'Nooit zonder pijn'

...

De doelgroep, mensen die pijn ervaren, werd duidelijk bereikt. Iets meer dan de helft van de bijna 3.000 respondenten ervaart frequent pijn: 29% is nooit zonder pijn en 26% ervaart ze bijna dagelijks. Slechts 6% heeft (bijna) nooit pijnklachten. We vroegen onze respondenten een score toe te kennen aan de pijn die ze voor het laatst ervaren hadden op een schaal van 1 tot 10, waarbij 1 'nauwelijks waarneembare pijn' betekent en 10 de 'ergst denkbare pijn'. De gemiddelde score op de pijnintensiteit-schaal voor alle correspondenten samen bedraagt 5,8, vrijwel identiek voor mannen en vrouwen.Van diegenen die geregeld pijn ervaren, hebben jonge mensen vooral last van hoofdpijn (58% van de min 35-jarigen) en oudere respondenten vooral rugpijn (49% van de 65-plussers). Rugpijn is bij uitstek de meest voorkomende pijnklacht: 70% ervaart het continu. Rugpijn is op alle leeftijden frequent, terwijl hoofdpijn duidelijk afneemt met het ouder worden: onder de 35 jaar heeft 58% geregeld hoofdpijn en na 65 jaar nog 20%. De meest frequente oorzaak van chronische pijn is artrose: 35% van onze respondenten vinkt aan hier last van te hebben. Andere veelvoorkomende oorzaken zijn chronische ziekten, stress en 'andere oorzaken'. Sportongevallen zijn goed voor 9% van de vermelde oorzaken en migraine voor 10%. Pijn als gevolg van migraine, chronische ziekte of stress komt minstens dubbel zo vaak voor bij vrouwen dan bij mannen. Pijnklachten door stress komen eerder bij jongvolwassenen voor (34% van de -35-jarigen tegenover 7% van de 65-plussers).Van onze respondenten is een kleine helft (44%) voltijds of deeltijds aan het werk. Bij 45% van de respondenten met chronische pijnklachten heeft de pijn geen impact op het uitoefenen van de job, noch op autorijden (59%) en ook niet op afspreken met vrienden (57%). Pijn bemoeilijkt wel activiteiten als heffen en tillen (onmogelijk voor 21% en moeilijk voor 58%). Huishoudelijke taken verrichten is ook minder evident, maar vooral voor vrouwen: ruim 70% ervaart hiermee moeilijkheden, tegenover 45% van de mannen. Bij de meesten wordt de slaap verstoord door de pijn.De meeste respondenten zoeken geregeld medisch hulp (arts, apotheker, pijnkliniek) omwille van hun pijn. Slechts één op drie heeft dat de afgelopen drie maanden niet gedaan. Zoals verwacht schakelen vrouwen vaker medische hulp in dan mannen (respectievelijk 73% en 65%). Leeftijd speelt hierin amper een rol, wel de frequentie van pijnklachten. Hoe vaker men kampt met pijn, hoe vaker medische hulp wordt ingeschakeld. Wanneer (nieuwe) ernstige pijn opduikt, neemt 61% een pijnstiller en raadpleegt 5% eerst een arts. Opvallend: 30% verbijt de pijn en hoopt dat het vanzelf overgaat: mannen doen dat vaker dan vrouwen. Vrouwen grijpen iets sneller naar een pijnstiller (63% tegenover 53%).Wat de soorten pijnstillers betreft slikte 62% de afgelopen drie maanden een eenvoudige pijnstiller (genre paracetamol), 50% een ontstekingsremmer en 16% een morfine-achtige pijnstiller. Ook pijnstillende zalfjes zijn in trek: 22% heeft ze de afgelopen 3 maanden gebruikt. Lichaamsbeweging is voor 31% een alternatief middel tegen pijn. Andere populaire niet-medicamenteuze maatregelen zijn ice packs (13%), warmtepacks (14%), bedrust (23%) en massage (23%). Drie procent drinkt alcohol en nog eens 3% neemt zijn toevlucht tot medicinale cannabis.Van de mensen die continu pijn hebben, slikt iets minder dan de helft (47%) dagelijks pijnstillers en van wie of van diegene die bijna dagelijks pijn heeft gebruikt 17% dagelijks pijnstillers. Slechts 2% gebruikt ze bijna nooit. De meesten nemen echter pas een pijnstiller als het echt te erg wordt; men probeert het gebruik ervan te beperken. Wordt een arts ingeschakeld omwille van het pijnprobleem, dan zal één op twee het advies strikt opvolgen, 41% neemt de voorgeschreven pijnstiller enkel in zolang de pijn duurt en 7% negeert het advies en zoekt een alternatief. Opvallend: 61% leest altijd de bijsluiter van een nieuw voorgeschreven pijnstiller, ouderen en vrouwen iets vaker dan jongere respondenten en mannen.Bijna alle respondenten (97%) hebben één of meerdere soorten pijnstillers in huis. Die kochten ze zonder voorschrift bij de apotheker (57%) of met voorschrift van een arts (74%). Bijna 70% van de respondenten geeft aan dat zijn of haar apotheker spontaan informatie geeft over de gekochte pijnstiller. Eenenzeventig procent vindt het effect van voorschriftplichtige pijnstillers goed tot zeer goed (8 - 10 op een schaal van 1 tot 10) en iets minder respondenten (61%) is even tevreden over vrij verkrijgbare pijnstillers.De enquête toont vooral dat chronische pijn een onderschat probleem is waar zeer veel mensen mee worstelen. Terwijl er veel aandacht gaat naar ziekten als diabetes en borstkanker, blijft chronische pijn sterk onderbelicht. Rugpijn is een belangrijke oorzaak van veel ellende. Dat één op drie mensen aangeeft te bewegen als alternatief pijnbestrijdingsmiddel, wijst erop dat de boodschap 'bewegen helpt tegen pijn' stilaan doordringt, alvast bij hoogopgeleiden.Opvallend is ook het lage percentage ziekteverzuim door pijn: onze respondenten slagen erin min of meer normaal te functioneren ondanks pijn. Vermoedelijk speelt ook de aard van hun werk hierin een rol.