...

In 2023 deden farma- en biotechbedrijven in België 446 octrooiaanvragen, of bijna twee per werkdag. Het aantal octrooiaanvragen is de voorbije vijf jaar met 42 procent gegroeid - een bewijs dat de sector in België blijft investeren in onderzoek en ontwikkeling, zegt Geert Steurs, Chief Economist van pharma.be, de vereniging van de innovatieve geneesmiddelenindustrie."De totale R&D-investeringen in de sector worden voor 2023 geschat op ongeveer 5,7 miljard euro. Op vijf jaar is dat toegenomen met bijna 60 procent." In Europa bestaat sinds 2000 de Lissabon-norm, die zegt dat lidstaten drie procent van hun bbp zouden moeten investeren in R&D. "België zit daar met 3,5% ruim boven, maar denk de farmasector weg en we duiken onder dat streefdoel", stelt Steurs. Hetzelfde beeld is te zien bij de export. In 2023 lag die weliswaar lager dan in de twee voorgaande jaren, toen de export van coronavaccins een turbo op de export zette. Maar zelfs zonder dat covideffect is de export de voorbije vijf jaar met ruim 80 procent gegroeid. De biofarmaceutische sector is in 2023 goed voor 56% van het Belgische handelsoverschot, veruit het grootste aandeel van alle sectoren.Waar de meeste exportgerichte Belgische bedrijven vooral naar de buurlanden exporteren, is dat voor farma niet het geval: de export gaat wereldwijd en de belangrijkste exportbestemming is de Verenigde Staten. "België heeft daarvoor een uitstekende logistieke organisatie uitgebouwd, met onder meer de luchthavens in Zaventem en Luik die gecertifieerd zijn om geneesmiddelen onder strenge kwaliteitsvoorwaarden van de European Good Distribution Practice (GDP) te behandelen", vertelt Steurs. "Ook de haven van Antwerpen is - als eerste haven wereldwijd - gecertifieerd om geneesmiddelen waar dat kan via de maritieme weg te exporteren. Ik was vorige week nog op de opening van een logistiek warehouse van één van onze leden in Lessines, en dat is echt het neusje van de zalm in logistiek." De tewerkstelling in de sector blijft groeien. In 2023 waren er ongeveer 45.000 directe jobs - een toename met bijna 19 procent in de laatste vijf jaar. Reken daar de indirecte tewerkstelling en de 'geïnduceerde tewerkstelling' bij - jobs die gecreëerd worden doordat mensen die direct of indirect in de sector werken een besteedbaar inkomen hebben - en je komt op een totaal van 142.000 jobs, rekent Steurs voor. Bij de directe jobs zijn er ruim 6.700 onderzoekers. Dat aantal is de voorbije vijf jaar met liefst 27 procent gegroeid - alweer een indicatie van het gewicht van R&D in België. "Al dat onderzoek is ook goed nieuws voor patiënten. In eerste instantie dankzij de vele clinical trials, waarin België zeer goed scoort, dankzij een ecosysteem met uitstekende universiteiten en onderzoekscentra. Als die trials finaal leiden tot nieuwe geneesmiddelen - wat natuurlijk geen evidentie is - en die ook nog terugbetaald worden in België, dan kunnen alle patiënten daarvan profiteren." Ondanks het vele goede nieuws uit de Pharma Figures waarschuwt Steurs voor zelfgenoegzaamheid. "Andere landen hebben ook ontdekt dat de farmasector een sector van strategisch belang is die bovendien weinig conjunctuurgevoelig is - door de vergrijzing zal de vraag naar geneesmiddelen en behandelingen blijven stijgen. En dan kijken ze met enige afgunst naar een klein land met een relatief kleine eigen afzetmarkt en zulk een grote biofarmaceutische voetafdruk. Grote landen als Frankrijk en Duitsland zwaaien met grote budgetten om strategische investeringen aan te trekken en om activiteiten terug te halen uit landen als China en India. Onze overheid pakt graag uit met de farmasector, maar moet waakzaam zijn en de sector blijven ondersteunen." In dat verband stoort Steurs er zich aan dat het debat over het geneesmiddelenbudget niet altijd zuiver wordt gevoerd. "De geneesmiddelenuitgaven zouden 'exploderen'. Wij kunnen met de cijfers van het Riziv zwart op wit aantonen dat het geneesmiddelenbudget trager groeit dan de rest van de gezondheidszorg. Binnen dat budget zit de uitgavengroei bovendien niet bij de innovatieve geneesmiddelen maar juist bij oudere geneesmiddelen buiten patent." Steurs wil ook het beeld van de 'geheime farmadeals' bijstellen. "Die contracten worden niet afgesloten door een minister of zijn kabinet, maar door een werkgroep met vertegenwoordigers van de ziekenfondsen, het Riziv, de Commissie Tegemoetkoming Geneesmiddelen (CTG), en van vier ministers - plus maximaal twee vertegenwoordigers van het bedrijf en een waarnemer van pharma.be. Daar kijken dus heel wat ogen naar. De contracten zijn publiek, op een vertrouwelijke bijlage met de financiële details na. Die hele procedure is wettelijk geregeld, en heeft dus niets te maken met 'achterkamertjespolitiek'."