De laatste decennia is de antiretrovirale behandeling gestaag verbeterd. Ook wordt een hiv-infectie nu alsmaar vroeger behandeld. Daardoor benadert de levensverwachting van hiv-geïnfecteerde patiënten nu die van de algemene bevolking. Maar volgens een Franse studie die in Glasgow is gepresenteerd, hebben bepaalde parameters zoals het vrouwelijke geslacht en comorbiditeit, en vooral infecties een negatieve invloed op de levensverwachting van hiv-geïnfecteerde patiënten.
Hogere sterfte als gevolg van een hiv-infectie: gegevens in het reële leven
De Franse COCOVIH-studie is uitgevoerd om 1) de sterfte bij hiv-geïnfecteerde patiënten te vergelijken met die in een controlegroep van dezelfde leeftijd en hetzelfde geslacht gerekruteerd in de algemene bevolking, 2) de comorbiditeit bij hiv-geïnfecteerde patiënten te vergelijken met die in diezelfde controlegroep en 3) het effect van die comorbiditeit op de sterfte bij hiv-geïnfecteerde patiënten te ramen. Er zijn al veel studies daarover gepubliceerd die zijn uitgegaan van ziekenhuisregisters.
De COCOVIH-studie is uitgevoerd in het reële leven en is daarvoor uitgegaan van de gegevens van het Système National des Données de Santé (SNDS), dat medische informatie verzamelt over meer dan 90% van de Franse burgers die zijn aangesloten bij de sociale zekerheid. In het totaal ging het om 173.000 hiv-geïnfecteerde patiënten. Die werden vergeleken met een controlegroep van seronegatieve mensen van dezelfde leeftijd en hetzelfde geslacht. De hiv-geïnfecteerde patiënten waren gemiddeld 42 jaar oud en 2/3 waren mannen. De sterfte en de andere parameters zijn geëvalueerd tijdens een follow-up van acht jaar.
Sterfte bij hiv-geïnfecteerde patiënten: vooral vrouwen en jongere patiënten
Eerste vaststelling: de sterfte was tweemaal hoger bij de hiv-geïnfecteerde patiënten dan in de seronegatieve controlegroep (HR = 2,1). Het verschil was het grootst bij hiv-geïnfecteerde vrouwen (HR = 3,0) en was groter bij jonge patiënten (18-30 jaar) dan bij oudere (HR = 3,5). De hogere sterfte was vooral toe te schrijven aan de comorbiditeit en vooral dan infecties (met uitzondering van virale hepatitis). Infecties waren goed voor 50% van de comorbiditeit die heeft geleid tot de hogere sterfte bij hiv-geïnfecteerde patiënten.
Hogere sterfte bij hiv-geïnfecteerde patiënten als gevolg van infecties
Na correctie voor infecties daalde de hogere sterfte bij hiv-geïnfecteerde patiënten drastisch (HR = 1,6). Andere comorbiditeiten die vaak correleerden met een hogere sterfte bij seropositieve patiënten, waren hepatitis C (30%), psychiatrische aandoeningen (16%), hepatitis B (6%), coronairlijden (4%) en longembolie (4%). Na correctie voor die belangrijkste comorbiditeiten daalde de hogere sterfte verder (HR = 1,3).
Ref.: Prevoteau du Clary F. et al. Communication O33, HIV Glasgow 2022.
Hogere sterfte als gevolg van een hiv-infectie: gegevens in het reële levenDe Franse COCOVIH-studie is uitgevoerd om 1) de sterfte bij hiv-geïnfecteerde patiënten te vergelijken met die in een controlegroep van dezelfde leeftijd en hetzelfde geslacht gerekruteerd in de algemene bevolking, 2) de comorbiditeit bij hiv-geïnfecteerde patiënten te vergelijken met die in diezelfde controlegroep en 3) het effect van die comorbiditeit op de sterfte bij hiv-geïnfecteerde patiënten te ramen. Er zijn al veel studies daarover gepubliceerd die zijn uitgegaan van ziekenhuisregisters. De COCOVIH-studie is uitgevoerd in het reële leven en is daarvoor uitgegaan van de gegevens van het Système National des Données de Santé (SNDS), dat medische informatie verzamelt over meer dan 90% van de Franse burgers die zijn aangesloten bij de sociale zekerheid. In het totaal ging het om 173.000 hiv-geïnfecteerde patiënten. Die werden vergeleken met een controlegroep van seronegatieve mensen van dezelfde leeftijd en hetzelfde geslacht. De hiv-geïnfecteerde patiënten waren gemiddeld 42 jaar oud en 2/3 waren mannen. De sterfte en de andere parameters zijn geëvalueerd tijdens een follow-up van acht jaar.Sterfte bij hiv-geïnfecteerde patiënten: vooral vrouwen en jongere patiëntenEerste vaststelling: de sterfte was tweemaal hoger bij de hiv-geïnfecteerde patiënten dan in de seronegatieve controlegroep (HR = 2,1). Het verschil was het grootst bij hiv-geïnfecteerde vrouwen (HR = 3,0) en was groter bij jonge patiënten (18-30 jaar) dan bij oudere (HR = 3,5). De hogere sterfte was vooral toe te schrijven aan de comorbiditeit en vooral dan infecties (met uitzondering van virale hepatitis). Infecties waren goed voor 50% van de comorbiditeit die heeft geleid tot de hogere sterfte bij hiv-geïnfecteerde patiënten.Hogere sterfte bij hiv-geïnfecteerde patiënten als gevolg van infectiesNa correctie voor infecties daalde de hogere sterfte bij hiv-geïnfecteerde patiënten drastisch (HR = 1,6). Andere comorbiditeiten die vaak correleerden met een hogere sterfte bij seropositieve patiënten, waren hepatitis C (30%), psychiatrische aandoeningen (16%), hepatitis B (6%), coronairlijden (4%) en longembolie (4%). Na correctie voor die belangrijkste comorbiditeiten daalde de hogere sterfte verder (HR = 1,3).Ref.: Prevoteau du Clary F. et al. Communication O33, HIV Glasgow 2022.