David Hockney, bijna 85, heeft niet stilgezeten tijdens de covidlockdown. Integendeel, in zijn Normandisch optrekje genoot hij van de zalige rust. Gedurende twee lentes registreerde hij iedere dag de ontluikende natuur vanuit zijn tuin. Het resultaat is een verbluffende serie iPad-schilderijen waarin hij de waterlelies van Van Gogh en de irissen van Van Gogh doet heropleven en als een jonge leeuw totaal nieuwe paden verkent in de kunst. Tegelijk met zijn recente werk presenteert Bozar in samenwerking met het Londense Tate een verbluffend overzicht van 60 jaar schilderkunst door David Hockney.
...
Van in de prille jaren '60, exact 60 jaar geleden maakte de toen 24-jarige Hockney reeds volwassen kunstwerken die de tijd des tands moeiteloos doorstaan. Schilders als Roger Raveel en Jan De Winter moeten wel heel goed gekeken hebben naar de vernieuwende richting die de jonge Hockney betrad, met een stillistische vrijheid ver van het academisme en een karikaturale toets met vaak een streepje humor. Wat een plezier om deze werken te herontdekken.Algauw kende hij succes en kon hij zich een stulpje in Los Angeles permitteren. In 1964 al schildert hij Man in Shower in Beverly Hills, het begin van een serie typische werken die hem beroemd zullen maken met zwembadscènes en de intimiteit van naakte jongemannen. Het kabbelen en weerspiegelen van het blauwe water noopt hem tot interessante experimenten. In de jaren '70 kiest Hockney voor een (hyper)realistische stijl. In een dagelijks decor zet hij figuren neer die - zoals bij Paul Delvaux - naast elkaar leven, die elkaar zelfs niet waarnemen. Om de tien jaar lijkt Hockney het roer totaal om te gooien. In de jaren '80 grijpt hij terug naar Picasso met zijn vervormde figuren, naar Matisse die door behangpapier als achtergrond te gebruiken een tweedimensionaliteit creëert. De rode lijn in het oeuvre van Hockney wordt stilaan zichtbaar: het onderzoek naar de ruimte, het weergeven van de verschillende dimensies, het verkennen van nieuwe manieren om met ruimte om te gaan. En hij gaat gebruik maken van fotografie om de ruimte van het beeld te verkennen, getuige daarvan de schilderijen die hij op basis van foto's in Mexico maakt in het Hotel Ataclan. In de jaren '90 gooit hij het roer weer om en gaat hij over tot een abstracte verkenning van de ruimte. Kunstenaars als Braque, Kandinsky, Miro vormen zijn inspiratiebron voor een louter schilderkunstige oefening. De zee, dat eindeloze over en weer gaan van golven, trekt Hockney bijzonder aan. Het jaar 2000 vormt andermaal een breuklijn in het oeuvre van de Britse schilder. Als zestiger lijkt hij zich meer en meer in de natuur terug te trekken, niet om er als heremiet te leven, maar om het mysterie van het leven en van de kunst trachten te omvatten. Steeds is hij op zoek naar nieuwe manieren om zich artistiek uit te drukken. Leergierig als een jonge student gaat hij de mogelijkheden onderzoeken, aftasten wat de nieuwe technologieën te bieden hebben voor de kunst, en dan vooral de kunst die hij voor ogen heeft. L'art pour l'art is voor hem heilig. Hij kiest dan ook resoluut voor één onderwerp, de natuur, meer specifiek de lente, de periode waarin het leven een overwinning lijkt te boeken op de dood. Vanaf de jaren 2010 maakt Hockney wat hij noemt 'iPad-schilderijen met animatie getoond op een 55 inch monitor'. De schilderkunst krijgt er een vierde dimensie bij, de beweging. Met computerprogramma's laat hij de regen onophoudelijk neervallen op het malse groene gras.In de tweede tentoonstelling van de Hockney-diptiek focust men op de werken die tot stand zijn gekomen tijdens de covidlockdown wanneer Hockney zich in zijn Normandisch landhuis heeft teruggetrokken. ' Do remember the can't cancel the spring', luidde zijn boodschap van hoop. Aan een ritme van minstens een kunstwerk per dag volgde hij het ontluiken van de natuur in de lente van 2020. Het geheel vormt een onvoorstelbaar mooie ode aan de kracht en soms het falen van de natuur, daarbij gebruik makend van de nieuwste technologieën en paden verkennend die de mens nog nooit begaan heeft.Op zijn 84ste zet Hockney de kaars op de taart. Hij brengt de irissen van Van Gogh en de waterlelies van Monet weer tot leven, hij schildert de bomen in bloei, hier en daar een boom die geveld is en de winter nier overleefd heeft, daartussen het romantisch landhuis waarin hij zich heeft teruggetrokken, vlakbij Giverny waar Monet het impressionisme beleefde, vlakbij Bayeux waar het wonderlijke wandtapijt De Slag bij Hastings te bekijken valt. Als hij niet aan het iPad-schilderen was, ging Hockney naar Bayeux waar hij vooral getroffen werd door de narratieve kracht van het wandtapijt.Het geheel van 116 iPad-schilderijen uit de lockdownperiode is een ode aan het leven met al zijn mysteries waarover Hockney zich blijft verwonderen. Het orgelpunt van een artistieke loopbaan van 60 jaar, van een leven van 84 jaar. Hockney duikt dan misschien niet meer als een jonge adonis in een zwembad in Beverly Hills, hij maakt ' a bigger splash in nature' oftewel ' a bigger splash in life'. Als kers op de taart presenteert Bozar twee heel bijzondere werken van Hockney. In 2007 maakte hij in de natuur een megakunstwerk, bestaande uit 50 naast en boven elkaar geplaatste doeken die samen een bos voorstellen, getiteld Bigger trees in Warter/Peinture sur le Motif pour le Nouvel Age Post-Photographique. In 2017 maakte hij op basis van 3000 digitale foto's het magistrale werk David Hockney. In the Studio waarin we de kunstenaar zelf zien tussen een aantal van zijn iconische kunstwerken, en waarin hij de beeldruimte verkent en speelt met verschillende perspectieven. Hockney sluit af met een geschilderde wenskaart:The End of Spring Time It was very Exciting I'll be back next year LOVE LIFE David