De werkgroep GMD binnen de medicomut moet zich nu in de eerste plaats buigen over een vergoeding voor startende huisartsen, vindt Kartel-voorzitter Reinier Hueting.
...
Zij nemen het GMD van hun nieuwe patiënten over, maar zien daar het eerste jaar geen geld van. Dat gaat naar de huisarts die het GMD van die patiënten vóór hen beheerde. Vooral jonge huisartsen die de voorbije maanden zijn gestart, zijn meermaals de dupe, onderstreept hij. Het systeem van het eGMD is nog nieuw - over de honoraria zijn geen afspraken gemaakt. Deze huisartsen zagen de Impulseo-premie aan hun neus voorbijgaan. Ze kregen geen financieel duwtje in de rug van minister Vandenbroucke. Ze nemen nu vaak papieren patiëntendossiers over van gepensioneerde huisartsen die ze moeten digitaliseren, zonder daar hetzelfde jaar nog enig geld voor terug te krijgen. Het eGMD was niet het enige punt op de Nationale Commissie eerder deze week. Een groot deel ging over Vidis. "Het streven daarachter is erg nobel: de gegevens over de medicatie die de patiënt neemt, samenbrengen op één plaats", aldus dokter Hueting. Maar er rijzen daarbij heel wat vragen, stipt hij aan. Hoe presenteer je de informatie begrijpelijk aan de patiënt? Wie krijgt wat te zien, en wie mag wat veranderen? Het introduceren van de 'therapeutische intentie' in een medicatielijn maakt het mogelijk de historiek van een behandeling op te volgen - maar wie krijgt allemaal toegang tot deze informatie? De nota die op het Riziv werd gepresenteerd, bevatte nog niet de details van het systeem. Ze wilde de discussie voeren over scenario's voor het gebruik van Vidis - een soort van 'use cases', met andere woorden. Vooral de Bvas verslikte zich in de nota. "Eén van de scenario's luidt: de apotheker start een behandeling. Dat kan niet!", stelt Marc Moens. "De apotheker kan een middel verkopen. Hij kan er uitleg bij geven. Maar een behandeling starten, kan hij niet." De indicatie opgeven bij een geneesmiddel? Die blijft 'off-limits' voor de apotheker. "De apotheker kan misschien met de beste bedoelingen de medicatie willen veranderen. Maar hij kent de medische context niet." Dat is gevaarlijk, aldus Moens. Roel Van Giel (AADM) ziet het pragmatischer. "Het kan soms wel interessant zijn de indicatie voor een bepaald geneesmiddel te vermelden. Waarom zou je het veld in Vidis niet optioneel maken?", oppert hij. Hij neemt ander goed nieuws mee: "Het Riziv is bereid de honoraria van huisartsen in de eerste weken dat de triagecentra vorig jaar open waren, bij te passen. Artsen werden aanvankelijk betaald per prestatie, waren wel aanwezig maar zagen soms weinig patiënten." Het honorarium kan met terugwerkende kracht opgetrokken worden tot het niveau van het latere forfait. Maar daarvoor is het wachten op de gegevens van de triagecentra in Brussel en Wallonië.