De Belgische arts en epidemioloog Iris De Ryck brengt vanuit Italië regelmatig verslag uit over hoe het land de strijd tegen Covid-19 voert. Met de lessons learned kijkt ze naar België en naar hoe de crisis hier aangepakt wordt. Deze aflevering: het moment is aangebroken om strategische keuzes te maken.
...
Vandaag hebben we een punt bereikt waarop we kunnen en moeten nadenken over nieuwe, mogelijke paden in de aanpak van de coronacrisis. Het valt me op dat de meeste discussies lijken te gaan over 'Gaan we met de fiets, de trein of de bus?' en 'Wanneer vertrekken we?', in plaats van eerst in detail te bespreken en collectief te beslissen wat de bestemming van de reis moet worden. Laat het ons bekijken aan de hand van het inmiddels beruchte reproductiegetal R0. Dit cijfer geeft weer hoeveel mensen gemiddeld worden besmet door 1 persoon. R0 >1 betekent dat de epidemie uitbreidt omdat elke persoon meer dan één persoon besmet, R0 <1 betekent dat de epidemie krimpt omdat elke persoon minder dan één andere persoon besmet. Dit getal is niet alleen afhankelijk van de 'basisinfectiviteit' van het virus, maar ook van hoe lang een persoon besmettelijk is, van hoe die persoon zich gedraagt en van wat de opgebouwde basisimmuniteit in de populatie is. Een simpele formule is R0= waarbij ? het aantal infectie veroorzakende contacten per tijdseenheid is en ? de infectieuze periode. Hieruit kan je afleiden dat het verlagen van R0 op verschillende manieren kan bereikt worden. Door ? te verlagen, wat kan door ofwel het aantal contacten per tijdseenheid te verlagen (bv. thuisblijven), ofwel de kans dat een contact tot een infectie leidt te verlagen (m.n. een mondmasker dragen), ofwel door de infectieuze periode te verlagen (door het actief opsporen, isoleren en behandelen van positieve gevallen). Hoe groter R0, hoe moeilijker de epidemie op korte termijn in te dijken is, maar ook hoe sneller kudde-immuniteit en dus verdere verspreiding van de epidemie op lange termijn wordt bereikt. De eerste vraag is dus eigenlijk niet 'Hoe willen we R0 verlagen?', maar wel 'Hoe laag willen we R0 krijgen?'. ? In strategie A, willen we R0 niet alleen onder 1 hebben en houden, maar wel zo laag mogelijk krijgen om infecties zoveel mogelijk te vermijden en dus ook te vermijden dat we aan 70% kudde-immuniteit geraken zonder vaccin. Deze strategie vermijdt zodoende maximaal het aantal directe COVID-hospitalisaties en opnames-overlijdens, maar heeft grote(re) socio-economische gevolgen. Het vereist immers verregaande maatregelen die streng en lang genoeg moeten worden toegepast om het aantal nieuwe infecties per dag zo laag te krijgen dat een 'test, trace en isoleer-strategie' mogelijk wordt. Want zelfs een R0 van 1 vertelt slechts één deel van het verhaal. Dat kan erop wijzen dat een land iedere dag tien nieuwe gevallen heeft die op hun beurt tien nieuwe mensen besmetten (wat hanteerbaar is). Maar evengoed dat er elke dag 1.000 nieuwe gevallen zijn die 1.000 nieuwe mensen besmetten (zoals momenteel in België), wat heel wat minder evident is om te traceren.? In strategie B zou men het risico op besmetting kunnen aanvaarden en proberen de nodige 70% kudde-immuniteit zo snel mogelijk op te bouwen en eventueel alleen gekende hoogrisicopopulaties zoals ouderen of mensen met multiple comorbiditeiten in lockdown te houden. Dit zou betekenen dat R0 niet zo laag mogelijk moet, maar eerder tegen het maximum van wat kan gedragen worden door de ziekenhuiscapaciteit. Bij deze strategie zouden we een significant aantal COVID-hospitalisaties en -overlijdens moeten aanvaarden, maar zullen we minder socio-ecomomische gevolgen dragen van de maatregelen.De manieren waarop je R0 naar beneden kan halen variëren, maar als je de bestemming/strategie niet heel duidelijk op voorhand bepaalt, dreig je mogelijk de slechte kanten van beide strategieën te bekomen in plaats van het beste van beide. Het effectieve nut van maatregelen kan je niet bepalen op papier, maar is slechts zo goed als de praktische haalbaarheid en naleving ervan. Niemand wil het land platleggen met verplichtingen en alle negatieve gevolgen vandien als zou blijken dat simpele aanbevelingen dankzij meer duidelijkheid en consequente langetermijnnaleving een vergelijkbaar effect zouden hebben, maar met minder negatieve gevolgen. Misschien moeten we evolueren van het initiële 'one fits all'-tapijtbombardement naar meer gerichte en bijvoorbeeld regionale maatregelen. Bijvoorbeeld naar 'Covid-ziekenhuizen' waardoor op andere plekken de 'gewone' preventieve en therapeutische lichamelijke en mentale gezondheidszorg weer kan opgestart worden mits duidelijke richtlijnen in verband met fasering op basis van urgentie, risico voor patiënt en zorgverlener en nood aan en beschikbaarheid van materiaal en medicatie. Er zullen jaren van analyses overheen gaan van wat goed was en beter kon, maar nu moeten we een strategische keuze maken en die consequent toepassen. Bij elke keuze zijn er drie opties; het beste is de juiste keuze te maken, het tweede beste de slechte keuze te maken, en het slechtste is misschien wel helemaal geen keuze te maken.