...

De follow-up liep over een mediane tijdspanne van zes maanden. De populatie bestond uit zowat 1.700 personen, die tussen de eerste dagen van januari en eind mei van vorig jaar het ziekenhuis verlieten na een opname voor covid-19. Er waren evenveel vrouwen als mannen. De gemiddelde leeftijd bedroeg 57 jaar. De deelnemers vulden vragenlijsten in tijdens een follow-upconsult.Een verbijsterende 76% van hen meldde daarbij persistentie van minstens één klacht. Het ging voornamelijk om vermoeidheid of spierzwakte (63%) en slaapstoornissen (26%). Angst was er bij 23%. De klachten waren des te meer uitgesproken naarmate de patiënt tijdens de acute fase hoger gescoord had op een zevenpuntenschaal die de ernst van zijn toestand weergaf. Restletsels waren bij het vervolgconsult ook objectief waarneembaar. Sommige deelnemers kwamen tijdens een zes minuten durende staptest niet aan de afstand die overeenstemt met de ondergrens van het normale bereik. Die fractie bedroeg 24% van de patiënten die tijdens de acute fase een ernstscore 3 lieten optekenen, 22% van de patiënten met een score 4, en 29% voor een score 5-6. Een subgroep van 390 at random geselecteerde patiënten kreeg longfunctietests. In deze subgroep had een aanzienlijk aantal patiënten bij follow-up een gestoorde diffusiecapaciteit: 22% van de patiënten die in de acute fase een ernstscore 3 haalden, 29% bij een score 4 en 56% bij een score 5-6. Op de CT-scan van de longen waren nog steeds letsels aanwezig. Het ging voornamelijk om matglasletsels, die men ook ziet bij SARS en influenza.De auteurs van de studie denken dat virale lageluchtweginfecties gepaard gaan met het activeren van fibroblasten tijdens de genezingsfase. Ze maakten een analyse van de medicatie die de patiënten tijdens de acute fase van hun ziekte hadden gekregen. Daaruit bleek niet dat het toedienen van corticoïden een versnellend effect heeft op het normaliseren van de longfunctietests en de CT-scan van de longen, hoewel dexamethason - zoals intussen genoegzaam geweten - tijdens de acute fase de mortaliteit doet dalen bij ernstig ziekte patiënten. Een langere follow-up moet uitwijzen of de functionele en radiologische afwijkingen uiteindelijk volledig verdwijnen, zeggen de auteurs nog. Een opmerkelijke bevinding in de volledige populatie van 1.700 was verder de aantasting van de nierfunctie. In de groep patiënten die tijdens de acute fase een normale nierfunctie hadden, vertoonde 13% een afname van de eGFR bij de follow-up. Een argument meer om patiënten na een ernstige infectie met het SARS-CoV-2 te blijven volgen.