...
Hier en daar - ook in ons land - gaan stemmen op om jonge volwassenen en kinderen niet te vaccineren. Ze worden immers zelden ernstig ziek na besmetting met het SARS-CoV-2. De sterfte door covid-19 is bij hen al helemaal sporadisch. In zeldzame gevallen kent de infectie een dramatisch verloop en ontpopt ze zich tot het multisystemisch inflammatoir syndroom van het kind (multisystem inflammatory syndrome in children, MIS-C). Waar gaat het om? Kinderen met MIS-C krijgen in het verloop van een infectie met het SARS-CoV-2 een reeks symptomen, zoals aanhoudende koorts, een versnelde ademhaling en hartslag, maagpijn, braken, diarree, en in het ergste geval multiorgaanfalen. De Amerikaanse Sharon Ostfeld-Johns, die tegelijk een opleiding als internist en kinderarts genoot, stelt in een blog dat MIS-C hetzelfde syndroom is als de cytokinestorm die men bij volwassenen met covid-19 beschrijft (2). Dat leidt ze af uit een vergelijking tussen de symptomen en afwijkingen die zich bij beide beelden voordoen. Maar, zo zegt ze, omdat kinderen een eigen fysiologie hebben, drukken ze het klinisch beeld enigszins anders uit. Ze hebben minder respiratoire symptomen, mogelijk omdat ze minder ACE2-receptoren hebben. Daardoor treden de digestieve klachten op de voorgrond.Hoe dan ook, MIS-C is zeldzaam. Maar dan nog blijft er een goede reden over om kinderen te vaccineren: het remmen van de transmissie. Kinderen zijn waarschijnlijk geen superverspreiders van het SARS-CoV-2 (1), zoals dat met griep wél het geval is. Maar omdat varianten met een hogere besmettelijkheid opduiken, mag geen middel onbenut blijven om de transmissie tegen te gaan. Nu kan men uit de resultaten van een groeiend aantal studies afleiden dat het vaccin wel degelijk de transmissie van het SARS-CoV-2 remt, zij het niet volledig. Die studies meten het aantal asymptomatische infecties met en zonder vaccin. Een studie bij Britse zorgverleners toonde onlangs nog aan dat vaccinatie zowel het aantal symptomatische als het aantal asymptomatische infecties doet afnemen. (3) Toch kunnen we slechts betrouwbare conclusies trekken uit echte transmissiestudies. Daarbij gaat men na of de naasten van gevaccineerde patiënten een lager besmettingsrisico hebben dan die van niet-gevaccineerde patiënten. De ontwikkeling van een vaccin bij kinderen behelst globaal dezelfde stappen als bij volwassenen. Men begint met de oudste kinderen, iets jonger dan 12 jaar. Daarna komen steeds jongere leeftijdsgroepen aan bod, tot men bij de zuigelingen aanbelandt. De kinderen krijgen toenemende dosissen, zodat een optimaal evenwicht tot uiting komt tussen de immuunrespons en het risico op bijwerkingen. De volgende stap zijn fase 3-studies, met grote aantallen en een controlegroep. De gevaccineerde kinderen krijgen een maandenlange follow-up. De immuunrespons na vaccinatie is doorgaans forser bij kinderen dan bij volwassenen, wat men toeschrijft aan het feit dat het jonge immuunsysteem nog maar weinig met ziekteverwekkers in contact getreden is. Kinderen van 12 tot 15 jaar die twee standaarddosissen van het Pfizer-vaccin kregen, ontwikkelden veel hogere titers van neutraliserende antilichamen dan jonge mensen tussen 16 en 25 jaar, met hetzelfde vaccinatieschema. Net omdat ze zeer sterk op het vaccin reageren, hebben kinderen meer kans om na vaccinatie koorts te krijgen. Mogelijk beperkt men dus de dosis, met het oog op een toereikende immuunrespons, maar waarbij er toch niet te veel koorts optreedt. Hoe dat precies uitpakt, valt te bekijken, want kinderen hebben bij koorts doorgaans een minder uitgesproken ziektegevoel dan volwassenen. Om organisatorische redenen kan men bij kinderen moeilijk fase 3-studies uitvoeren met populaties van een paar tientallen duizenden personen. Men zal zich dus tevreden moeten stellen met een paar duizenden kinderen. En omdat kinderen weinig vatbaar zijn voor covid-19 bestaat het risico dat het aantal infecties, en zeker het aantal symptomatische infecties, zeer laag blijft, waardoor het problematisch wordt om het effect van het vaccin aan te tonen.Sommige experts denken dat men zich er gerust toe mag beperken het effect te documenteren op basis van immunologische parameters. Als kinderen sterker op het vaccin reageren dan volwassenen, kan men ervan uitgaan dat ze minstens even goed beschermd zijn, luidt de redenering.Andere experts pleiten ervoor toch maar klinische bewijzen op te sporen. Een recent communiqué van Pfizer maakte de resultaten bekend van een fase 3-studie bij adolescenten van 12 tot 15 jaar. De populatie omvatte iets meer dan 2.000 adolescenten. Er werden 18 gevallen van covid-19 opgetekend in de controlegroep, versus geen enkel in de gevaccineerde groep. Mogelijk kan men even overtuigende resultaten neerzetten in een studie met jongere kinderen. Veel zal afhangen van het aantal besmettingen in de algemene bevolking. Uiteraard zal ook bij de kinderen de veiligheid van het vaccin worden bewaakt. Een aandachtpunt is meer bepaald het ontsporen van de inflammatie onder vorm van MIS-C.