Bij ouder wordende personen met hiv is de vijand zeker niet meer het virus, maar wel atheromatose. Het is dan ook flagrant hoe weinig daar in de praktijk rekening mee wordt gehouden. We onthouden vijf punten uit deze lange presentatie.
- Tussen 2012 en 2019 is het percentage personen die leven met hiv met een zeer hoog cardiovasculair risico gestegen van 31% naar 49%. Het risico is vooral gestegen bij 55-plussers.
- De oorzaken: gestoorde serumlipiden (63% van de patiënten), hypertensie (38%), diabetes (15%) en roken (57%).
- Ook antiretrovirale middelen die vroeger werden gebruikt, zoals abacavir, lopinavir en indinavir verhogen het risico.
- Het risico stijgt, maar de behandeling van de risicofactoren volgt die beweging niet. Het percentage patiënten met hypertensie dat antihypertensiva innam, is tussen 2012 en 2019 blijven hangen op 66%. Het percentage patiënten met een dyslipidemie dat cholesterolverlagers innam, is blijven hangen op 57% en slechts 7% van de rokers is gestopt met roken. Het aantal patiënten met diabetes dat antidiabetica kreeg, is gedaald van 63% naar 57%.
- Bijzonder verontrustend is de vaststelling dat personen met hiv die drugs spuiten, en patiënten met een viruslast lager dan 200 kopieën/ml minder vaak vetverlagers kregen en minder geneigd waren om te stoppen met roken.
Conclusie:
"Een hiv-infectie is een chronische ziekte geworden. Het is dan ook verbijsterend vast te stellen hoe weinig aandacht wordt besteed aan cardiovasculaire preventie bij personen met hiv. Als dat niet verandert, zullen de patiënten niet meer bezwijken aan het virus, maar aan metabole en hartziekten", concludeerde dr. Nadine Jaschinski bij de presentatie van die resultaten. Het hele medisch korps moet bewust worden gemaakt van het probleem om deze nieuwe bedreiging voor personen met hiv aan te pakken.
Ref.: Jaschinski N. et al. Mondelinge presentatie Abstract O22, HIV Glasgow, 2022