"It's not easy being green" (Kermit De Kikker)
Voor vele mensen is "de natuur" een plaats om te relaxen, te recreëren en de rat race even gedag zeggen. Andere personen merken de groene long totaal niet op.
Hoe draagt de natuur bij tot onze mentale en fysieke gezondheid? De blootstelling aan de natuur is drieërlei. Ten eerste, het zien van de natuur (uit het raam, in een boek, ...), ten tweede is er het dicht bij de natuur komen (met name fietsen en wandelen), en ten derde is er het actief deelnemen aan natuuractiviteiten (tuinieren, trekking, camperen, ...)(Pretty, Spirituality and Health International, 2004 & Pretty et al., Int J Environ Health Res, 2005).
Ze bieden alle drie soelaas voor het op scherp houden van het mentale welzijn (bijvoorbeeld depressie).
Bij onderdompeling in een landelijk stukje natuur gedurende 40 minuten worden al neuronale veranderingen teweeggebracht (McDonnell & Strayer, Nature: Scientific reports, 2024). Eerder werden er al een dosis-respons relaties aangetoond met depressie (-7%) en verhoogde bloeddruk (-9%) bij een shot natuur van minstens een half uur per week (Shanahan et al., Nature: Scientific Reports, 2016).
Alle vormen van "green", van Green space over Green exercise, zijn effectieve Vitamines G(reen) gebleken (de Vries et al., Environment and Planning, 2003; Pretty et al., Int J Environ Health Res, 2005; Groenewegen et al., BMC Public Health, 2006). De zo gepromote, noodzakelijke fysieke activiteit resulteert in minder diabetes type II en overgewicht.
Er wordt geclaimd dat er minder misdaad is in een groene omgeving dan in de binnenstad
Daarnaast kan Lunchtime walking helpen om lichaam en geest op te krikken (Hendriksen et al., 2003). Ulrich's theorie (1983) spreekt over het triggeren van positieve emotionele reacties. Kaplan & Kaplan's theorie (1989) stelt dat groen goed is tegen concentratieverlies.
De gecontesteerde studie van Ulricht toonde in een kleine groep patiënten aan dat het hebben van uitzicht op stukje natuur vanuit de ziekenhuiskamer het herstel na chirurgie versnelde. Al meer dan 30 jaar weten we dat het hebben van ramen op de werkplek welzijnsbevorderend is (Kaplan, Landscape and Urban Planning, 1993). Maar ook afbeeldingen van landschappen aan de muur hebben dat effect, zo blijkt uit sommige studies. Vandaar dat grote foto's of panoramische posters zo populair zijn als muurbekleding.
Het verrijken van een werkomgeving met kamerplanten heeft een langdurig positief effect op het welzijn van werknemers. Er wordt een verbetering in de luchtkwaliteit ervaren. In vergelijking met eerder onderzoek in laboratoriumsituaties kan geconcludeerd worden dat de positieve effecten van kamerplanten voor een deel worden gerepliceerd op de werkvloer (Nieuwenhuis & Postmes, Planten op de werkvloer, 2011).
Er wordt ook geclaimd dat er minder misdaad is in een groene omgeving dan in de binnenstad (Kuo & Sullivan, Environment and Behavior, 2001). Er wordt ook beweerd dat er minder ADD vastgesteld wordt (Faver Taylor et al., Environment and Behavior, 2001).
De lagere socio-economische groepen hebben hier bijzondere aandacht nodig, want groen is nog vaak een 'luxe-artikel'. Onderdompeling in het groen zou wel eens een gedeeltelijke verklaring kunnen zijn voor verschillen in gezondheid tussen landelijke en stedelijke gebieden. Urbanisatie heeft zo zijn tol (Maas et al., J Epidemiol Community Health, 2006).
Maar de mens is deel van de natuur, de mens én de natuur dienen dus niet als aparte entiteiten gezien te worden (Pyle, Oryx, 2003).
Nog steeds wordt er meegezongen met het Engelse anthem "You'll never walk alone" (versie van Gerry & The Pacemakers). In Schotland is dit liedje dan weer een hymne: "I'm gonna be (500 miles)" (The Proclaimers, 1988). (500 mijl is een slordige 805 kilometer, of 8 Dodentochten)