Brrr ... Koud hè ... Erg Koud ... Berekoud ... (naar Henk Spaan en Harry Vermeegen, 1987/1988)
Het wordt weer kouder, en het weer wordt wat guurder. Het was wachten op de eerste 'koudeprik' en Koning Winter. Een paar graden onder nul en de Belgische auto's staan weer in lange files, de treinen rijden onregelmatiger, de ruiten moeten ontdooid worden, etc ...
De mens behoort tot de warmbloedigen, we zijn volledig onafhankelijk van onze omgeving. We hebben een grotere reserve voor hitte-eliminatie dan hitte-opslag. Onze verre voorouders kwamen uit Afrika en trokken noord- en zuidwaarts.
Ons koudegevoel is sowieso iets zeer subjectiefs. Vaak is er onze contreien eerder sprake van 'discomfort' en verminderd welzijn dan van ernstige gezondheidsrisico's. Onderkoeling wordt zo nu en dan eens beschreven bij accidentele onderdompeling in koud water (bv. bij verkeersongevallen, scheepsongevallen). Ook bevriezingsletsels met ijskristalvorming worden in ons land zeer zelden vastgesteld (bv. daklozen en/of alcoholintoxicatie).
De meeste koudeletsels zonder bevriezing, de 'winterhanden' en 'wintervoeten', zijn daarentegen schering en inslag. Allerhande huis-, tuin- en keukenmiddeltjes van Tante Kaat zijn terug te vinden om deze aandoening te lijf te gaan. De medische mogelijkheden voor de aanpak zijn uitermate beperkt. Zelfs voor meer reguliere therapieën ontbreekt elk duidelijk bewijs van werkzaamheid.
Ten tijde van de Wereldoorlogen waren er 'loopgraafvoeten', dit zijn koudeletsels zonder bevriezing die ontstaan bij vochtige koude rond het vriespunt.
De meest voorkomende extreme blootstelling in onze streken is deze aan kunstmatige koude, met name in diepvriescellen en koelinstallaties. Werknemers werken daar tot -25 °C, maar in een gecontroleerde toestand wat betreft temperatuur, vochtigheid en windsnelheid.
Een andere vorm die niet vergeten mag worden is de contactkoude, bij het vastnemen van ijskoude producten (bv. vis of vlees).
Bij buitenwerk met blootstelling aan een stevige wind is de Wind Chill Index of "gevoelstemperatuur" dan weer van tel. Meestal ligt de gevoelstemperatuur 1 à 3 graden lager dan thermometertemperatuur, tenzij er zéér hevige winden optreden.
We trotseren de koude op vakantie beter dan tijdens het werk: voor een dosis winterpret wordt er diep in de buidel getast.
Er wordt veel geld besteed aan flitsende en dure skipakken, die hooguit enkele weken per jaar dienstdoen. Dat is in groot contrast met de werkuitrusting van werknemers die vaak buitenactiviteiten te verrichten hebben. Slechte uitrusting kan zorgen voor een ondermaatse bescherming tegen 'koudestress', de belasting op het lichaam. Dit kan in de eerste plaats leiden tot minder comfort.
Belgen moeten zich dus met goedkopere werkkleding warm zien te houden, maar vaak ontberen ze de kennis om dat goed te doen. We trotseren de koude op vakantie beter dan tijdens het werk: voor een dosis 'winterpret' wordt er diep in de buidel getast.
We kunnen veel leren van de inheemse bevolking uit het Noorden, de Inuit van Groenland en Noord-Amerika, alsook de bewoners van Siberië. Wat de bekende Noor Roald Amundsen dan ook deed: hij gebruikte ed kleding en uitrusting van deze meest aangepaste populaties tijdens zijn expedities, waaronder die succesvolle naar de Zuidpool. Maar Amundsen legde het loodje bij een reddingsactie naar Thorvald Nilsen boven de Noordelijke IJszee.
België beschikte over enkele ervaren poolreizigers. Baron Adrien de Gerlache de Gomery (1866-1934) was een pionier en leidde de eerste Belgische Zuidpoolexpeditie met zijn schip "De Belgica". Dixie Dancercoer (1962-2021) was de man van de goede voorbereiding. Maar enkele jaren geleden werd de ruige Groenlandse natuur hem toch fataal.
Zo zie je maar. De natuur geeft en de natuur neemt.
Zoals de IJslanders zeggen: er bestaat geen slecht weer, enkel slechte kleding.