...
Het congres kaartte belangrijke topics aan. Bijvoorbeeld de voor-en nadelen van digitale gezondheidszorg en de rol van de artsen in de samenleving.Professor huisartsgeneeskunde Roy Remmen (UAntwerpen) stelde vooreerst vast "dat alles almaar sneller verandert. De huisarts moet zich beter positioneren en heeft nood aan een beter imago en 'branding'. We moeten duidelijk maken dat wij de specialisten van de eerste lijn zijn. Vandaag zijn er specialisten voor alles en nog wat. Belangrijk is dat we allemaal samenwerken aan een gecoördineerde, multidisciplinaire geneeskunde."En het financieel model? "Zelf ben ik voorstander van forfaitaire geneeskunde zonder uiteraard de kwaliteit in gevaar te brengen", zegt dokter Remmen. "Zo kunnen we kwalitatieve zorg verstrekken aan iedereen, ook aan de meest kansarme patiënten. In zekere zin zijn multidisciplinaire, forfaitaire groepspraktijken de toekomst van huisartsen. Ze komen tegemoet aan de stijgende noden van de bevolking. Meer middelen moeten naar de eerste lijn gaan en minder naar intramurale zorg."Een grote uitdaging voor artsen is om een antwoord te bieden op de noden van de populatie. "Men vergeet wel eens dat patiënten verwachtingen en noden hebben", leidde LOZ-topman Xavier Brenez het symposium in. Een recente peiling van het ziekenfonds stelde dat 'levenskwaliteit en preventie' voor de politiek prioritair moeten zijn. Mensen vragen ook meer transparantie over prijzen, behandelingen en zorgkwaliteit.Benjamin Fauquert, lector aan het departement huisartsgeneeskunde van de ULB, overliep de nieuwe technologieën en de voordelen en risico's van digitale tools voor artsen en patiënten en de arts-patiëntrelatie. "Bij consultaties kunnen heel wat tools gebruikt worden. Maar voor patiënten zijn er vooral veel gadgets die niet altijd doeltreffend zijn. Dat geldt ook voor connected tools zoals bijvoorbeeld het gebruik van een camera van een smartphone om een melanoom te herkennen", zegt dr. Fauquert."Vandaag gaat alle aandacht naar big data. Dat gaat gepaard met het gebruik van tools, sensoren, apps, netwerken, het stockeren van gegevens en analyses van die gegevens. Die analyses moeten nieuwe risicofactoren identificeren, bijdragen tot de epidemiologie, de geneesmiddelenbewaking en het ontcijferen van het genoom. Proberen om iemand te identificeren met hetzelfde profiel als dat van een persoon met dezelfde risico's is een nieuwe manier om aan preventie te doen, maar de methode is vooralsnog te experimenteel."Om de tools goed te kunnen evalueren moet men zich baseren op 'invarianten'. Het gaat dan over de competenties van de huisarts, de noodzaak van een toegankelijke geneeskunde en het medisch geheim. Fauquert: "De toepassingen moeten toegankelijk zijn voor iedereen. Vandaag zijn artsen helaas nog onvoldoende 'digitaal opgeleid'. En er is een gebrek aan 'digitale cultuur' bij patiënten."De informatie wordt overigens niet geregistreerd in het EMD. "Het is moeilijk om medische gegevens te zoeken in apps en om ze te integreren in het medisch dossier. En er zijn geen apps voor de coördinatie tussen zorgprofessionals. De klinische interpretatie blijft problematisch terwijl we over ontzettend veel gegevens beschikken. Er worden correlaties gemaakt, maar we zijn er niet altijd zeker van of die correct zijn. Achter het genoom moeten er mensen zijn die data interpreteren. Vandaag is het zelfs een nieuw beroep: technici gespecialiseerd in genoomadvies. Maar het is nog niet duidelijk hoe goed die nieuwe geneeskunde is op termijn. Een ander negatief punt is de 'alarmvermoeidheid'. Heel wat tools hebben alarmsystemen en die zijn niet altijd pertinent. De tools moeten dus verbeterd worden om te vermijden dat zorgprofessionals 'tool-moe' worden."Digitalisering kan tenslotte ook gepaard gaan met angst omdat patiënten de ingezamelde informatie niet altijd zelf kunnen interpreteren en duiden. Een ander minpunt is de 'garbage in garbage out', slechte gegevens invoeren in een systeem levert slechte analyses op en dat is iets wat heel vaak gebeurt.En het verschil tussen veiligheid en surveillance? Een systeem heeft nood aan veiligheid, zonder te veel surveillance, zo klinkt het. Fauquert: "Digitale geneeskunde is geneeskunde met vier P's: preventief, predictief (of voorspellend), persoonlijk (gepersonaliseerd) en participatief. Maar er zijn ook risico's zoals bijvoorbeeld etnocentrisme. Het is perfect mogelijk om een paternalistisch systeem te reproduceren met digitale tools. Het is zaak om waakzaam te blijven als we een systeem willen dat participatief is en een betere balans biedt tussen preventieve en curatieve zorg. Als de digitale geneeskunde veilig wil zijn, dan moet er werk gemaakt worden van een duidelijk juridisch en technisch kader en van de nodige opleiding."