...

In contrast met de maatregelen om de epidemie af te remmen die absolute voorrang moeten hebben in een breed gedragen maatschappelijk kader, is de zorg voor de besmette patiënten niet méér prioritair dan andere noodzakelijke zorg. Ons prachtig solidariteitsmodel garandeert elke burger dezelfde adequate zorg, ongeacht sociale conditie, geslacht of leeftijd. Ook uit hoofde van deze gelijkheid kan er dus geen verschil zijn in prioriteit op basis van ziektebeelden.Noodzakelijke zorg impliceert een diagnosestelling of een behandeling die binnen gekende richtlijnen van dringendheid niet kan worden uitgesteld zonder kans op blijvende schade voor de burger die inmiddels patiënt is geworden. Ongeacht de ernst van de epidemie moeten de voorzieningen zo blijven dat elk ernstig ziektebeeld met de juiste graad van urgentie of prioriteit verder adequaat wordt behandeld zonder onderscheid. De kinderen, de kankerpatiënten en alle ziekten die blijvende schade kunnen veroorzaken, moeten met zelfde voorrang blijven behandeld worden. In een oorlogssituatie worden de gekwetsten die terug naar het slagveld kunnen eerst behandeld. De situatie vandaag wordt graag vergeleken met oorlog, maar is het niet! Daarom moet een verticale lijn worden getrokken. De broodnodige samenlevingsregels om de pandemie in te dijken zijn onontbeerlijk, maar de bescherming van de zwakkere die patiënt is geworden, is een dogma.