Afgelopen zomer was dr. Inge Bru als federatiearts mee met het Belgisch paralympisch team naar de Paralympische Spelen in Parijs. De specialist in de fysische geneeskunde en revalidatiearts in het UZ Gent begeleidde er de verschillende topsporters en stafleden.
...
Volgens de federatiearts zijn de Paralympische Spelen een uniek sportevenement. "Het is vanwege de grootte van het evenement en de vaak indrukwekkende locaties moeilijk te vergelijken met andere sportevenementen. Bovendien was het deze keer dichtbij huis, waardoor veel familie en vrienden van onze atleten aanwezig konden zijn. Dit maakte het extra magisch." Bru is naast federatiearts als specialist verbonden aan het UZ Gent, waar ze mensen begeleidt die na een ingrijpende gebeurtenis met een beperking verder moeten leren leven. "Beweging is ontzettend belangrijk, vooral voor mensen in een revalidatieproces. Daarom organiseren we elke donderdag een sportmoment voor onze revalidanten. Tijdens deze sessies is er ook iemand van G-Sport Vlaanderen aanwezig, zodat er kennis gemaakt kan worden met verschillende sporten die ze zouden kunnen beoefenen", zegt de specialist. "We zien dat veel revalidanten op deze manier doorstromen naar sportverenigingen, en er zijn zelfs enkele personen die zo zijn doorgegroeid naar de topsport." Met haar werk als revalidatiearts komt Bru regelmatig in contact met atleten, waaruit haar functie als federatiearts bij G-Sport Vlaanderen is voortgekomen. Tijdens de Paralympische Spelen in Parijs maakte ze, samen met een Franstalige collega-arts, deel uit van het Olympisch medisch team dat naast hen beiden bestond uit acht kinesitherapeuten, twee verpleegkundigen en twee psychologen. "De dagen in Parijs waren zeer afwisselend. Sommige dagen waren extreem rustig, terwijl we op andere momenten weinig aan slapen toekwamen. Op rustige momenten konden we onze aandacht ook richten op de staf en de coaches, want ook voor hen waren wij verantwoordelijk. Het werk varieerde van blaar- en wondzorg tot het ondersteunen van sporters en stafleden die ziek werden, bijvoorbeeld door een verkoudheid", zegt Bru. Het werken met paralympische atleten verschilt van het werken met andere atleten: "Het gaat natuurlijk om topsport, wat veel van elke atleet vraagt. Maar bij paralympische atleten komt er nog meer bij kijken, omdat ze te maken hebben met fysieke beperkingen en een bepaalde mate van afhankelijkheid. Zo hebben we atleten met een dwarslaesie die moeite hebben met het zelfstandig regelen van hun lichaamstemperatuur. Tijdens de opening van de Spelen moesten ze daarom een koelvest dragen. Daarnaast zijn er sporters die geen gevoel hebben in hun ledematen, waardoor ze sneller wondproblemen krijgen. Dat zijn allemaal zaken die extra aandacht van jou als arts vragen. Het is dus essentieel om de pathologie van elke atleet goed te kennen en gedurende het jaar regelmatig opvolging te geven." Volgens Bru biedt het begeleiden van topsporters haar waardevolle inzichten die ook toepasbaar zijn op revalidanten in het ziekenhuis. "Ik leer veel van onze atleten, zoals praktische tips om gemakkelijk zelfstandig in of uit een hulpmiddel te klimmen. Ook gaan onze sporters voor wedstrijden naar het buitenland, waar ze nieuwe hulpmiddelen zien die we in België nog niet kennen. Wanneer ze zulke ontdekkingen doen, sturen ze mij een bericht, en dan ga ik op onderzoek uit." Bru: "Met mijn werk wil ik mensen aan het bewegen krijgen. Mijn doel is niet om topatleten op te leiden, maar om revalidanten te laten zien dat hun lichaam nog steeds tot veel in staat is. We begeleiden mensen die zich in een ingrijpend hoofdstuk van hun leven bevinden en moeten leren omgaan met hun situatie. Ze ervaren leed en verdriet, maar beweging en sport helpen hen om dit proces te doorlopen." Ze voegt toe: "De topatleten die ik begeleid hebben dit proces al doorlopen en bevinden zich in een andere levensfase. Dit zorgt voor een mooie afwisseling, waarbij beide werkterreinen elkaar in balans houden en aanvullen. Door de prestaties van atleten te zien, weet ik dat iemand tijdens het revalidatieproces zijn weg kan vinden en ondanks beperkingen veel kan bereiken. In het UZ Gent zien we dat ongeveer zes op de tien revalidanten zich op een bepaald moment aansluiten bij een lokaal G-sportteam". Volgens Bru heeft G-sport de afgelopen jaren een positieve ontwikkeling doorgemaakt. Sporza besteedde tijdens het WK wielrennen bijvoorbeeld speciale aandacht aan paracycling. "De G-sporters zijn stuk voor stuk topatleten waar we trots op mogen zijn. Ze hebben in Parijs op wereldniveau gepresteerd." De atleten van Paralympic Team Belgium hebben in Parijs veertien medailles veroverd, waaronder zeven gouden, vier zilveren en drie bronzen.