Materniteiten reduceren? Tijd voor een mature discussie
Het is sterk dat het KCE data aanlevert aan de ziekenhuizen over schaalvoordelen in materniteit, inclusief de evolutie naar nieuwe minimale normen. Enkel met de juiste inzichten kunnen ziekenhuisnetwerken hun aanbod optimaliseren binnen de ruimere herverdeling van zorgopdrachten. Dat is nodig in de huidige situatie waar er 20% overcapaciteit heerst en er veel geld verloren gaat aan inefficiënte structuren. Dus moeten we een deel van de dienstverlening verder centraliseren binnen netwerken of fusies. Zelfs het personeel kan vlot elders aan de slag. Wat wil je nog meer?
Toch lieten de afwijzende reacties niet lang op zich wachten. Moeder-kindzorg kent een emotionele waarde en is ook een belangrijk element in de klantenbinding van elk ziekenhuis. Daarom benoemden velen het direct als 'basiszorg', iets waar niet aan kan getornd worden. Maar laat iets van emotionele waarde een rationele benadering en kwalitatieve aanpak niet in de weg staan. Ook voor moeder-kindzorg is het noodzakelijk om in te zetten op een nieuw zorgmodel met preventie en psychosociaal welzijn, de mogelijke kwaliteitswinsten door schaalgrootte bij risicovolle bevallingen, en de reductie van het aantal keizersneden, vroeggeboorten, complicaties, kindersterften, ...
In een sector waar er zulke grote opportuniteiten zijn voor efficiëntiewinsten gekoppeld aan kwaliteitsverbetering (medische beeldvorming, chirurgie, etc.), zou het niet verantwoord zijn de oefening te beperken tot enkele van dit soort miniwerven.
De discussie moet dus niet alleen om efficiëntie via schaalvoordelen gaan, maar ook om kwaliteit. Denk aan afzonderlijke, gespecialiseerde materniteitsklinieken als deel van een brede moeder-kindondersteuning en een ziekenhuisnetwerk. Het is maar de vraag of de bevolking bij zo'n ruimere blik, met aandacht voor kwaliteit en betere zorg, ook nog emotioneel weigerachtig staat tegenover het schrappen van een aantal materniteiten. Finaal is het de meerwaarde van zorg die telt.
Geen hoerastemming
Tegelijk hebben we begrip voor de CEO's van de ziekenhuizen. De materniteit is niet het meest geschikte thema om de netwerkfunctie van ziekenhuizen echt op te starten. Bovendien moet de hervorming van de ziekenhuisfinanciering snel volgen om van dergelijke initiatieven succesverhalen te maken.
Deze hervorming betreft slechts enkele honderden zorgverleners op een totaal van 100.000 voltijdse zorgwerkers in Vlaanderen. Als we zelfs een kleine steen in de ganse grote werf van ziekenhuishervorming niet juist kunnen zetten op basis van objectieve criteria, wat dan met de andere, komende en veel moeilijkere verbouwingen? Hoe snijden we de discussie aan over de verdeling van prijzige, technische thema's als hart- en kankerspecialisaties? In een sector waar er zulke grote opportuniteiten zijn voor efficiëntiewinsten gekoppeld aan kwaliteitsverbetering (medische beeldvorming, chirurgie, etc.), zou het niet verantwoord zijn de oefening te beperken tot enkele van dit soort miniwerven.
De hervorming van de ziekenhuisfinanciering en de brede toewijzing van zorgopdrachten staan nog nergens. Een ziekenhuis dat efficiënter werkt of haar beddencapaciteit verlaagt, ziet haar inkomsten wegvloeien naar de totale sectorpot. Net op zulke cruciale obstakels biedt het beleid nog onvoldoende antwoorden. Het voorstel en de reacties erop leggen de vinger op de wonde over de traditionele afblokstrategie: Vlaanderen zal federaal wel blokkeren of omgekeerd. En zo komen we nergens.
Vinger op de wonde
De commotie over materniteiten als een eerste, beperkte beleidsstap legt vooral de vinger op de wonde wat betreft werkelijk en dringend noodzakelijk is: (1) de globale ziekenhuisfinanciering en de honoraria hervormen na vijf jaar voorbereidingstijd, (2) digitale zorg radicaal omarmen, (3) meer flexibiliteit doorvoeren via de Vlaamse erkenningsnormen om nieuwe zorgmodellen te laten slagen, (4) infrastructuurinvesteringen in lijn met internationale uitgaven, (5) een overheveling van het gezondheidszorgbeleid naar het Vlaams niveau, zodat we al deze hervormingswerven geïntegreerd kunnen laten landen.
Daar, en niet op de materniteit, zitten de hefbomen voor efficiëntere, betaalbare en kwalitatief hogere zorg. Doe die zaken en het sterke sociale ondernemerschap in de zorg zal wel degelijk efficiëntie-oefeningen omarmen.