...

Het voorstel was gebaseerd op de resultaten van een enquête bij artsen. Die had onder meer duidelijk gemaakt dat artsen vragende partij zijn voor een indexatie van het remgeld op consultaties. "De 1 of 4 euro bij huisartsen zijn immers al lang niet meer van deze tijd", aldus Kartel. Ook bleek dat zowel huisartsen als (bepaalde) specialisten nood hebben aan telefonische consultaties, maar dat omwille van praktische redenen een ander systeem voor elke groep nodig is. Voor huisartsen stelde Kartel een jaarlijkse vergoeding van 5 euro per GMD voor, specifiek als vergoeding voor telefonische consultaties en uitbetaald aan de huisarts als afzonderlijk bedrag. Het gaat hierbij om reguliere huisarts- praktijken, zonder New Deal of forfaitair georganiseerde praktijken. Als alternatief zou een huisarts een gemengd bedrag krijgen (deels forfait + deels per prestatie). Voor specialisten wil Kartel duidelijke minimale voorwaarden om een telefonische consultatie aan te rekenen. Zo moet er een verslag beschikbaar en controleerbaar zijn. Dat verslag moet minstens een behandelvoorstel of beleidswijziging bevatten die tijdens het telefonisch consult werd besproken. De afspraak voor het telefonisch consult wordt vooraf vastgelegd in een afsprakenboek, en er is een limiet van twee telefonische consulten per patiënt per jaar. In dat geval zou de specialist 4 euro kunnen aanrekenen, plus 4 euro verplicht te innen remgeld via een (ziekenhuis-)factuur aan de patiënt. De andere leden van de werkgroep - vertegenwoordigers van de andere artsensyndicaten en van de ziekenfondsen - wezen het voorstel echter af.