Goedendag daar! Voordien stelde ik me hier steeds voor als stagiair geneeskunde, maar ik kan nu met gepaste trots meedelen dat ik met volle overtuiging mijn vervolgopleiding als Huisarts In Opleiding (haio) start.
Meestal krijg ik dan de reactie dat ik een verstandige keuze heb gemaakt, dat er te weinig huisartsen zijn. Nochtans was het vooral een beslissing van het hart.
Maar dat huisartsentekort, dat blijft toch wel spelen. En dan komt er een overheid tussen die enerzijds het aantal toegelaten studenten geneeskunde opdrijft en anderzijds met zogenaamde subquota goochelt die nog steeds niet echt het licht hebben gezien. Een politieke situatie die me best zorgen kan baren.
Want kijk, zelfs zonder extra studenten geneeskunde, voelde de haio-sollicitatie als een ware veldslag aan. Vijf dagen nadat het startsein was gegeven, leken de opleidingsplaatsen uitgeput. Er werd over en weer gemaild tussen de pas afgestudeerde basisartsen en het ICHO - de instantie die de huisartsenopleiding coördineert.
Mondjesmaat popten er tot midden augustus bijkomende plaatsen op door het aanspreken van een beperkte reservelijst van praktijkopleiders (PO), door het directiecomité dat nieuwe praktijkopleiders die de opleiding al volgden aanstelde en tot slot door een spoedprocedure voor nieuwe aanstellingen.
Hopelijk kan u, beste lezer, zich hierbij een beeld vormen van de wet der snelste die vanaf begin juli heer en meester was van deze sollicitatieprocedure. Daarvoor stelden we ons in een online profiel voor en konden we per opleidingsperiode tien sollicitatiegesprekken aanvragen, op basis van de profielen van beschikbare stagemeesters.
Die laatsten konden dan kiezen wie van de kandidaten ze op gesprek vroegen. Het ICHO drukte ons tot slot nog op het hart om geen overhaaste beslissing te maken - die leiden vaak tot mismatchen achteraf. Steengoede raad, ware het niet dat dit onmogelijk in de praktijk leek te kunnen worden omgezet.
Het was een rat race zoals ik die zeker binnen het huisartsenvak niet verwacht had
Van de twintig sollicitatiegesprekken die ik aanvroeg, mocht ik bij vijf op gesprek. Bij twee kreeg ik het aanbod om te starten en ik had ontzettend geluk dat die ook mijn voorkeur uitdroegen. En dat ik daarmee mijn opleidingsplan rond kreeg. Als ik me bij een van deze plaatsen niet comfortabel had gevoeld, bleef er niet veel ruimte en tijd meer over om verder te zoeken. De beschikbare stagemeesters verdwenen als sneeuw voor de zon.
Wat ik hiermee probeer te kaderen, is een rat race zoals ik die zeker binnen het huisartsenvak niet verwacht had. Ik snap dat er een evenwicht moet zijn tussen het aantal opleiders en haio's, dat dat laatste geen exact op voorhand geweten cijfer is. Maar weten we niet al langer dat er steeds meer studenten voor deze specialisatie lijken te kiezen? Hoe kan het dan zijn dat er - zo lijkt het - noodoplossingen in het leven geroepen moeten worden om elke haio-sollicitant van een opleidingsplek te voorzien? Zijn deze noodoplossingen ook geen overhaaste beslissing? Zijn deze extra gerecruteerde PO's even gemotiveerd en betrokken? Indien niet, wordt het opleidingsniveau voor een aantal haio's dan niet aangetast?
En dus maak ik me wat zorgen over de toekomst, waarin er nog meer geneeskundestudenten afstuderen die een plaats zullen zoeken. Ik hoop alvast dat er tijdig en genoeg geanticipeerd kan worden op een stijgend aantal huisartskandidaten. Ga huisartsgeneeskunde studeren, zei men, we hebben u nodig. Wij de opleidingsplaatsen dan ook. Zorgt u daarvoor?
Meestal krijg ik dan de reactie dat ik een verstandige keuze heb gemaakt, dat er te weinig huisartsen zijn. Nochtans was het vooral een beslissing van het hart. Maar dat huisartsentekort, dat blijft toch wel spelen. En dan komt er een overheid tussen die enerzijds het aantal toegelaten studenten geneeskunde opdrijft en anderzijds met zogenaamde subquota goochelt die nog steeds niet echt het licht hebben gezien. Een politieke situatie die me best zorgen kan baren. Want kijk, zelfs zonder extra studenten geneeskunde, voelde de haio-sollicitatie als een ware veldslag aan. Vijf dagen nadat het startsein was gegeven, leken de opleidingsplaatsen uitgeput. Er werd over en weer gemaild tussen de pas afgestudeerde basisartsen en het ICHO - de instantie die de huisartsenopleiding coördineert. Mondjesmaat popten er tot midden augustus bijkomende plaatsen op door het aanspreken van een beperkte reservelijst van praktijkopleiders (PO), door het directiecomité dat nieuwe praktijkopleiders die de opleiding al volgden aanstelde en tot slot door een spoedprocedure voor nieuwe aanstellingen. Hopelijk kan u, beste lezer, zich hierbij een beeld vormen van de wet der snelste die vanaf begin juli heer en meester was van deze sollicitatieprocedure. Daarvoor stelden we ons in een online profiel voor en konden we per opleidingsperiode tien sollicitatiegesprekken aanvragen, op basis van de profielen van beschikbare stagemeesters. Die laatsten konden dan kiezen wie van de kandidaten ze op gesprek vroegen. Het ICHO drukte ons tot slot nog op het hart om geen overhaaste beslissing te maken - die leiden vaak tot mismatchen achteraf. Steengoede raad, ware het niet dat dit onmogelijk in de praktijk leek te kunnen worden omgezet. Van de twintig sollicitatiegesprekken die ik aanvroeg, mocht ik bij vijf op gesprek. Bij twee kreeg ik het aanbod om te starten en ik had ontzettend geluk dat die ook mijn voorkeur uitdroegen. En dat ik daarmee mijn opleidingsplan rond kreeg. Als ik me bij een van deze plaatsen niet comfortabel had gevoeld, bleef er niet veel ruimte en tijd meer over om verder te zoeken. De beschikbare stagemeesters verdwenen als sneeuw voor de zon.Wat ik hiermee probeer te kaderen, is een rat race zoals ik die zeker binnen het huisartsenvak niet verwacht had. Ik snap dat er een evenwicht moet zijn tussen het aantal opleiders en haio's, dat dat laatste geen exact op voorhand geweten cijfer is. Maar weten we niet al langer dat er steeds meer studenten voor deze specialisatie lijken te kiezen? Hoe kan het dan zijn dat er - zo lijkt het - noodoplossingen in het leven geroepen moeten worden om elke haio-sollicitant van een opleidingsplek te voorzien? Zijn deze noodoplossingen ook geen overhaaste beslissing? Zijn deze extra gerecruteerde PO's even gemotiveerd en betrokken? Indien niet, wordt het opleidingsniveau voor een aantal haio's dan niet aangetast? En dus maak ik me wat zorgen over de toekomst, waarin er nog meer geneeskundestudenten afstuderen die een plaats zullen zoeken. Ik hoop alvast dat er tijdig en genoeg geanticipeerd kan worden op een stijgend aantal huisartskandidaten. Ga huisartsgeneeskunde studeren, zei men, we hebben u nodig. Wij de opleidingsplaatsen dan ook. Zorgt u daarvoor?