...

Het was niet vanzelfsprekend om op basis van deze in 1947 geformuleerde beginselen vroeger gepleegde onmenselijke praktijken te veroordelen. Dat was des te meer waar omdat de terechtstaande artsen of hun advocaten verwezen naar in hun ogen vergelijkbare praktijken in de Verenigde Staten of Europa. Karl Brandt, de lijfarts van Hitler en verantwoordelijke voor het zogenaamde 'euthanasie' programma Aktion T4, verwees tijdens zijn ondervraging bijvoorbeeld naar de Amerikaanse experimenten met mosterdgas tijdens de eerste wereldoorlog. De verdediging poogde aan te tonen dat de nazi-experimenten in de lijn lagen met experimenten op mensen die sinds het begin van de 20ste eeuw overal ter wereld werden uitgevoerd uit militaire noodzaak. Volgens de rechters echter waren de omstandigheden - de brutaliteiten, folteringen en moord - waarmee de nazi's experimenten uitvoerden volledig in strijd met de destijds reeds bestaande internationale verdragen, wetten en gebruiken in geciviliseerde landen. De beginselen vervat in de Neurenbergcode kwamen dus niet uit de lucht vallen. Ze werden door de rechters afgeleid uit de elementaire beginselen van menselijkheid verankerd in het internationaal recht, de gewoonten en gebruiken. Dat wordt ook wel 'rechtsvinding' genoemd. De Leuvense hoogleraar Walter van Gerven sprak in dat verband over 'het beleid van de rechter'. Centraal in de debatten stond het principe dat niemand zonder zijn vrijwillig gegeven geïnformeerde toestemming onderworpen mag worden aan een medisch experiment. Anno 2022 is dat vanzelfsprekend, in 1947 was dat helemaal niet het geval. In de Hippocratische medische ethiek was daarvan geen sprake. Pas na een grondige herziening van de Eed van Hippocrates door de Wereldvereniging van artsen in 1948 werd dit algemeen erkend. De negen andere beginselen in de Code van Neurenberg liggen in het verlengde van de gedachte dat niemand kan worden onderworpen aan onmenselijke handelingen: de afwezigheid van een valabel alternatief om het beoogde resultaat te bekomen (beginsel 2); gebaseerd op experimenten met dieren (beginsel 3); vermijden van onnodig lijden (beginsel 4); vermijden van risico op overlijden of ernstig letsel (beginsel 5); een evenwicht tussen risico en te verwachten voordelen van het experiment (beginsel 6); deugdelijke voorbereiding en geschikte faciliteiten voor het uitvoeren van het experiment (beginsel 7): uitvoering door wetenschappelijk gekwalificeerde personen (beginsel 8); de proefpersoon mag de deelname aan het experiment steeds beëindigen (beginsel 9) en bij dreigend gevaar voor het leven of de integriteit van de proefpersoon volgt onmiddellijke beëindiging van het experiment (beginsel 10). Inmiddels bestaat er een uitvoerig Europees en nationaal regelgevend kader voor medische experimenten. Daarin zijn de beginselen van de Code van Neurenberg, weliswaar in andere formuleringen, stevig verankerd en gewaarborgd. De herinnering aan deze Code en wat er aan vooraf ging, moet wel levendig blijven.