...

Om de zorgkwaliteit van de aanpak van knieartrose in ons land te meten en te verbeteren, kreeg het KCE de vraag om kwaliteitsindicatoren te ontwikkelen voor de Belgische context. Het KCE-project is een eerste aanzet. In België zijn de deelstaten bevoegd voor zorgbeleid en kwaliteitsevaluatie. Het rapport is dan ook in eerste instantie gericht aan de Belgische kwaliteitsinstituten: het Vlaams Instituut voor Kwaliteit van Zorg (VIKZ) en het 'Plateforme pour l'Amélioration continue de la Qualité des soins et de la Sécurité des patients' (PAQS) in Brussel en Wallonië. Zij kunnen de resultaten verder operationaliseren en implementeren. Het rapport kan eveneens een inspiratiebron zijn voor alle zorgverleners die betrokken zijn bij de aanpak van knieartrose, zodat iedereen die kampt met knieartrose kwaliteitsvolle zorg krijgt.Chirurgische ingreepDe aanpak bij knieartrose is er vooral op gericht om de ziekteprogressie te vertragen, de symptomen van de patiënt te temperen en diens mobiliteit en levenskwaliteit te verbeteren. Voor de meerderheid van de patiënten volstaat begeleide oefentherapie en is een chirurgische ingreep niet nodig. Knieartrose was de voorbije jaren verantwoordelijk voor ongeveer 26.000 ziekenhuisopnames per jaar in België, met slechts 2% van de patiënten in dagopname. Vrouwen vertegenwoordigden 61% van de opnames. De patiënten zijn gemiddeld 68 jaar oud. Daarnaast werd knieartrose gemeld als secundaire diagnose bij ongeveer 13.000 patiënten.De overgrote meerderheid van de patiënten die in 2020 werden gehospitaliseerd voor knieartrose, kreeg een primaire knieprothese (bijna 94%) (tegenover 4,6% bij knieartrose als secundaire diagnose). Artroscopieën worden steeds minder geattesteerd, van 0,2% (2016) tot minder dan 0,1% (2020) van de ziekenhuispatiënten met hoofddiagnose knieartrose.Volgens de OESO behoort België tot de Europese landen met het hoogste percentage knieprothesen per inwoner. Slechts drie andere Europese landen gaan ons voor.Enkele aanbevelingenOp basis van de wetenschappelijke literatuur en in samenwerking met een panel van zorgverleners en patiëntenvertegenwoordigers, bracht het KCE de belangrijkste aanbevelingen voor knieartrose samen. Enkele aspecten:Geïntegreerde zorgDe internationale richtlijnen voor de aanpak van knieartrose wijzen unaniem op het belang van patiëntgerichte, multimodale en multidisciplinaire zorg. Een aantal voorbeelden hiervan zijn de inzet en coördinatie van verschillende types van gekwalificeerde zorgverleners en het gebruik van zorgtrajecten, zowel voor de eerste als tweede lijn.In België bestaat er (nog) geen zorgtraject voor knieartrose. De kwaliteitsstatements in het KCE-rapport beschrijven het verloop van het ziekteproces van een patiënt, van diagnose met vroegtijdige klachten naar een chronische knieartrose, met verwijzingen voor oefentherapie, dieet, en in een later stadium naar de tweede lijn voor een opinie omtrent een eventuele chirurgische ingreep. Een zorgtraject organiseert en coördineert de aanpak, de behandeling en de opvolging van een patiënt met een chronische aandoening. Bij een multidisciplinair zorgtraject voor knieartrose zouden verschillende partijen betrokken zijn, afhankelijk van het stadium van de aandoening, met naast de patiënt, bv. de huisarts, kinesitherapeut en/of beweegcoach, chirurg, arts fysische geneeskunde, diëtist, en eventueel een zorgcoördinator.Lees hier de complete kwaliteitsstandaard en kwaliteitsindicatoren bij knieartrose.