...

Het zijn enkele resultaten uit de enquête 'Wie bent u, apotheker?' van het vakblad de Apotheker. Daaraan namen circa 600 apothekers deel. Er werden onder meer een aantal vragen gesteld in verband met het delen van informatie en taken tussen apothekers en artsen.Meer dan negen op de tien apothekers wil weten voor welke indicatie de arts een welbepaald geneesmiddel voorschrijft: 60% is het daar helemaal mee eens, 36% eerder eens. Vlaamse apothekers zijn hiervan iets meer uitgesproken voorstander dan de Franstaligen (97 versus 93%).De bloedwaarden van de patiënt kunnen inkijken, is voor 82% van de respondenten een evidentie. De verdeling per taalgroep ligt hier verder uit elkaar: 87% van de Nederlandstalige apothekers tegenover 67% onder de taalgrens is het met die stelling eens.In Nederland zijn beide praktijken - de indicatie van een geneesmiddelenvoorschrift kennen en de bloedwaarden inkijken - overigens al jaren in de zogenaamde 'regeling geneesmiddelenwet' verankerd.Apothekers mogen mee ziektes zoals diabetes opsporen en indien nodig patiënten doorverwijzen, luidde een ander standpunt in de enquête van de Apotheker. Meer dan acht op de tien (84%) apothekers zijn het daar (helemaal) mee eens.Vaccins toedienen, tegen onder meer griep, zien 62% van de respondenten als onderdeel van hun takenpakket. Zowat een kwart (26%) gaat daar niet echt mee akkoord, 12% is zelfs ronduit tegen.Om af te sluiten: negen op de tien apothekers zijn van mening dat een centraal beschikbaar medicatieschema voor de patiënt moet worden veralgemeend. Nederlandstaligen (92%) zijn hier affirmatiever in dan de Franstalige apothekers (85%). En dat het elektronisch patiëntendossier met de apotheker moet worden gedeeld, daar stemmen 94% van de deelnemers mee in.