...

Meer en meer relevante data over psychische noden verzamelen en het zorgaanbod beter afstemmen op de feitelijke noden. Het is een van de doelstellingen van een nieuw opgerichte leerstoel 'Public Mental Health' aan de Universiteit Antwerpen.Het initiatief komt van een aantal psychiatrische ziekenhuizen en algemene ziekenhuizen met psychiatrische afdelingen uit het Antwerpse ( *). Promotoren zijn de professoren Geert Dom, psychiater en Roy Remmen, huisarts. Prof. Kris Van den Broeck, klinisch psycholoog, is titularis.De leerstoel wil het gebruik van bestaande data zoals patiëntendossiers optimaliseren over de voorzieningen heen. Dit rekening houdende met nieuwe structuren zoals eerstelijnszones en netwerken. Zo neemt men het voortouw om een geestelijke gezondheidszorg op maat van de samenleving uit te bouwen.Uitgangspunt is de vaststelling dat het beleid gezondheidszorg vaak herleidt tot een budgettaire kwestie. Aangezien de middelen beperkt zijn, dringen keuzes zich op. "In het beste geval", zo luidt het, "laat het beleid zich leiden door goed cijfermateriaal en experts. Cijfers geven een idee hoe vaak ziektebeelden voorkomen; experts formuleren een advies over de nodige zorg en de ermee samenhangende kosten." Maar om deze door kennis gestuurde zorg mogelijk te maken ontbreken de gegevens vaak.Een recent KCE-rapport leert dat er over psychische klachten amper Belgische data bestaan. "De internationale literatuur is echter eenduidig: het relatieve aandeel van psychische klachten nam de afgelopen decennia toe. In België zouden bovendien minder dan twee op vijf mensen met psychische stoornissen adequaat behandeld worden." Nochtans zijn burn-outs schering en inslag en zijn de wachtlijsten aanzienlijk in de geestelijke gezondheidszorg. Allicht omdat de GGZ in ons land historisch gegroeid is. "Het aanbod volgde de voorkeuren van bepaalde 'instellingen', artsen of ordes. Wellicht verklaart dit het overaanbod voor sommige klachten en een onderaanbod voor andere klachten."De focus van de nieuwe leerstoel ligt vooreerst op kwalitatief en kwantitatief onderzoek bij eerstelijnsprofessionals en andere relevante sleutelfiguren. Zo hoopt men (onvervulde) zorgbehoeften te inventariseren. Daarnaast zal men bestaande data over het voorkomen van psychische klachten oplijsten.