...

Radioligandtherapie is een vorm van nucleaire geneeskunde die verschillende soorten kankers heel gericht kan behandelen. RLT combineert een vectormolecule die de kankercellen herkent (het ligand) met een radio-isotoop zoals lutetium-177 die kankercellen beschadigt of vernietigt. "De vectormolecule is een soort paard van Troje dat een radionuclide tot bij de kankercel brengt", verduidelijkt prof. Christophe Deroose, expert nucleaire geneeskunde aan UZ Leuven. Doordat de liganden zich alleen binden aan specifieke receptoren op kankercellen is de impact op gezonde omliggende cellen minimaal. RLT wordt vandaag al gebruikt om neuro-endocriene tumoren en uitgezaaide prostaatkanker te behandelen. Wereldwijd lopen er ongeveer 200 klinische onderzoeken om met RLT ook andere kankers te behandelen. Een aantal van die onderzoeken zit al in de laatste klinische fase. Om de ontwikkeling en implementatie van radioligandtherapie te bevorderen, werd een actieplan opgesteld met input van alle betrokken actoren - artsen, onderzoeksinstellingen, bedrijven, de overheid en patiëntenorganisaties. De besprekingen werden voorgezeten door Jo De Cock, de voormalige topman van het Riziv."Om meer patiënten toegang te geven tot RLT, zijn er immers heel wat uitdagingen", zegt Ingrid Maes, algemeen directeur van het adviesbureau Inovigate. "Het gaat niet alleen over budget voor terugbetaling. RLT moet geïntegreerd worden in het Belgische kankerplan, en moet een onderdeel worden van multidisciplinaire kankerbehandeling."Er is ook aangepaste infrastructuur en logistiek nodig: tijdens en na de behandeling met radiofarmaca moet de patiënt in een geïsoleerde behandel- kamer verblijven, radioactief afval en excreta moeten veilig verwerkt kunnen worden, en door de korte halveringstijd van sommige gebruikte isotopen moet een bereide dosis snel - binnen een paar dagen - toegediend worden. In totaal zijn er 24 deelacties gepland om RLT te bevorderen. "Het zal nodig zijn om snel de capaciteit van de diensten nucleaire geneeskunde te versterken om de verwachte groei van het aantal behandelingen op te vangen. De toepassingsmogelijkheden zullen zich dankzij onderzoek namelijk snel naar andere kankers uitbreiden waardoor de druk op de behandelcentra evenredig snel zal toenemen. Daarom is het RLT-actieplan broodnodig. Patiënten hebben het recht om van de voordelen van deze nieuwe modaliteit te genieten in ons land", zegt Erik Briers, patiënt en vicevoorzitter van Europa Uomo, de overkoepelende Europese patiëntenorganisatie op het gebied van prostaatkanker. België is goed geplaatst om een voortrekkersrol te spelen bij de verdere ontwikkeling van RLT. Er is een ecosysteem van onderzoeksfaciliteiten, onderzoeksreactoren, farmaceutische bedrijven, productiefaciliteiten, gespecialiseerde artsen en ziekenhuizen. In totaal zijn er 5.000 professionals actief in het veld van de nucleaire geneeskunde, waaronder 350 artsen-specialisten. In het nucleair onderzoekscentrum SCK-CEN werken meer dan 100 onderzoekers aan RLT, zegt Koen Hasaers, directeur Nuclear Medical Applications bij SCK-CEN. Hun onderzoek spitst zich toe op isotopen van lutetium, terbium, actinium en bismut, het ontwikkelen van nieuwe vectormoleculen en het opschalen van de productie. Het plan wil ook een voorbeeld zijn voor andere Europese landen. Nu stelt elk land zijn eigen richtlijnen op. Zo moet een patiënt na toediening van lutetium in Duitsland twee dagen in isolatie, terwijl diezelfde patiënt in België al na zes uur het ziekenhuis mag verlaten - weliswaar met instructies om afstand te houden van andere mensen, vooral van kinderen en zwangere vrouwen. RLT is niet nieuw: de eerste toepassing dateert al van 1994, vertelt prof. Christophe Deroose. "Vandaag zijn er twee grote toepassingen. Bij patiënten met neuro-endocriene tumoren (NET) gebruiken we lutetiumgemerkte radiofarmaca met liganden voor somatostatine- receptoren (SSTR). Robuuste studies tonen heel duidelijk aan dat we hiermee substantieel effect hebben. We verwachten een steeds groter gebruik van deze peptidereceptor-radionuclidetherapie (PRRT)." "Het tweede veel gebruikte radiofarmacon is lutetium met liganden die binden aan het prostaatspecifieke membraan antigeen (PSMA) bij uitgezaaide prostaatkanker. Daar wordt de behandeling al terugbetaald bij progressie van gemetastaseerde castratieresistente prostaatkanker na chemotherapie. Maar recente studies tonen dat deze therapie het ook al pre-chemotherapie duidelijk beter doet dan antihormonale therapie. Mogelijk kunnen we hier opschuiven naar een vervroeging van de therapie, wanneer de patiënt nog in betere conditie is en waar de behandeling mogelijk meer impact heeft." "Wat we op middellange en lange termijn verwachten, is enerzijds dat we krachtigere radiofarmaca gaan ontwikkelen", vervolgt prof. Deroose. "Heel veelbelovend zijn alfa-emittters: alfa-deeltjes die veel meer energie afzetten op een heel korte afstand en die daardoor in theorie veel potenter zijn. We hebben daar nu meer en meer gegevens voor uit initiële klinische studies - sommige retrospectief, want in sommige landen worden deze al ingezet, maar ook lege artis prospectieve studies. Als je het lutetium-isotoop vervangt door een alfa-emitter, zie je veel hogere responsratio's." "De andere ontwikkeling gaat over de doelwitten van de vectormolecule. Naast somatostatine en PSMA zijn er tientallen potentiële doelwitten op andere kankercellen die je met hetzelfde mechanisme kan aanvallen. We hebben dus een hele panoplie aan targets waarvoor we radiofarmaca kunnen ontwikkelen, om het concept van RLT - ultraprecieze lokale radiotherapie - naar andere types kankers te kunnen brengen. Vandaag kunnen we prostaatkanker wel, maar borst- of ovariumkanker niet behandelen met RLT - we hopen dat dit binnen vijf jaar anders zal zijn." Als RLT een hoge vlucht neemt, zal er ook voldoende geschoold personeel nodig zijn. In België zitten we op dat vlak voorlopig goed, zegt prof. Deroose. "We hebben een relatief grote populatie artsen gespecialiseerd in nucleaire geneeskunde, en als we de instroom goed beheren, kunnen penurieën voorkomen worden. Maar we moeten beseffen dat we ook andere disciplines nodig hebben: radiofarmaceuten, radiofysici, technologen. In het actieplan wordt daarom ook aandacht besteed aan opleiding en aan valorisatie van expertise." Doordat radiofarmaca inherent duur zijn om aan te maken, is RLT niet goedkoop: reken op een prijs van enkele duizenden tot tienduizend euro per injectie. "Maar gezien de duidelijke meerwaarde voor de patiënt is de kostprijs vergelijkbaar met andere innovatieve kankertherapieën", zegt Deroose.