Slechts 3% van alle reïntegraties leidt tot medische overmacht

Bij 59% van de officiële reïntegratietrajecten besluit de arbeidsarts tot medische overmacht, maar een tienvoud van de reïntegratieonderzoeken gebeurt via officieuze trajecten, via een bezoek voorafgaand aan de werkhervatting en/of een werkhervattingsonderzoek. De overgrote meerderheid van werknemers die gewoon voltijds hervatten zonder aanpassingen ga ik even buiten beschouwing laten. Dan blijkt dat bij slechts 3% van de reïntegraties er geen tijdelijk of definitief aangepast of ander werk mogelijk is, en dus medische overmacht nodig is. Niet direct een ontslagmachine dus.

Een reïntegratietraject is niet alles of niets

In een recent opiniestuk in Artsenkrant geeft collega dr. Paul Beke aan dat het voor geen van de betrokken partijen vanzelfsprekend is om een zieke na zes à twaalf maanden terug het werk te laten hervatten in een systeem van alles of niets. Daar ben ik het mee eens. Maar dat is ook helemaal geen vereiste. De grote meerderheid van de werknemers die na langdurige ziekte reïntegreren, zij het via een officieel of officieus traject, doen dat via een deeltijdse hervatting. Dat hoeft ook geen 50% te zijn, bijvoorbeeld drie uur per dag, of één dag per week zijn mogelijke oplossingen die gevonden kunnen worden in overleg met de werkgever.

Hoe eerder reactiveren, hoe beter

Meerderheid van de werknemers reïntegreren via een deeltijdse hervatting

Er zijn meer dan 400.000 langdurig zieken in België. Dit heeft zich langzaamaan opgebouwd, en is pas de laatste jaren gaan stabiliseren. De kans dat iemand die al jaren op ziekenkas is, succesvol kan reïntegreren bij de huidige werkgever, is zeer klein. Een jaar ziek? Statistisch gezien keert minder dan 20% terug. Dus hoe eerder we de werknemer reactiveren, hoe groter de succesratio. Het belangrijkste is dat we eraan werken, en niet de werknemer passief op de ziekenkas laten zitten tot hij of zij hopelijk opnieuw volledig genezen is. Nu, soms is het gewoonweg niet mogelijk ofwel voor de werknemer om in dezelfde onderneming opnieuw aan de slag te gaan, ofwel voor de werkgever om een voor de werknemer haalbaar, aangepast of ander werk te voorzien.

Een medische overmacht hoeft niet negatief te zijn

Er zijn inderdaad werkgevers die reïntegratietrajecten willen misbruiken, enkel om de personeelslijst op te kuisen. Maar daar werken we niet aan mee. De werknemer is ook beschermd via de wet tegen discriminatie. Slechts één op de drie aanvragen tot medische overmacht komt van de werknemer zelf, omdat hij of zij om welke reden dan ook niet meer aan het werk kan of wil bij de huidige werkgever, en via deze weg een nieuwe start wil nemen. Vergeet niet, de werknemer vraagt er zelf niet om, om ziek te zijn. Maar hij of zij ziet soms gewoonweg geen mogelijkheid tot reïntegratie op de arbeidsmarkt, en in dergelijke gevallen kan een medische overmacht soms wel helpen. Deze ontslagen werknemers hebben bovendien recht op een outplacement, en een herscholing via de VDAB.

Meer overleg tussen de artsen is nodig

Op de recente Nationale Dagen voor Arbeidsgeneeskunde was reïntegratie één van de onderwerpen, en zowel een arbeidsarts, huisarts als adviserende arts hebben hun visie hierop gegeven. En ja, we zijn het er allemaal roerend mee eens dat meer overleg nodig is. Maar het is niet dat we vanaf nul moeten beginnen. Zo was er vanuit Domus Medica het Trio-project met overleg van arbeidsartsen en adviserende artsen op geïnteresseerde LOKs. Dit project is recent heropgestart na goedkeuring van het budget door het RIZIV. Hier gaan ook kringvergaderingen betrokken worden. Op de site van Beswic staan vragen en antwoorden over een terugkeer naar het werk; de huisarts kan voor zijn of haar patiënt een reïntegratietraject aanvragen via het eHealth platform Hector (zit al automatisch in de grootste softwarepakketten voor huisartsen) en via Seed-Connect kan de werknemer zelf zijn of haar arbeidsarts terugvinden.

Conclusie: ja, er is nog veel werk aan de winkel. Maar de eerste stappen zijn al wel gezet.

Slechts 3% van alle reïntegraties leidt tot medische overmachtBij 59% van de officiële reïntegratietrajecten besluit de arbeidsarts tot medische overmacht, maar een tienvoud van de reïntegratieonderzoeken gebeurt via officieuze trajecten, via een bezoek voorafgaand aan de werkhervatting en/of een werkhervattingsonderzoek. De overgrote meerderheid van werknemers die gewoon voltijds hervatten zonder aanpassingen ga ik even buiten beschouwing laten. Dan blijkt dat bij slechts 3% van de reïntegraties er geen tijdelijk of definitief aangepast of ander werk mogelijk is, en dus medische overmacht nodig is. Niet direct een ontslagmachine dus.Een reïntegratietraject is niet alles of nietsIn een recent opiniestuk in Artsenkrant geeft collega dr. Paul Beke aan dat het voor geen van de betrokken partijen vanzelfsprekend is om een zieke na zes à twaalf maanden terug het werk te laten hervatten in een systeem van alles of niets. Daar ben ik het mee eens. Maar dat is ook helemaal geen vereiste. De grote meerderheid van de werknemers die na langdurige ziekte reïntegreren, zij het via een officieel of officieus traject, doen dat via een deeltijdse hervatting. Dat hoeft ook geen 50% te zijn, bijvoorbeeld drie uur per dag, of één dag per week zijn mogelijke oplossingen die gevonden kunnen worden in overleg met de werkgever.Hoe eerder reactiveren, hoe beterEr zijn meer dan 400.000 langdurig zieken in België. Dit heeft zich langzaamaan opgebouwd, en is pas de laatste jaren gaan stabiliseren. De kans dat iemand die al jaren op ziekenkas is, succesvol kan reïntegreren bij de huidige werkgever, is zeer klein. Een jaar ziek? Statistisch gezien keert minder dan 20% terug. Dus hoe eerder we de werknemer reactiveren, hoe groter de succesratio. Het belangrijkste is dat we eraan werken, en niet de werknemer passief op de ziekenkas laten zitten tot hij of zij hopelijk opnieuw volledig genezen is. Nu, soms is het gewoonweg niet mogelijk ofwel voor de werknemer om in dezelfde onderneming opnieuw aan de slag te gaan, ofwel voor de werkgever om een voor de werknemer haalbaar, aangepast of ander werk te voorzien. Een medische overmacht hoeft niet negatief te zijnEr zijn inderdaad werkgevers die reïntegratietrajecten willen misbruiken, enkel om de personeelslijst op te kuisen. Maar daar werken we niet aan mee. De werknemer is ook beschermd via de wet tegen discriminatie. Slechts één op de drie aanvragen tot medische overmacht komt van de werknemer zelf, omdat hij of zij om welke reden dan ook niet meer aan het werk kan of wil bij de huidige werkgever, en via deze weg een nieuwe start wil nemen. Vergeet niet, de werknemer vraagt er zelf niet om, om ziek te zijn. Maar hij of zij ziet soms gewoonweg geen mogelijkheid tot reïntegratie op de arbeidsmarkt, en in dergelijke gevallen kan een medische overmacht soms wel helpen. Deze ontslagen werknemers hebben bovendien recht op een outplacement, en een herscholing via de VDAB. Meer overleg tussen de artsen is nodigOp de recente Nationale Dagen voor Arbeidsgeneeskunde was reïntegratie één van de onderwerpen, en zowel een arbeidsarts, huisarts als adviserende arts hebben hun visie hierop gegeven. En ja, we zijn het er allemaal roerend mee eens dat meer overleg nodig is. Maar het is niet dat we vanaf nul moeten beginnen. Zo was er vanuit Domus Medica het Trio-project met overleg van arbeidsartsen en adviserende artsen op geïnteresseerde LOKs. Dit project is recent heropgestart na goedkeuring van het budget door het RIZIV. Hier gaan ook kringvergaderingen betrokken worden. Op de site van Beswic staan vragen en antwoorden over een terugkeer naar het werk; de huisarts kan voor zijn of haar patiënt een reïntegratietraject aanvragen via het eHealth platform Hector (zit al automatisch in de grootste softwarepakketten voor huisartsen) en via Seed-Connect kan de werknemer zelf zijn of haar arbeidsarts terugvinden. Conclusie: ja, er is nog veel werk aan de winkel. Maar de eerste stappen zijn al wel gezet.