In een opiniestuk neemt Kathleen Depoorter, apotheker en kamerlid voor N-VA, het wetsontwerp op de korrel 'houdende maatregelen ter bestrijding van een gezondheidscrisis in het domein van volksgezondheid'. "Deze regering is meer rood-donkerrood dan paars-groen", schrijft ze. Ook hekelt ze dat er geen lessen uit het verleden getrokken worden.
...
De wet beoogt onder meer het behoud, onderhoud en beheer van een strategisch stock te regelen, de regelmatige bevoorrading van de markt en tijdelijke maatregelen in het kader van de covid-crisis. Kathleen Depoorter vindt het wetsontwerp, dat nog voor de commissie Volksgezondheid van het federaal parlement moet verschijnen, een neerslag van een "rood-donkerrode regering". "De totale machtpositie en het in beslagnemen van de markt met onder andere dwanglicenties getuigen wat mij betreft van de afwezigheid van een liberale of christendemocratische input." "Tijdens de pandemie is uitdrukkelijk gebleken dat ons land en bij uitbreiding Europa veel te afhankelijk geworden zijn van Azië voor de productie van geneesmiddelen en medische hulpmiddelen. In plaats van bijvoorbeeld de btw-handicap van Europese bedrijven ten opzichte van bedrijven uit het oosten weg te werken, gaat de regering nog een grote stap verder. In het wetsontwerp staat dat zij in kader van een pandemie over kan gaan tot het aankopen van een API (actieve farmaceutische substantie) om dan zelf medicatie te vervaardigen. Een precedent dat koude rillingen geeft aan menig Vlaams ondernemer." Verder vindt Depoorter dat er geen lessen worden getrokken uit het verleden, meer bepaald wat de strategische stock geneesmiddelen en medische hulpmiddelen betreft. "Dat de Zweedse regering voor de officina-apotheek koos om de distributie en stock van jodiumpillen te voorzien, had alles te maken met het fijnmazige netwerk aan publiek opengestelde apotheken en hun toegankelijkheid. Deze tekst geeft echter prioriteit aan de ziekenhuisapotheken. Dat betekent in de praktijk dat ten tijde van een pandemie met een besmettingsgevaar als deze, de toestroom aan patiënten naar het ziekenhuis vergroot. Met andere woorden een stijging van het besmettingsgevaar voor de patiënt, en ook een gemiste kans om de al overbelaste ziekenhuizen te ontzien." Het wetsontwerp holt bovendien het beroep van officina-apotheker compleet uit, stelt ze, "door de stelling dat ziekenhuisapotheken en artsen de ambulante patiënt in het kader van een pandemie kunnen voorzien van de noodzakelijke medicijnen. Nergens is er in dit kader een passage te vinden over de farmacovigilantie die de apotheker als kerntaak uitvoert. Wil de regering terugkeren naar het artsendepot dat de voorbije eeuw afgevoerd werd?" Wat betreft diezelfde farmacovigilantie, omtrent de covid-vaccinaties, stelt Depoorter zich vragen bij de rol van het FAGG. "Via een anoniem platform zou het FAGG neveneffecten en andere bijzonderheden bijhouden. Bestaande tools via het Gedeeld Farmaceutisch Dossier en het Globaal Medisch Dossier via Vaccinnet en de DGO (Dienst voor Geneesmiddelenonderzoek, het analyselaboratorium van APB, nvdr) worden niet vernoemd", stelt ze. "Maar laat het nu net het FAGG zijn dat in de eerste golven van deze crisis absoluut geen blijk gaf van vooruitziendheid en daadkracht. Een voorbeeld. Al van in het voorjaar was de problematiek rond een mogelijk veel grotere vraag (naar griepvaccins, nvdr) duidelijk. Pas in de zomer nam het FAGG actie. Een grondige evaluatie van de werking van het FAGG zou veeleer op zijn plaats zijn dan een ongeziene uitbreiding van bevoegdheden met beperkte politieke controle."