Ik las met aandacht de opinie van collega-huisarts dr. Isolde Vandewal in De Standaard. Of beter, ik las de noodkreet van een van de zoveelste radeloze collegae.
Ik kan haar pleidooi deels volgen, maar deels ook niet.
"De jonge generatie flirt met de idee om de handdoek in de ring te gooien." Zo ver is het ondertussen gekomen. Ze somt een aantal factoren op die zouden leiden tot het maken van dit zwaarwichtig statement.
Wat me vooral opvalt, is dat ze haar verzuchtingen baseert in hoofdzaak op problemen in haar eigen regio, en op kleinere schaal, in haar eigen praktijk.
Dagelijks patiënten moeten weigeren, dagelijks moeten aanhoren dat we de huisarts niet meer aan de telefoon krijgen, de dagelijkse overload aan telefoons, het dagelijks gezeur van patiënten over het feit dat ze de dag zelf geen afspraak meer kunnen krijgen, enz.
Al deze ambetantigheden doen zich heus niet alleen in haar eigen werkomgeving voor. Daarvoor kan ze gerust minstens half Vlaanderen een bezoekje brengen. Ze zal dezelfde klaagzang horen.
Vervolgens haalt ze de ervaringen aan van een aantal vriendinnen die om uiteenlopende redenen ofwel niet gestart zijn met de job, ofwel mentaal op instorten staan, ofwel niet weten of ze over 5 jaar nog als huisarts zullen actief zijn.
Op de koop toe doet ze het relaas van een aantal paniekaanvallen die ze zelf heeft beleefd. Heel moedig van haar, zo naar buiten komen met je eigen kwetsbaarheid. Het illustreert alleen maar de malaise die actueel heerst binnen de huisartsenwereld en ver daarbuiten. Dat je je eigen machteloosheid en menszijn zo openlijk durft te uiten, verdient alleen maar respect. Het mag ook even gezegd worden.
Wij huisartsen zullen zelf deze crisis moeten aanpakken
Dat er initiatieven genomen worden, is zeker een verdienste: de wachtposten die al een tijdje actief zijn, de New Deal die in de steigers staat, de eerste schuchtere pogingen om de administritis een halt toe te roepen. Het zijn stuk voor stuk maatregelen die de huisartsenij op een andere leest wil schoeien. Dat je niet kunt verwachten dat deze ingrepen reeds na enkele weken significant effect resorteren, is de evidentie zelve.
De collega klaagt dat het allemaal veel te lang duurt. Dat we nog minstens 10 jaar zullen moeten wachten vooraleer het tij gekeerd zal zijn. Tja, hervormingen vragen nu eenmaal tijd. Je kan een situatie die reeds meer dan een decennium voorspeld werd, en waaraan men verzaakt heeft iets te doen, niet keren in een half jaar.
Ik zie rond mij een gans andere mentaliteit op de voorgrond komen. Er wordt verantwoordelijkheid opgenomen, er wordt gewerkt. Patiënten worden geholpen, zo goed en zo kwaad als het kan. Weliswaar binnen de contouren van wat kwalitatief en menselijk haalbaar is.
Toch mis ik een zekere vorm van 'commitment'. Een vorm van overtuiging, vastberadenheid, doorzetting, inzet. Een mentaliteit van vastberadenheid. De overtuiging om ervoor te gaan. Om niet bij de minste crisis, drukte of tegenslag de handdoek in de ring te gooien.
Je kan niet voor een beroep als huisarts kiezen als was het een flexi-job
Iedereen die het beroep verlaat of op een lager pitje wil draaien, zal daar zijn redenen voor hebben. Waarvoor alle respect trouwens. Maar je kan niet voor een beroep als huisarts kiezen, als was het een flexi-job. