Eén op de tien kinderen (*) zou het slachtoffer zijn van incest. Intrafamiliaal seksueel geweld blijft vaak onopgemerkt. Huisartsen verkeren echter soms in de mogelijkheid het te vermoeden en het slachtoffer te helpen. Tact, geduld en strategie zijn hier aan de orde.
...
In België heeft de zaak-Dutroux een kwalijke invloed gehad op de ideeën die de bevolking zich vormt rond geweld tegen kinderen. Mensen denken dat kinderen mishandeld worden door criminelen die geen deel uitmaken van de leefwereld van de slachtoffers. Niets is minder waar. In de overgrote meerderheid van de gevallen kennen kinderen hun belager (zeer) goed. Vaak maken dader en slachtoffer zelfs deel uit van hetzelfde gezin.Op 1 juni 2022 is een nieuw seksueel strafwetboek in werking getreden. Voortaan wordt het als een verzwarende omstandigheid beschouwd als incest en seksueel geweld worden gepleegd binnen de familiekring. De nieuwe wet geeft trouwens een bredere omschrijving van potentiële daders. De wetgever gaat ervan uit dat er geen sprake kan zijn van toestemming door een minderjarige jonger dan 16 jaar als de dader een familielid tot in de derde graad is, of ook ieder ander persoon die een gelijkaardige positie heeft in het gezin (stiefvader, halfbroer, tante, ...) of occasioneel met de minderjarige samenwoont (een volwassen medehuurder bijvoorbeeld) (Art. 417/6). Anders gezegd, er hoeft geen familieband te zijn tussen de incestpleger en het slachtoffer om een relatie als incestueus te omschrijven.Zo'n 20% van de slachtoffers blijft tijdens de periode van het misbruik asymptomatisch, maar 80% ontwikkelt klinische, gedragsmatige en/of relationele symptomen. Men kan deze symptomen indelen naargelang ze bij de hulpverlener een min of meer sterk vermoeden doen rijzen: ·Sterk suggestieve symptomen zijn herhaalde schimmel- en blaasinfecties, vaginale infecties, letsels rond de anus, atypische krabletsels (op de onderbuik, bovenaan op de dij, op de borst, ...), fistels, enz. ·Vrij suggestieve symptomen zijn secundaire encopresis en enuresis, seksueel overdraagbare infecties, een plotse verslechtering van de schoolresultaten, schoolverlaten, van huis weglopen, enz. "Geen van deze aanwijzingen is specifiek of kan als bewijs gelden", waarschuwt Samira Bourhaba, psycholoog aan het Centre thérapeutique Kintsugi, Luik. "Maar ze moeten wel systematisch aanleiding geven tot het vermoeden van (intrafamiliaal) seksueel misbruik. Het vermoeden van incest moet worden onderbouwd met gegevens die elkaar bevestigen en versterken. Daarom is nader onderzoek aangewezen, meer bepaald naar de dynamiek binnen het gezin."Incest is oorzaak en gevolg van een bijzonder functioneren binnen het gezin. De rol van de ouder en de relaties tussen gezinsleden zijn niet dezelfde als bij 'gezonde' gezinnen. Een kind dat het slachtoffer is van incest, krijgt te maken met machtsmisbruik, zwijgplicht, loyaliteitsconflicten, affectieve chantage, culpabiliserende uitlatingen, enz. Voor een kind is dat bijzonder verwarrend. Meestal voelt het zich ongemakkelijk, maar beseft (nog) niet dat de situatie abnormaal, laat staan onwettig is. "Als de dader een adolescent is, vindt de eerste episode van seksueel misbruik vaak op een rechtstreekse en brutale wijze plaats", legt Samira Bourhaba uit. "Een volwassen dader gaat echter veeleer geleidelijk te werk. In een eerste, voorbereidende fase zorgt hij ervoor dat hij met het kind alleen kan zijn (het in bed stoppen, een bad geven, het haar wassen, samen naar het zwembad gaan, ...). De eerste feiten worden overigens voorgesteld als normaal, logisch, zonder veel betekenis, of zelfs aangenaam. Het slachtoffer wordt in de val gelokt en krijgt het gevoel dat het mee aanleiding heeft gegeven tot wat er gebeurt, en dat het er zelfs mee ingestemd heeft. Wat niet klopt, natuurlijk! Het kind is gewoon verstrikt geraakt in de dynamiek van de incestueuze relatie die door de dader is opgezet." De dader laat niets aan het toeval over om zijn slachtoffer van de omgeving af te zonderen en ervoor te zorgen dat het vooral