Praten... daar hield ik als kind heel erg van. Er werd zelfs gezegd dat ik enkel zweeg wanneer ik een chocoladereep kreeg. Nog steeds hou ik erg van praten, ook klasseer ik dit nu eerder in het vakje 'communiceren'.

Recent kreeg ik volgende vragen voorgeschoteld. "Waarom horen we jou niet meer? Heeft covid-19 jou stil gemaakt? Of komt het door het mondmasker dat we jou niet meer horen?" Ik wist totaal niet wat te antwoorden en bevestigde onmiddellijk de observatie: het meisje dat vroeger enkel zweeg in ruil voor een chocoladereep, was stil geworden!

Wat was er gebeurd? Was ik mijn stem kwijt? Was ik aan het verwelken? Of was ik enkel zo moe door alle covid-19-stress?

In het begin van deze pandemie werd ik absoluut stil. Stil door de angst die ik als intensivist voelde. Angst voor deze ongekende ziekte. Angst om deze crisis niet aan te kunnen. Angst om dit virus mee naar huis te nemen en zo mijn familie in gevaar te brengen. Angst om moeilijke ethische beslissingen te moeten nemen. Maar zeker ook angst om mijn menselijke warmte en professioneel enthousiasme te verliezen.

Maar ik werd ook stil door de dankbaarheid die ik voelde. Dankbaarheid om te mogen werken terwijl de rest van de wereld verplicht werd om thuis te blijven. Dankbaar om voor deze kritiek zieke patiënten te kunnen zorgen, om de job te mogen doen waarvoor ik opgeleid ben en waar ik echt van hou.

Ik was dankbaar om deel te mogen zijn van een professioneel team van gezondheidswerkers die allen hetzelfde doel hadden en dat was (en is) 'allen tegen covid-19'. Ik voelde me dankbaar voor het spontane leiderschap op de werkvloer en de spontane solidariteitsacties die in de maatschappij ontstonden.

Wat was er gebeurd? Was ik mijn stem kwijt? Was ik aan het verwelken? Of was ik enkel zo moe door alle covid-19-stress?

Ook dofheid popte op en maakte me stil. Dofheid door de emotionele afstand die t.o.v. mijn patiënten hield. Alle covid-patiënten op intensieve zorgen waren meer dan kwetsbaar en voornamelijk erg geïsoleerd. Weken tot maanden werden zij als het ware opgesloten in een ziekenhuiskamer, zonder perspecief, met enkel ons team als surrogaat voor hun familie. Ik probeerde me bewust niet in te leven in hun situatie. Dofheid bleef over.

Ik voelde me moe en zweeg. Moe, niet enkel door de workload en de chronische stress maar ook door de onmogelijkheid om te ontspannen. Extravert zijn en een lockdown is geen geweldige combinatie om op te laden. Ik was moe door het gemis aan lichtheid, vrolijkheid, het lachen en de babbeltjes over niet-covid-onderwerpen.

Mijn focus in mijn Eisenhowermatrix (*) raakte zoek. Hierin wordt een onderscheid gemaakt tussen dringende en belangrijke taken. In covid-tijden kon ik enkel focussen op wat dringend was (en dit is niet steeds belangrijk). Dagelijks brandjes blussen en overleven van dag tot dag was de opdracht. Het belangrijkste kwadrant waar de belangrijke maar niet-dringende taken zitten, kreeg geen ruimte. Het kwadrant waarin ingezet wordt op het uitwerken van nieuwe visies en ideeën, starten van projecten en ondernemen. Het kwadrant dat mij als mens laat groeien!

Deze vraag opende mijn ogen en liet me inzien dat het opnieuw tijd is om te babbelen en te sprankelen. Of misschien moet ik toch NEEN tegen de chocoladereep zeggen....

(*) Zie e-learning van De Experten.

Praten... daar hield ik als kind heel erg van. Er werd zelfs gezegd dat ik enkel zweeg wanneer ik een chocoladereep kreeg. Nog steeds hou ik erg van praten, ook klasseer ik dit nu eerder in het vakje 'communiceren'.Recent kreeg ik volgende vragen voorgeschoteld. "Waarom horen we jou niet meer? Heeft covid-19 jou stil gemaakt? Of komt het door het mondmasker dat we jou niet meer horen?" Ik wist totaal niet wat te antwoorden en bevestigde onmiddellijk de observatie: het meisje dat vroeger enkel zweeg in ruil voor een chocoladereep, was stil geworden! Wat was er gebeurd? Was ik mijn stem kwijt? Was ik aan het verwelken? Of was ik enkel zo moe door alle covid-19-stress?In het begin van deze pandemie werd ik absoluut stil. Stil door de angst die ik als intensivist voelde. Angst voor deze ongekende ziekte. Angst om deze crisis niet aan te kunnen. Angst om dit virus mee naar huis te nemen en zo mijn familie in gevaar te brengen. Angst om moeilijke ethische beslissingen te moeten nemen. Maar zeker ook angst om mijn menselijke warmte en professioneel enthousiasme te verliezen.Maar ik werd ook stil door de dankbaarheid die ik voelde. Dankbaarheid om te mogen werken terwijl de rest van de wereld verplicht werd om thuis te blijven. Dankbaar om voor deze kritiek zieke patiënten te kunnen zorgen, om de job te mogen doen waarvoor ik opgeleid ben en waar ik echt van hou. Ik was dankbaar om deel te mogen zijn van een professioneel team van gezondheidswerkers die allen hetzelfde doel hadden en dat was (en is) 'allen tegen covid-19'. Ik voelde me dankbaar voor het spontane leiderschap op de werkvloer en de spontane solidariteitsacties die in de maatschappij ontstonden.Ook dofheid popte op en maakte me stil. Dofheid door de emotionele afstand die t.o.v. mijn patiënten hield. Alle covid-patiënten op intensieve zorgen waren meer dan kwetsbaar en voornamelijk erg geïsoleerd. Weken tot maanden werden zij als het ware opgesloten in een ziekenhuiskamer, zonder perspecief, met enkel ons team als surrogaat voor hun familie. Ik probeerde me bewust niet in te leven in hun situatie. Dofheid bleef over.Ik voelde me moe en zweeg. Moe, niet enkel door de workload en de chronische stress maar ook door de onmogelijkheid om te ontspannen. Extravert zijn en een lockdown is geen geweldige combinatie om op te laden. Ik was moe door het gemis aan lichtheid, vrolijkheid, het lachen en de babbeltjes over niet-covid-onderwerpen.Mijn focus in mijn Eisenhowermatrix (*) raakte zoek. Hierin wordt een onderscheid gemaakt tussen dringende en belangrijke taken. In covid-tijden kon ik enkel focussen op wat dringend was (en dit is niet steeds belangrijk). Dagelijks brandjes blussen en overleven van dag tot dag was de opdracht. Het belangrijkste kwadrant waar de belangrijke maar niet-dringende taken zitten, kreeg geen ruimte. Het kwadrant waarin ingezet wordt op het uitwerken van nieuwe visies en ideeën, starten van projecten en ondernemen. Het kwadrant dat mij als mens laat groeien!Deze vraag opende mijn ogen en liet me inzien dat het opnieuw tijd is om te babbelen en te sprankelen. Of misschien moet ik toch NEEN tegen de chocoladereep zeggen.... (*) Zie e-learning van De Experten.