde doelstellingen. Om deze doelstellingen te bereiken, laat de arts zich bijstaan door andere zorgprofessionals. Een aantal taken, waaronder biometrie, kunnen perfect gedelegeerd worden naar bijvoorbeeld een praktijkverpleegkundige, weliswaar het best onder toezicht.Dat artsen specifieke medische taken, zoals vaccineren, tot hun eigen takenpakket blijven rekenen, is normaal - meent hij. Artsen zijn ten slotte ook opgeleid als de experts in de medische context.Met point-of-care-tests kunnen apothekers vandaag allerlei biologische waarden meten, maar een diagnose stellen blijft toch het voorbehouden terrein van de arts. Binnen een integrale ketenzorg heeft de apotheker een belangrijke functie om het correct gebruik van de medicatie te bewaken, en zo mee controle uit te voeren over de zorgafspraken. Maar het is de arts die de gemandateerde blijft voor het zorgvoorschrift: de patiënt rekent op de arts om de juiste delegatie van zorgtaken correct te bewaken. "In deze integrale en geïntegreerde lijn staat de patiënt centraal, maar met naast hem steeds zijn huisarts als copiloot van de zorg."