Deze zomer brengt Artsenkrant verschillende portretten van artsen die zich inzetten voor een humanitaire organisatie.In deze tweede aflevering in onze reeks portretten van artsen die zich inzetten voor een humanitaire organisatie spreken we met dokter Michel Roland van Dokters van de Wereld.
...
Dokter Michel Roland: dat verschil is historisch gegroeid en hangt samen met het ontstaan van het Rode Kruis in de 19de eeuw: de bloedige slag om Solferino tussen de Fransen en de Oostenrijkers. De beroemde Henri Dunant, een rijke protestantse mecenas, zorgde voor de eerste ziekenwagen, zonder onderscheid van nationaliteit. Dat was aanvankelijk wat het Rode Kruis, AZG en DvdW gemeen hadden: onze zorg is onvoorwaardelijk.Nadien begint het Rode Kruis zich verder te ontwikkelen, met ook de Rode Halve Maan in de moslimlanden. In de jaren 1970 doen er zich dan heel wat aardbevingen, oorlogen, internationale conflicten en natuurrampen voor. En uiteraard ook de hongersnood in Biafra. Het Rode Kruis is daar aanwezig, met de bekende dokter Bernard Kouchner. Hij vindt dat zorg verstrekken op zich niet volstaat. Hij wil ook getuigen, partij kiezen.Maar dat is niet uw uitgangspunt...Neen, wij zijn onvoorwaardelijk. Je mag geen partij kiezen, ook al kom je met totaal niet-humanitaire situaties in aanraking. We moeten aanvaard worden door iedereen om te kunnen verzorgen. Artsen Zonder Grenzen ontstaat op die manier als een afscheiding van het Rode Kruis. Tien jaar later is dokter Kouchner daar weer - in een context van nieuwe natuurrampen en vooral het einde van de Vietnamoorlog. Het communistische noorden valt het pro-Amerikaanse zuiden binnen. Kouchner en zijn French doctors komen in opstand tegen het fenomeen van de boat people. Ze willen het beleid beïnvloeden opdat zoiets niet meer kan gebeuren. En zo is Dokters van de Wereld ontstaan, als apolitieke tegenhanger.Is er nog sprake van rivaliteit tussen AZG en DvdW?In het verleden was dat zeker het geval. Maar net als vele anderen ben ik van mening dat we moeten tussenkomen op alle plekken waar mensen lijden.Er is meer dan werk genoeg voor iedereen...Inderdaad! Eenieder heeft zijn specificiteit. Het Rode Kruis is aanwezig waar AZG en DvdW niet kunnen komen, want wij zijn persona non grata in bepaalde landen. We voeren overigens heel wat acties in overleg. En situaties waar ngo's zoals wij onmisbaar zijn, doen zich overal ter wereld steeds meer voor.Hoeveel bedraagt uw budget?Het DvdW-netwerk bestaat uit 16 delegaties. De belangrijkste is Frankrijk, met een budget dat schommelt tussen 100 en 110 miljoen euro. Dat is tien keer minder dan AZG, en een peulschil vergeleken met het Rode Kruis.Van welke bronnen leeft u?Van drie bronnen: voornamelijk overheidsfinanciering (ontwikkelingssamenwerking en Europees fonds voor 70%), mecenaat en het brede publiek. We verwaarlozen zeker de kleine giften niet - soms geven mensen een hele tijd drie euro per maand -, want die zijn symbolisch erg waardevol voor ons. Maar aangezien we die mensen jaarlijks op onze algemene vergadering uitnodigen en hen brochures toesturen, leveren ze ons eigenlijk niets op. Daarnaast hebben we grote sponsors zoals bijvoorbeeld banken, die onze sociale aanpak willen ondersteunen. Zo hebben we onlangs een miljoen euro gekregen van een van de grootbanken voor een Afrikaans land. Ook via de notarissen verdelen we folders over de mogelijkheid om een gift te doen. Vorig jaar hebben we via die weg enkele honderdduizenden euro binnengehaald.Waar bent u als DvdW alleen aanwezig?Tunesië, Burkina-Faso, Congo en Marokko. Hoeveel artsen hebt u daarvoor nodig?We werken met 800 vrijwilligers en een honderdtal loontrekkenden, onder wie zo'n 20 artsen. De verhouding expats/nationale medewerkers ligt wel hoger bij AZG, want zij werken meer in spoedsituaties. Zij kunnen ook in enkele dagen of uren tijd hoogstaande chirurgen optrommelen, en ziekenhuistenten, vaccins... Hun doeltreffendheid is legendarisch. Daarentegen wordt hen vaak verweten dat ze na twee jaar weer wegtrekken. En daar kan DvdW vaak een rol spelen. Wij hebben veel meer locals, en we werken meer met vrijwilligers.U bent niet zozeer in spoedsituaties actief, zegt u. Wat betekent dat dan qua ziektebeelden?Wij behandelen vooral infectieuze aandoeningen: hiv, hepatitis C, tuberculose, malaria. Maar ook in zeer arme bevolkingsgroepen zijn er epidemiologische transities: diabetes, hypertensie, en uiteraard niet-medische determinanten. Welke bevolkingsgroepen verzorgt u in België?De mensen die wij behandelen hebben gemeen dat ze allen kwetsbaar zijn. We identificeren meerdere kwetsbaarheidsfactoren vanaf de geboorte tot op oudere leeftijd. De kleinsten, de oudsten, vrouwen meer dan mannen, zwangere vrouwen, migranten, daklozen, immunogedeprimeerden, chronisch zieken (hepatitis C en tuberculose), drugsverslaafden. Die factoren komen vaak gemengd voor: migranten met gezondheidsproblemen, vrouwelijke daklozen die met geweld geconfronteerd werden (30% van de vrouwen werd verkracht), zelfs mensen met kanker of die chemotherapie volgen en om de een of andere reden op straat belanden. We focussen op mensen zonder sociale bescherming. Dat zijn er tussen de 100.000 en 160.000, van wie 80.000 alleen al in Brussel, de armste regio in ons land. Vier op de tien kinderen leven er in een arm gezin. Ook al is Brussel rijk en draagt de stad aanzienlijk bij in het bnp. Maar de Brusselaars halen daar geen voordeel uit.Daarnaast hebben we ook missies in Antwerpen, La Louvière en Oostende. DvdW is tweetalig en federaal. We respecteren ook de man/vrouwquota en zijn pluralistisch, ook al staan we voor een 'progressieve' aanpak van de zorg. Wat is uw hoogste ambitie?Op die vraag antwoord ik altijd: dat we verdwijnen! Want dat zou betekenen dat er geen nood meer is aan humanitaire hulp... Maar laten we pragmatisch blijven: DvdW wil een echte volksbeweging worden. We hebben al 1.200 leden.