Het Federale Kenniscentrum Gezondheidszorg kreeg van minister Frank Vandenbroucke (Vooruit) de opdracht een stand van zaken op te maken van de geïntegreerde zorg in ons land.
...
Ons land startte het traject naar de uitbouw van geïntegreerde zorg in 2008. In 2015 presenteerden de verschillende overheden in ons land een gemeenschappelijk plan. Maar de gedeelde visie verhinderde niet dat projecten heel versnipperd tot stand kwamen: de protocol 3-projecten en de zorgtrajecten diabetes en chronisch nierfalen in 2009, de 12 proefprojecten geïntegreerde zorg in 2015,...De staatshervorming van 2014 herverdeelde de bevoegdheden. De Vlaamse Gemeenschap startte prompt de hervorming van de eerste lijn met onder meer de regionale zorgraden. Voor de zorgverleners zorgden die versnipperde inspanningen voor verwarring en, soms, voor ontmoediging. Bij haar aantreden bepaalde de huidige regering dat er in 2024 een eerste versie van een interfederaal plan geïntegreerde zorg op tafel moet liggen. Belgische patiënten zijn wel tevreden over de zorg die ze krijgen, en over hun zorgverleners. Maar van de typische maatregelen die horen bij geïntegreerde zorg, zoals het formuleren van de eigen zorgdoelstellingen, merken ze weinig en meestal zelfs niets, bemerken de onderzoekers betrokken bij het KCE-rapport. Zorgverleners zelf schatten de maturiteit van de geïntegreerde zorg in ons land maar laag in. Het grote obstakel voor de verwezenlijking ervan is volgens hen de financiering. Discussiegroepen inventariseerden de barrières en faciliterende elementen voor geïntegreerde zorg, en met experts formuleerden de onderzoekers wel 555 actiepunten. Om dat wat concreter te maken, ondernamen de auteurs van het rapport vervolgens zelf een poging om een gefaseerd transitietraject uit te tekenen, met drie 'assen': de overheden moeten samen een operationeel beleidsplan uitwerken, ze moeten bepalen hoe groot de territoria zijn en ze moeten de financiering herbekijken. Een samenwerkingsakkoord tussen de verschillende overheden moet de doelstellingen en prioriteiten van geïntegreerde zorg op korte, middellange en lange termijn vastleggen. Het interfederaal plan geïntegreerde zorg moet het startsein zijn. De overheden leggen een beleidsstructuur vast en scheppen de mogelijkheid voor de gewenste hervormingen op het terrein. Het KCE-rapport suggereert om een continuüm van scenario's op te stellen: van ad hoc-hervormingen tot een volledig hervormd model voor de zorg. De haalbaarheid van verschillende scenario's kan dan onderzocht en afgetast worden. De eigenlijke hervormingen werkt men, na aftoetsing aan de quintuple aim, uit in overleg met de zorgverleners, de betrokken instellingen en organisaties, en de patiënten. Hoe groot moeten de gebieden zijn waarin je geïntegreerde zorg rond de persoon organiseert? Een kleinschalig niveau bevordert het uitbouwen van netwerken van goed op elkaar ingespeelde (zorg)professionals. Maar misschien is er dan wel wat te weinig aanbod. Voor omvangrijkere gebieden verzamel je makkelijker de vereiste competenties binnen een 'back office': financiële expertise, databeheer, populatiemanagement... Je kunt dan ook beter het interprofessioneel en -sectorieel overleg organiseren. Het KCE denkt aan een niveau waarop er genoeg financiële armslag is om 'shared savings' te realiseren, en daarbij een risicocorrectie mogelijk is bij onzekerheid over de terugverdieneffecten. De zorg is momenteel geografisch verschillend afgebakend voor de eerste lijn (eerstelijnszones), de tweede lijn (locoregionale ziekenhuisnetwerken), de psychische zorg (GGZ-netwerken),... Het zal nodig zijn die verschillende geledingen beter in overeenstemming te brengen. Geïntegreerde zorg betekent dat de verschillende disciplines binnen het afgebakende gebied gaan samenwerken, maar dat vraagt wel ondersteuning en een investering. Het KCE pleit er in ieder geval voor de 'governance' binnen de regionale geledingen simpel en transparant te houden: geen complexe, hiërarchische structuren. Bij de financiering gaat het er vooral over hoe zorgverleners gehonoreerd worden. De prestatiebetaling is afgestemd op acute zorg maar vormt, ook volgens de wetenschappelijke literatuur daarover, een belemmering voor het uitbouwen van geïntegreerde zorg. Het rapport ziet meer heil in gemengde betalingssystemen, die bijvoorbeeld ook preventieve zorg, het multidisciplinair samenwerken en coördinerende taken belonen. Het stelt voor de honorering van zorgverleners stapsgewijs te hervormen - het veranderen van het financieringsmodel is een onderdeel van de ruimere hervorming en geen doel op zich. Het rapport benadrukt dat je sommige noodzakelijkheden al onmiddellijk kunt beginnen te realiseren. Je zult de gegevensstromen moeten creëren die 'population management' en het monitoren van de zorg op lokaal niveau mogelijk maken (dashboards), je zult een geïntegreerd multidisciplinair patiëntendossier nodig hebben, de wet moet taakdelegatie bij multidisciplinaire samenwerking mogelijk maken,... Geen reden om daarmee te wachten. Ten slotte waarschuwt het rapport ervoor dat geïntegreerde zorg op langere termijn misschien wel efficiëntiewinsten oplevert, maar pas na de nodige investeringen.