De overheidsenquête over de tijdsbesteding van huisartsen verrast niet. Al langer is bijvoorbeeld bekend dat er grote regionale verschillen bestaan. Voorts is het ook een open deur intrappen dat de werkdruk hoog ligt. Wel nieuw is de consensus die er zou bestaan over het ideaal, de 40-urenweek. Behalve in de - Brusselse - wijkgezondheidscentra blijft dat echter onbereikbaar. Huisartsen verwachten bovendien dat de werkdruk zal toenemen. Dat is verontrustend. De work-life balans wordt best goed in de gaten gehouden, zoals de meer dan 4.000 antwoorden op een eerdere Artsenkrant-enquête over burn-out en verslavingen bewijzen.

Huisartsen besteden een kwart van hun tijd aan niet-patiëntgebonden activiteiten. Dat is niet louter administratie maar het blijft wel hallucinant veel en covid deed het nog toenemen. Het rapport verwacht heil van medewerkers. Het kan natuurlijk eenvoudiger. Het beste formulier is het formulier dat niet bestaat of dat is afgeschaft. Leve de blauwe krokodil!

De vele elementen waarmee men rekening moet houden, maken van de planning van het medisch aanbod onderbouwd giswerk

Over de kern van de zaak - wat is een voltijds equivalent huisarts? - blijven we op onze honger zitten. Dat is logisch. Artsen beoefenen een vrij beroep. Het staat hen, mits inachtneming van een aantal minimumcriteria, vrij hun werkweek naar eigen behoeften en interesses in te vullen. Het gevolg zijn grote (individuele) verschillen die bovendien evolueren in de tijd. Dat maakt de opdracht van een regionale of federale planningscommissie aartsmoeilijk. Het gaat ook niet alleen over huisartsen, maar evenzeer over meer dan 30 specialismen. Plus: een klein decennium scheidt het vastleggen van de quota van het moment dat artsen echt in het beroepsleven stappen. De vele elementen waarmee men rekening moet houden, maken van de planning van het medisch aanbod onderbouwd giswerk. Niet minder maar ook niet meer.

De overheidsenquête over de tijdsbesteding van huisartsen verrast niet. Al langer is bijvoorbeeld bekend dat er grote regionale verschillen bestaan. Voorts is het ook een open deur intrappen dat de werkdruk hoog ligt. Wel nieuw is de consensus die er zou bestaan over het ideaal, de 40-urenweek. Behalve in de - Brusselse - wijkgezondheidscentra blijft dat echter onbereikbaar. Huisartsen verwachten bovendien dat de werkdruk zal toenemen. Dat is verontrustend. De work-life balans wordt best goed in de gaten gehouden, zoals de meer dan 4.000 antwoorden op een eerdere Artsenkrant-enquête over burn-out en verslavingen bewijzen. Huisartsen besteden een kwart van hun tijd aan niet-patiëntgebonden activiteiten. Dat is niet louter administratie maar het blijft wel hallucinant veel en covid deed het nog toenemen. Het rapport verwacht heil van medewerkers. Het kan natuurlijk eenvoudiger. Het beste formulier is het formulier dat niet bestaat of dat is afgeschaft. Leve de blauwe krokodil! Over de kern van de zaak - wat is een voltijds equivalent huisarts? - blijven we op onze honger zitten. Dat is logisch. Artsen beoefenen een vrij beroep. Het staat hen, mits inachtneming van een aantal minimumcriteria, vrij hun werkweek naar eigen behoeften en interesses in te vullen. Het gevolg zijn grote (individuele) verschillen die bovendien evolueren in de tijd. Dat maakt de opdracht van een regionale of federale planningscommissie aartsmoeilijk. Het gaat ook niet alleen over huisartsen, maar evenzeer over meer dan 30 specialismen. Plus: een klein decennium scheidt het vastleggen van de quota van het moment dat artsen echt in het beroepsleven stappen. De vele elementen waarmee men rekening moet houden, maken van de planning van het medisch aanbod onderbouwd giswerk. Niet minder maar ook niet meer.