...

Fidler-Benaoudia et al. keken naar de gegevens van 40 landen verspreid over vijf continenten. Aan de hand van registers berekenden ze de incidentie-ratio (IR) voor vrouwen versus mannen. De onderzochte personen waren tussen 30 en 60 jaar oud. Cijfers waren voorhanden voor de perioden 1993-1997 en 2008-2012.De incidentie van longkanker was significant hoger bij vrouwen dan bij mannen in zes landen: Canada, Denemarken, Duitsland, Nederland, Nieuw-Zeeland en de VS. In de leeftijdsgroep van Nederlanders tussen 45 en 49 bijvoorbeeld, bedroeg de IR 1,5 voor mensen geboren rond 1963, terwijl men voor de geboortecohorte van 1948 slechts 0,7 optekende.In 23 andere landen kwam een trend naar hogere incidentiecijfers bij vrouwen tot uiting. In de resterende 11 landen scoorden vrouwen lager dan mannen.Beide seksen hebben een aandeel in het omkeren van de verhoudingen. Over het algemeen zag men de leeftijdsspecifieke incidentie van longkanker bij mannen van de ene geboortecohorte naar de andere dalen. Daarentegen waren er bij vrouwen in heel wat leeftijdsgroepen stijgers over de jaren heen.Onderzoekscijfers leveren het bewijs dat vrouwen in de betrokken leeftijdscohorten minder of ten hoogste bijna evenveel rookten als mannen. Er moet dus een andere oorzaak zijn voor de vastgestelde evolutie. Bepaalde factoren, zoals de afname van de professionele blootstelling aan kankerverwekkende stoffen bij de man, bieden slechts een gedeeltelijke verklaring.De auteurs van de studie veronderstellen dat vrouwen intrinsiek gevoeliger zijn voor longkanker. Een reeks argumenten onderbouwt deze hypothese. Zo hebben verschillende studies aangetoond dat het risico van longkanker eveneens hoger is bij vrouwen dan bij mannen in de populatie van mensen die nooit gerookt hebben. Onderzoek wijst ook uit dat vrouwen met longkanker minder doeltreffende mechanismen voor het herstel van DNA hebben in vergelijking met hun mannelijke lotgenoten. Een andere mogelijke factor bij vrouwen is de sterkere expressie van oncogenen en genen die betrokken zijn bij de activering van procarcinogenen.Hoe dan ook, één van de mogelijke consequenties van deze resultaten is dat er extra aandacht moet zijn voor tabakspreventie bij vrouwen. Onderzoekster Claudia Henschke, die niet bij de studie betrokken was, zegt in een interview met MedPage Today dat vrouwen de sigaret moeilijker kunnen loslaten dan mannen, omdat ze er meer gunstige psychologische effecten van ondervinden. Dat maakt het hogere risico van longkanker bij rooksters des te relevanter.