...
Meer en meer gemeenten worden toegevoegd aan het contigent huisartsenarme zones. De wachttijden bij heel wat specialisten zijn abnormaal lang. Veel huisartsenpraktijken voeren patiëntenstops in, er worden meer en meer huisartsenwachtposten opgericht om de wachtdiensten draaglijk te houden voor iedereen. De veroudering van het artsenkorps speelt hierin ook een niet te onderschatten rol. Daaruit wordt door velen dan maar de conclusie getrokken dat we met een teveel aan artsen zitten in ons Vlaanderenland.Er gaan zelfs stemmen op om het ingangsexamen terug af te schaffen, zodat elke geïnteresseerde student opnieuw vrijelijk en zonder belemmering kan beginnen aan de studie. Deze visie lijkt me toch iets te kort door de bocht. En wel om een aantal redenen.Ten eerste leven we hier in België in een land waar de vrije geneeskunde koning is. Iedereen kan gaan en staan waar hij/zij wil. Als ik beslis om een orthopedist te consulteren, dan doe ik dat. Wil ik morgen naar de gynaecoloog, geen probleem. Heb ik de dag nadien een zware maagontsteking, dan maak ik even een afspraak bij de maag- en darmarts. Kortom, de patiënt wordt hier in de watten gelegd dat het niet meer mooi is. Hoeft deze gang van zaken te verbazen?Helemaal niet, toch? De huidige financiering van de ziekenhuizen is hier naar mijn bescheiden mening een van de grote boosdoeners. Hun 'businessmodel' is compleet achterhaald, en stimuleert overconsumptie. Overconsumptie betekent wachtlijsten, betekent zogezegd te veel werk voor een aantal specialismen, waardoor er een schijnbaar tekort ontstaat. Heel wat werk wordt op deze manier van de eerste naar de tweede lijn gedraineerd, met als gevolg dat specialisten zich niet meer bezighouden met datgene waarvoor ze opgeleid zijn, en dat het takenpakket van de huisarts verschraalt.Een bijkomend gevolg is dan het uitvallen van een groot aantal huisartsen na vijf tot tien jaar praktijkvoering. Idem voor een aantal specialisten dat er op hun beurt de brui aan geeft.Recentelijk vernam ik het nieuws dat de Raad van bestuur van een regionaal ziekenhuis uit het Meetjesland een nieuwe voorzitter zal krijgen afkomstig uit de bouwsector. Alsof businessmodellen uit een compleet andere sector zomaar extrapoleerbaar zijn naar de medische sector. Welke kennis heeft die man of vrouw trouwens over de ziekenhuisfinanciering? Over het reilen en zeilen van een ziekenhuis? Over de relatie tussen artsen en paramedici? Over de gevoeligheden op de werkvloer, enz. Als het de bedoeling is om zijn kennis van de bouwsector over te planten op de medische sector, dan wens ik hem veel succes. Maar dan vrees ik voor de goede werking van het ziekenhuis. Een plaats waar niet de businessmodellen de hoofdrol moeten spelen, maar waar wel de patiënt centraal moet (blijven) staan.Ons aanbodgestuurd systeem zou plaats moeten maken voor een vraaggestuurd model. Het is bewezen dat hoe meer aanbod er is, hoe meer mensen medisch consumeren. Hoe meer consumptie, hoe meer de neiging tot overconsumptie en tot nutteloos gebruik van medische diensten. Maar natuurlijk ook tot meer consultaties en doktersbezoeken, waardoor de indruk ontstaat dat we met een virtueel tekort aan artsen zitten.Trouwens, de artsendichtheid in Belgie is nog altijd een van de hoogste binnen Europa. Daar wordt nooit over gesproken, maar het is wel een realiteit waar we niet omheen kunnen. Mij lijkt het fundamentele probleem dus niet een zogenaamd tekort aan artsen, alswel een ondoelmatig aanwenden van de middelen, een scheeftrekking ten voordele van de ziekenhuizen.Het huidig financieringsmodel van de ziekenhuizen zorgt voor een leegzuigen van de huisartsenexpertise, met secundair een leegloop van het huisartsenaantal tot gevolg.