Momenteel is er nog heel wat onzekerheid over hoe en wanneer eventueel bijkomende covid-19-vaccinaties later dit jaar georganiseerd zullen worden. Vast staat wel dat de griepvaccins voor het seizoen 2022/2023 er aankomen. Daarnaast mogen we ook het belang van pneumokokkenvaccinatie bij de risicogroepen niet vergeten. Dr. Pascal Van Bleyenbergh, pneumoloog aan het UZ Leuven, zet de zaken op een rijtje.
...
Aangezien de griep een seizoensziekte is, staat de periode waarin gevaccineerd wordt vast. Elk najaar wordt geadviseerd om de verschillende risicogroepen voor griep te vaccineren zodat zij beschermd zijn op het moment dat de geanticipeerde griepepidemie haar opwachting maakt tijdens de winter (1). Personen die tot de risicogroepen voor griep behoren, vormen grotendeels ook de risicogroepen waarvoor pneumokokkenvaccinatie aanbevolen is (2).Het verschil is dat pneumokokkeninfecties niet gebonden zijn aan een bepaald seizoen. Ze komen het hele jaar voor. Vaccinatie tegen pneumokokken kan daarom op om op het even welk moment van het jaar overwogen worden. Toch vindt dr. Van Bleyenbergh het moment van de griepvaccinatie een uitgelezen moment om ook pneumokokkenvaccinatie te bespreken, en indien beide vaccins nodig zijn om deze gelijktijdig toe te dienen. En dat mag: verschillende studies hebben aangetoond dat dit geen invloed heeft op de veiligheid en de werkzaamheid van beide vaccins. Gelijktijdige toediening zou kunnen helpen om de vaccinatiegraad tegen pneumokokken in België op te krikken; die bedraagt slechts 15%. Dat is een pak lager dan de griepvaccinatiegraad, waar we cijfers zien die schommelen tussen 55% en 75%. Wanneer we vragen hoe het komt dat de vaccinatiegraad voor pneumokokken zo laag is, geeft dr. Van Bleyenbergh aan dat meerdere factoren een rol spelen. Er zijn minder campagnes ter promotie van pneumokokkenvaccinatie en het vaccin is minder goed ingeburgerd. Huisartsen lijken minder vaak te denken aan dit vaccin in vergelijking met het griepvaccin. In zekere mate speelt ook mee dat een pneumokokkenpneumonie nog te vaak als minder ernstig beschouwd wordt, en goed te behandelen is met antibiotica.Niet helemaal terecht, meent dr. Van Bleyenbergh, want een pneumokokkenpneumonie kan gevaarlijk zijn en gezondheidsgevolgen hebben. Zo zien we dat na een pneumokokkenpneumonie de kans op cardiovasculaire mortaliteit verhoogd is, of dat sommige patiënten hun zelfredzaamheid verliezen. Ook de patiënten lijken zich minder bewust van het bestaan van pneumokokkenvaccins. Een recente bevraging van patiënten, uitgevoerd in UZ Leuven, gaf aan dat meer dan 80% er zich niet van bewust was dat er een vaccin bestond. Daarentegen gaven zij aan wel open te staan om zich te laten vaccineren. Verder is er ook een financiële drempel. In tegenstelling tot de griepvaccins, die gedeeltelijk terugbetaald worden, is dit momenteel niet het geval voor de pneumokokkenvaccins. Dat speelt zeker wel mee, want we zien in omringende landen waar er wel een terugbetaling voorzien is dat de vaccinatiegraad hoger ligt. Volgens het advies van de Hoge Gezondheidsraad (HGR) van oktober 2021 mogen covid-19-vaccins samen gegeven worden met griepvaccins (3). Data van klinische studies zijn beschikbaar en tonen aan dat de veiligheid en werkzaamheid niet beïnvloed wordt. Overigens mogen covid-19-vaccins en pneumokokkenvaccins ook samen gegeven worden. Hoewel de klinische studies daarover nog lopen, gaat de HGR, evenals de CDC in de Verenigde Staten, ervan uit dat beide vaccins simultaan gegeven kunnen worden, aangezien het gaat om twee niet-levende vaccins.Dr. Van Bleyenbergh denkt dat alvast voor dit jaar een simultane toediening niet aan de orde is. Gezien de logistieke beperkingen die met covid-19-vaccins gepaard gaan (respecteren van de koude keten, multidosis-presentaties), lijkt het onwaarschijnlijk dat covid-19- vaccinaties in het najaar van 2022 bij de huisarts zullen plaatsvinden. Die zullen eerder opnieuw via de vaccinatiecentra gebeuren, die specifiek op de covid-19- vaccinatie zullen focussen. Voorlopig lijkt het dus logischer om covid-19-vaccinatie los te zien van griep- en/of pneumokokkenvaccinatie. De doelgroepen zijn ook niet geheel dezelfde, en bovendien is het tijdstip waarop er het best opnieuw gevaccineerd wordt tegen covid-19 onduidelijk. Dat zal afhangen van de epidemiologie. Op dit moment beschikken we voor volwassenen over twee pneumokokkenvaccins in België: het 23-valent polysacharidevaccin (PPV23) en het 13-valent conjugaat-vaccin (PCV13). De huidige aanbevelingen van de gezondheidsraad zijn dan ook gebaseerd op deze twee vaccins (2). Voor de meeste risicogroepen wordt een dubbele vaccinatie aanbevolen, steeds eerst vaccinatie met PCV13 gevolgd door PPV23 na minstens één jaar bij gezonde personen tussen 65 en 85 jaar (na minstens acht weken bij hoogrisicopatiënten). Voor gezonde personen tussen 65 en 85 jaar kan als alternatief overwogen worden om slechts een vaccin te gebruiken, in dit geval PPV23 om de meest brede bescherming te verkrijgen. Maar er komen binnenkort nieuwe pneumokokkenvaccins op de Belgische markt. Het EMA keurde recent twee nieuwe geconjugeerde vaccins goed voor volwassenen, een 15-valent conjugaat-vaccin en een 20-valent conjugaat-vaccin (4,5). Aangezien beide geconjugeerd zijn en meer serotypes bevatten, wordt verwacht dat de HGR voor het einde van het jaar een nieuw advies uitbrengt over hoe de verschillende risicogroepen het best gevaccineerd worden met deze nieuwe vaccins. Hoe dat advies er precies zal uitzien, en wat de plaats van het huidige 23-valente polysacharidevaccin nog zal zijn, is nog even af te wachten. Met de komst van deze nieuwe vaccins zal ongetwijfeld ook de mogelijkheid tot terugbetaling opnieuw in de schijnwerpers komen. Wat de uitkomst daarvan zal zijn, weten we natuurlijk niet. Eén zaak is wel duidelijk: er is nog veel werk aan de winkel om de vaccinatiegraad voor pneumokokken in België naar omhoog te krijgen. Dr. Van Bleyenbergh meent dat meer inzetten op gelijktijdige vaccinatie met de griepvaccins daarbij een belangrijke troef is.