...

Van de vijf dokters in huisartsenpraktijk Bleyenbergh zijn er drie sportartsen en twee van hen brengen een deel van hun tijd door bij de Belgische nationale vrouwenbasketbalploeg: dr. Karolien De Ceulaer en dr. Sven Aertgeerts. Onder hun beiden verdelen ze de buitenlandse verplaatsingen met de Belgian Cats. Dr. Aertgeerts is deze week net terug van toernooien in Japan en Spanje, die de ploeg - net als dit weekend in Brussel - moeten klaarstomen voor het Europees kampioenschap dat van 27 juni tot 7 juli plaatsvindt in Servië en Letland.Sven Aertgeerts: "De aanwezigheid bij buitenlandse toernooien is ongeveer fifty-fifty verdeeld. Onze voornaamste betrachting is preventie. Voor een EK en WK hebben we een window van zes à zeven weken waarin we extra screening kunnen uitvoeren. In het damesbasket staat de medische screening in het buitenland nog niet zo ver als bij onze nationale ploeg. Er is op medisch vlak bij damesbasket gewoon nog niet veel omkadering in het algemeen. Dat heeft met budgetten te maken. Zelfs bij Jekaterinenburg, waar Emma Meesseman speelt, waren ze heel tevreden over de medische opvang bij ons. We krijgen de samenwerking en het vertrouwen van de ploegen waar de speelsters bij aangesloten zijn (op een drietal na allemaal in het buitenland, nvdr.). Soms hebben we ze rechtstreeks vanuit hun club acht of negen dagen bij ons. Daarvoor is er een gestroomlijnd communicatiesysteem opgezet: clubs briefen ons vooraf en wij geven correct door wat de stand van zaken is als ze terugkeren naar ginder. Het is daarom ook een voordeel dat we samen op een kabinet werken, waardoor er snel gecommuniceerd kan worden."Karolien De Ceulaer: "Tijdens het jaar houden we individueel contact met de speelsters bij hun ploegen en we krijgen of geven bijvoorbeeld adviezen aan de kinesisten ter plaatse. We toetsen vlak voor elke campagne bij de screening ook het mentale luik af voor onze sportpsycholoog. Tijdens een campagne hebben we hopelijk niet veel werk - dat betekent dat alles goed gaat dan ( lacht). Twee jaar geleden heb ik tijdens het EK maar één interventie moeten doen - en dat was dan nog niet op het terrein, maar voor een zieke speelster. We maakten met de hele staf 's ochtends een wandeling en plots kreeg ik telefoon dat een van de speelsters zich echt niet goed voelde. We waren 15 minuten onderweg, maar ik ben dus teruggelopen, want op dat moment willen ze dat je er bent. En terecht. Op zo'n moment realiseer je je dat topsportsters ook gewoon ziek kunnen worden."KDC: "De doorsnee blessures zijn kneuzingen aan het onderbeen, de knie, het bovenbeen en enkeldistorties. Ook de voorste kruisband is een klassieker bij basket en bij dames."SA: "Na elke wedstrijd zijn er wel twee of drie blessures. De kleine helft loopt rond met een voorste kruisbandherstel, een paar met twee en zelfs iemand met drie. Tja, het is een contactsport en een sport die veel van de atleet vraagt. Ik denk zelfs dat het een van de meest veeleisende sporten is. Snelheid, explosiviteit, weerstand, intelligentie, recuperatievermogen, mentaal incasseren. Een goede basketter is een goede allround atleet. Basketters zijn ook fijne atleten die met beide voeten op de grond blijven. Wij krijgen veel respect van hen als arts. Ik heb lang dopingcontroles uitgevoerd, waardoor ik met veel sporten kennis heb kunnen maken. Ik moet zeggen dat het basketbal voor een stuk ook wel een familiesport is. Er heerst een groot samenhorigheidsgevoel, groter dan in andere sporten, denk ik."KDC: "Ja, dat is waar. En hoe An Wauters, zo'n topatlete, respect betuigt tijdens haar revalidatieproces, dat is fantastisch."SA: "Er kunnen nog stappen gezet worden, maar dat zal nooit gaan zonder uitbreiding van budgetten. Isokinetische tests zouden we nog willen kunnen doen, bijvoorbeeld, om de krachtschema's te kunnen individualiseren en opvolgen. Vorig jaar is er wel meer geld beschikbaar gesteld voor vaccinaties voor onze reizen naar Japan en China."KDC: "De generatie die het nu goed doet, hebben we vanaf het begin medisch mee opgevolgd. Ze haalden dan goud op het WK en de federatie wou er een arts bij. Zo zijn we erbij betrokken geraakt. Het is leuk om op sportmedisch vlak mee aan de wieg te staan van het nationale vrouwenteam. Want we komen van niets: er was in het begin geen arts ter plaatse; nu zijn we met zes in de medische omkadering: een fysical coach, twee kinesisten, een sportpsycholoog en twee artsen."