...

De Vlaamse assistentenvereniging komt tot deze vaststelling na analyse van individuele gevallen via de loonbrieven van haar collega's. "Een dergelijke heterogeniteit zorgt alleen maar voor frustraties op de werkvloer", zegt ze. Deze heterogene situatie vloeit op haar beurt voort uit de organisatie van de toekenning van stageplaatsen. In veel gevallen worden assistenten namelijk door de coördinerend stagemeester toegewezen aan een bepaald ziekenhuis. "Artsen in opleiding kunnen met andere woorden vaak niet kiezen in welk ziekenhuis ze tewerkgesteld worden, en bijgevolg aan welke voorwaarden ze dienen te werken", klinkt het.Naast de lonen en wettelijke arbeidsvoorwaarden, vroeg Vaso haar collega-assistenten naar het aantal vakantiedagen, wetenschappelijk verlof en extralegale voordelen als verzekering, vervoerskosten, ... Wat blijkt? Niet elke assistent heeft (krijgt) het wettelijk bepaalde aantal vakantiedagen; in acht procent van de gevallen worden minder dan 20 vakantiedagen toegekend. Sommige universitaire centra geven extra vakantiedagen als compensatie voor wachtdiensten op wettelijke feestdagen of als compensatie voor het tekenen van de opting out (schriftelijke toestemming die assistent toestemming geeft om het aantal werkuren per week uit te breiden van 48 uur naar 60 uur). Om naar congressen te kunnen gaan, cursussen te volgen, enzovoort krijgen de meeste assistenten extra verlof. Slechts een op de tien aso's (14,5%) geeft aan tijd te krijgen om te kunnen studeren voor examens.Toestanden die niet kunnen, meent de assistentenvereniging. Daarom wil ze een aantal minimumvoorwaarden voor aso's in de wet laten opnemen, zoals met name een minimum aantal vakantiedagen en wetenschappelijk verlof, maar ook een minimumbasisvergoeding voor een 48-uren - werkweek, een minimum wachtvergoeding (onafhankelijk van het aantal gewerkte uren voor de basisvergoeding) en een minimumvergoeding voor overuren (niet in kader van de wachtdiensten, én berekend op weekbasis (1)).Vaso vermeldt dat pogingen tot afspraken over deze minimumvoorwaarden in het verleden steeds gestrand zijn zonder akkoord. Volgens de assistenten is de huidige context echter anders, daar sinds 2019 stagemeesters een financiële compensatie krijgen (705,98 euro per maand per aso). Dit zou eventuele financiële tegemoetkomingen voor sommige stagediensten makkelijker moeten maken, aldus Vaso. In eenzelfde adem wijst de vereniging erop dat artsen in opleiding niet vertegenwoordigd zijn in de Nationale Paritaire Commissie Geneesheren-Ziekenhuizen, waar deze minimale (loon)voorwaarden onderhandeld worden... Door afgevaardigden van de ziekenhuizen en artsensyndicaten - vaak stagemeesters. Vaso: "Arbeidsvoorwaarden die alleen door de rechtstreekse werkgever onderhandeld worden, in andere sectoren is zoiets ondenkbaar".Wat de correcte naleving van de arbeidstijd betreft, stelt Vaso een centrale opleidingsovereenkomst voor zoals deze ook bestaat bij de huisartsen in opleiding. Haio's hebben een contract met de vzw Sui waardoor zij allen aan dezelfde voorwaarden vergoed worden. Bijkomend voordeel is dat werktijden, overuren en wachtdiensten centraal geregistreerd en opgevolgd worden. "Zo hebben aso's een duidelijk aanspreekpunt bij eventuele problemen", stelt Vaso.Sinds 2010 voerde de sociale inspectie bij de artsen in opleiding nog geen enkele controle uit op de Wet op arbeidsduur, meldt de assistentenvereniging nog op basis van een recente parlementaire vraag (2). Volgens Vaso bevestigt deze enquête dan ook haar jarenlange vraag voor een centrale ombudsdienst waar assistenten terechtkunnen met klachten en problemen.