...
Al sinds 2017 kunnen personen met een - al dan niet zichtbare - handicap die erkend is bij een van de vijf federale of regionale instellingen gebruik maken van de European Disability Card (EDC). Bedoeling is dat ze daarmee hun gedrag tegenover artsen en het zorgpersoneel verantwoorden. Daarom hopen de initiatiefnemers dat artsen de kaart mee promoten.. Sinds enkele maanden promoten Pieter Paul Moens en thuiszorgverpleegkundige Debby Rombaut de kaart ook echt actief. Dat doen ze vooral via sociale media en de politiek. Zo hopen ze de kaart meer bekendheid te geven in de zorgsector, bij artsen, verpleegkundigen, ambulanciers enz. Met de EDC in de hand kunnen personen met een al dan niet zichtbare handicap hun gedragingen beter verantwoorden, zo luidt de redenering. De kaart is een hulpmiddel. Daarmee, denken Moens en Rombaut, zal het zorgpersoneel en de artsen meer begrip tonen bij gedragsproblemen, overdreven reacties, paniek enz. Met andere woorden: door de kaart te tonen "kunnen onzichtbare beperkingen zichtbaar worden". Naast België erkennen ook Cyprus, Estland, Finland, Italië, Malta, Roemenië en Slovenië de EDC. De initiatiefnemers schreven heel wat instanties aan, vaak met goed gevolg. Zo steunt bijvoorbeeld Zorgnet-Icuro het project. Dat is ook het geval met het kabinet van minister Frank Vandenbroucke (Vooruit). Hem werd gevraagd om een juridisch en wetgevend kader voor de kaart te ontwerpen omdat dit de inclusie van personen met een beperking bevordert. Daarnaast ijveren Moens en Rombaut ervoor dat de EDC in de beroepsopleiding van de hulpverleners wordt meegenomen. Het kabinet Vandenbroucke reageerde gunstig op de vraag maar wees er wel op dat het initiatief van de minister van maatschappelijke Integratie, belast met personen met een handicap Karine Lalieux (PS) moet komen.