...

Huisartsgeneeskunde zit in de lift. In het academiejaar 2009-2010 volgden 253 artsen de interuniversitaire opleiding tot huisarts. In 2024 was dat aantal gestegen tot 1.103 huisartsen-in-opleiding (haio's). Het leek het ICHO het geschikte moment om de huisartsen die afstudeerden tussen 2014 en 2023 te bevragen over zowel de opleiding als hun job als huisarts. 772 huisartsen (31%) namen aan de bevraging deel. Omdat in 2018 de master-na-masteropleiding grondig werd hervormd van een tweejarige naar een driejarige opleiding werden voor het luik opleiding enkel de resultaten opgenomen van de huisartsen die het nieuwe curriculum volgden. De belangrijkste reden om huisarts te worden, is de langdurige relatie die de huisarts onderhoudt met zijn patiënt (9,3/10). Ook de brede pathologie (9/10), de autonomie (9/10) en de holistische aanpak zijn elementen die een student geneeskunde ertoe brengen voor de huisartsgeneeskunde te kiezen. De huisartsen blijken ook na het afronden van hun studie en de eerste stappen in het beroep tevreden over de keuze die ze maakten. Slechts 2% van de afgestudeerden startte nooit als huisarts en amper 4,6% stopte in de loop van de eerste tien jaar als huisarts. 78% van de huisartsen zegt resoluut voor dezelfde opleiding te kiezen, terwijl 13% niet helemaal zeker is. Op de vraag of ze de komende vijf jaar hun beroep als huisarts willen blijven uitoefenen, geven ze een score van 8,3 op 10. De meerderheid van de huisartsen (56%) werkt het aantal uren dat ze zelf wensen, maar een derde (33%) geeft aan liever minder uren te kloppen. De grootste groep (44%) werkt 40 tot 49 uur per week. Iets meer dan een kwart van de huisartsen werkt tussen 30 en 39 uur, terwijl 16% aangeeft 50 tot 59 uur in de weer te zijn als huisarts. Een relatief groot aantal artsen ging als vervangarts aan de slag (29%). Vier huisartsen op tien geven aan ook actief te zijn in andere medische domeinen zoals Kind & Gezin, CRA of ploegarts. Terugblikkend op de opleiding krijgt het nieuwe curriculum een mooie score van 8 op 10. Vooral de begeleiding door de stagecoördinator via seminaries (8,9/10) en de praktijkwerking (8,4/10) worden gesmaakt. Het onderwijs zelf haalde nog 7 op 10, maar de masterproef kan op minder bijval rekenen (5,4/10). Het ICHO anticipeerde hier al op door sinds enkele jaren diverse types van masterproeven aan te bieden zoals kwaliteitsverbeterprojecten die nauw aansluiten bij de eigen praktijk. Bij de keuze van de stageplaats laat de haio zich voornamelijk leiden door de klik met de praktijkopleider en diens team (9,1/10), terwijl ook de persoonlijkheid (8,8/10) en de visie van de praktijkopleider (8,7/10) belangrijke elementen zijn. Ten slotte speelt ook de afstand tot de praktijk (8,6/10) een rol. De stageplaats speelt na het behalen van het diploma een belangrijke rol in de uiteindelijke vestigingsplaats van de startende huisarts. Bijna driekwart (73%) van de huisartsen vestigt zich binnen een straal van 25 kilometer van de stageplek. Praktijken in huisartsarme zones stonden niet hoog op de voorkeurslijst, zowel bij de keuze van de stageplaats (2,6/10) als de vestigingsplaats (4,3/10). Minder dan de helft van de huisartsen (45,2%) gaf aan dat een incentive de keuze voor een huisartsarme regio had kunnen beïnvloeden. Die incentive kan zowel financieel (50%) zijn als in de vorm van praktijkondersteuning (43%).