Heel wat artsen en verpleegkundigen zijn tijdens hun schaarse vrije tijd als vrijwilliger actief in de ontwikkelingshulp. In deze editie leest u bijvoorbeeld het relaas over de Brusselse uroloog Sam Ward in Mongolië. Daarmee is hij wel een buitenbeentje, de meeste inspanningen gaan richting Afrika en in mindere mate Latijns-Amerika en Azië.
Deze week startte de Mechelse ngo Artsen Zonder Vakantie bijvoorbeeld een nieuwe campagne om vrijwilligers te werven. Artsen Zonder Vakantie beschikt in Afrika over een uitgebreid netwerk medewerkers en springt bij in een veertigtal ziekenhuizen. Zelf bezocht ik tijdens de zomermaanden enkele ziekenhuizen in Tanzania. Kleine, voor het brede publiek grotendeels onbekende, Vlaamse vzw's verrichten er met beperkte middelen wonderen.
Patiënten helpen is goed, lokale artsen opleiden beter
De rode draad is duurzaamheid. Patiënten helpen is goed, lokale artsen opleiden beter. De beste vrijwilliger is de vrijwilliger die zichzelf overbodig maakt. En ook duurzame infrastructuur is belangrijk. Samen met de provincie Vlaams-Brabant zet Artsen Zonder Vakantie bijvoorbeeld in op zonnepanelen voor Afrikaanse ziekenhuizen. Een mooi initiatief.
De kritiek is natuurlijk nooit ver weg. De continuïteit in de 'officiële' ontwikkelingshulp is vaak zoek. Een andere minister, een andere visie, een ander land. En ngo's bewegen soms hemel en aarde om fondsen te werven, dossiers samen te stellen enz. Dikwijls is dat alles tijdrovend, ingewikkeld en weinig efficiënt.
Desondanks zijn 'vrijwilligers echte zorghelden'. Ontwikkelingswerk is ondankbaar, frustrerend werk. Maar ver weg van de schijnwerpers kunnen artsen voor de lokale gemeenschap het verschil maken. Dat verdient respect. En het is een unieke ervaring die ook in de praktijk van alledag een meerwaarde kan hebben.