In het derde deel van een interview naar aanleiding van vijf jaar covid-19 blikt toenmalig coronacommissaris Pedro Facon terug op zijn eigen gezondheid tijdens de pandemie.
...
Dit is het derde en laatste deel van het interview dat in sterk gecondenseerde versie verscheen in Artsenkrant van 21 januari. Lees hier het eerste deel en het tweede deel.Artsenkrant: In december 2020 bent u zelf even buiten strijd geweest met een burn-out. Heeft die ervaring u veranderd?"Dat was ook zoiets: plots las ik in de krant dat ik een burn-out had. Ik had in die periode inderdaad een aantal problematieken. Ik was enorm vermoeid, ik had last van slapeloosheid, angstaanvallen en daardoor ook fysieke klachten, en ik had het moeilijker om bepaalde beslissingen te nemen. Ik was me daar heel erg van bewust en mijn team was daar ook bij betrokken, dus ik had dat wel nog onder controle. "Vlak voor de kerstvakantie schreef mijn huisarts me drie maanden ziekteverlof voor. Ik ben in die periode heel goed omringd, ook professioneel, en heb steun gekregen van heel veel mensen - ook politici, want dat zijn echt niet allemaal haaien. "Ik ben uiteindelijk na zes weken al teruggekeerd, omdat ik dacht dat ik daar klaar voor was - ik had dat ook met mijn zorgverstrekkers besproken. Ik wil daar meteen bij aangeven dat mensen die met een ernstige burn-out kampen, helemaal niet na zes weken al kunnen terugkeren. "Ik heb daaruit geleerd dat je op tijd moet stoppen. Ik bewaak sindsdien mijn grenzen beter, en probeer me meer te ontspannen. Dat is niet altijd makkelijk als je een job met veel verantwoordelijkheid hebt, maar niemand verwacht van je dat je je te pletter rijdt. Want daar heeft niemand iets aan. "Een andere les is dat zoiets niet het einde van de wereld is. Ik zat er enorm mee in hoe men over mij zou oordelen - ik dacht dat mijn carrière voorbij was, dat men zou denken dat ik gefaald had. Dat is een belangrijke boodschap voor mensen met een fysiek of mentaal gezondheidsprobleem: je leven is niet voorbij, je kunt dat te boven komen als je je goed laat begeleiden. "Ik ga het niet te vaak meer over die periode hebben, want ik wil niet dat dat is wat mensen van mij onthouden - ik heb al veel zaken gedaan en ben van plan om nog allerlei zaken te doen, maar het is gebeurd. Door erover te spreken heb ik het taboe willen doorbreken; dat is ook is de reden waarom ik initiatieven zoals Arts in Nood en de aandacht voor het mentale welzijn van artsen mee ondersteun. "Het is deel van het leven. Net zoals je fysiek ziek kan worden, kan je een keer mentaal ziek worden. Dan moet je dat aanpakken en je laten helpen. We hebben hele goede zorgverstrekkers die daarbij kunnen helpen. "