niet met anderen praat. Het relationele en sociale leven van het kind kan echter aanwijzingen opleveren. Waarom komt het altijd bij de arts met de (stief)vader? Wat is de verstandhouding tussen het kind en de andere ouder (meestal de moeder)? Is het mogelijk de moeder of een andere persoon die als ouder optreedt, te ontmoeten? "En dan een zeer belangrijk gegeven: als u vraagt om met het kind onder vier ogen te spreken, kan de reactie van de ouder u ofwel geruststellen, ofwel uw vermoedens nog versterken. Als die ouder incest pleegt, is de kans klein dat hij bereid is u met het kind alleen te laten. Als u zich tot de andere ouder richt, zal zijn/haar reactie afhangen van het feit of hij/zij iets vermoedt. Ook hier is de weigering geen bewijs, maar wel een gegeven om bij stil te staan."In ieder geval is het belangrijk dat het kind weet waar het terechtkan om over het misbruik te praten. "Een poster of flyer over intrafamiliaal geweld in uw wachtzaal is op zich een boodschap", legt Samira Bourhaba uit. "Het kind begrijpt dat de arts niet iemand is die alleen verkoudheden behandelt. Hij weet dat wat ik meemaak, echt bestaat ... en misschien kan ik er met hem over spreken ... De arts kan er ook voor zorgen dat zijn telefoonnummer in de gsm van het kind opgeslagen wordt. Kortom, de arts moet contact zoeken met het kind, en tonen dat hij een luisterend oor wil bieden, en dat het gesprek in een veilige omgeving kan plaatsvinden."Als de arts de gelegenheid krijgt met de minderjarige onder vier ogen te spreken, is het belangrijk dat hij zijn woorden gericht kiest. Men kan een kind niet uitvragen zoals men dat met een volwassene doet. Een aangepaste woordenschat is belangrijk, met het oog op wat het kind kan begrijpen en uitdrukken. "Het is bijvoorbeeld niet zinvol over 'seksueel geweld' te spreken, want een kind associeert geweld met slagen, billenkoek, en geschreeuw. Als het om een zeer jong kind gaat, betekenen woorden zoals seks en seksualiteit al helemaal niets." Daders van seksueel geweld hoeven maar zelden tot lichamelijk geweld sensu stricto over te gaan, omdat hun slachtoffer vaak als verlamd reageert. Het is ook mogelijk dat de dader de feiten omschrijft als 'knuffels', 'strelen' of 'een spelletje', wat het kind nog meer in verwarring brengt.Wat kinderen - hoe jong ook - echter zeer goed aanvoelen en begrijpen, is schaamte. Daarom stelt Samira Bourhaba de volgende formulering voor: Gebeurt er thuis iets waar jij je ongemakkelijk bij voelt? Of iets waar je daarna beschaamd over bent? Goed om te weten is ook dat sommige daders verschillende kinderen binnen hun gezin of familie misbruiken, maar dat ze dit vaak sequentieel doen. 'Eén periode, één slachtoffer' is de meest voorkomende situatie.Als het kind met de dader op het consult komt, is het weinig waarschijnlijk dat het zal praten, want het moet daarna met de schuldige naar huis. Dat is ook de reden waarom men voorzichtig moet zijn als het kind eerdere verklaringen intrekt. "Het kind kan tot het besef komen dat zijn getuigenis negatieve gevolgen kan hebben voor de dader en/of voor de andere ouder. Of mogelijk heeft één van beiden tegenover het kind bedreigingen geuit. Daarom mag men er niet te snel van uitgaan dat het kind gelogen heeft als het zijn verklaring intrekt. Vraag het veeleer wat er gebeurd is nadat het zijn getuigenis heeft afgelegd." Ongeacht of het kind al dan niet met u wil praten, er komt een ogenblik waarop u als arts met de ouder(s) over uw vermoeden moet communiceren, ook al is uw rechtstreekse gesprekspartner de dader. "Het risico is groot dat hij alles ontkent en van arts verandert. Toch moet men als arts proberen het gesprek aan te gaan, al was het maar om te vermijden dat de dader er verder in slaagt zijn gedrag aan de aandacht van de omgeving te onttrekken." Onderschat ook niet de weerslag van wat u doet op het gevoel van eenzaamheid van het slachtoffer: door het gesprek aan te gaan met de dader, toont u aan dat de situatie niet normaal of aanvaardbaar is. Dat kan een kentering teweegbrengen.