Ketamine is een psychotroop middel dat wordt gebruikt voor algemene anesthesie bij mensen en dieren, als antidepressivum en helaas ook als recreatieve drug. Zou alcoholisme kunnen worden behandeld met ketamine? Londense wetenschappers hebben die hypothese getoetst en de resultaten blijken veelbelovend te zijn.
De studie werd uitgevoerd bij 55 mannen en 35 vrouwen die veel meer dronken dan gemiddeld, hoofdzakelijk bier (ongeveer 30 liter per week, dus vijfmaal de limiet die wordt aanbevolen door de gezondheidsinstanties), bij wie nog geen klinische diagnose van met alcohol samenhangende stoornis was gediagnosticeerd en die geen behandeling hadden gevraagd.
De vorsers hebben eerst geprobeerd de maladaptieve beloningsherinneringen op te sporen die ten grondslag liggen aan de drugsverslaving en het alcoholisme en die de patiënten "destabiliseren".
De proefpersonen kregen één glas bier, dat ze mochten uitdrinken nadat ze een taak volbracht hadden. Aan de proefpersonen werd gevraagd hun zin in alcohol te ramen en zich beelden van bier en andere dranken voor ogen te halen met vermelding van het verwachte niveau van plezier. Zo hebben de vorsers de beloningsherinneringen opgespoord die correleren met hun biergebruik.
Op de eerste dag van de studie mochten ze bier naar believen drinken om na te gaan wat hun basale consumptie is. Op de tweede dag werd het bier onverwacht verwijderd na de sessie waarin ze zich beelden voor ogen moesten halen. Die methode "destabiliseert" de aangename herinneringen aan alcohol.
Op D-day werden de proefpersonen in drie groepen ingedeeld. Eén groep kreeg een intraveneus infuus van ketamine na verwijdering van het bier. De tweede groep kreeg een placebo intraveneus. En de derde groep vrijwilligers kreeg ook een dosis ketamine, maar zonder dat ze eerst werden geconfronteerd met beelden die samenhingen met het drinken van bier, met andere woorden zonder eerst de aangename herinneringen die samenhingen met het drinken van bier, te hebben opgehaald.
Na een follow-up van 10 dagen was de zin in drinken significant verminderd bij de proefpersonen van groep 1: ze dronken minder en minder vaak dan de andere proefpersonen. Dat effect bleef gedurende negen maanden gehandhaafd. Tijdens de observatieperiode hebben de drie groepen hun alcoholgebruik verminderd, de eerste groep echter meer dan de andere twee. In de eerste groep halveerde de gemiddelde wekelijkse alcoholconsumptie. Volgens dr. Das is dat mogelijk toe te schrijven aan het feit dat ketamine een antagonist is van N-methyl-D-aspartaat (NMDA), een receptor die noodzakelijk is voor de vorming van herinneringen zoals de herinnering aan drankplezier.
Met bloedonderzoeken hebben de vorsers ook vastgesteld dat de behandeling effectiever was bij de proefpersonen met een hogere ketaminespiegel in het bloed. Dat wijst erop dat een hogere dosis bij een aantal patiënten misschien een beter effect zou kunnen hebben gehad.
Verder onderzoek bij een groter aantal proefpersonen is vereist om die resultaten te bevestigen en om een echte behandeling voor alcoholisme en andere verslavingen te zoeken.
(referentie: Nature Communications, 26 november 2019, doi: 10.1038/s41467-019-13162-w)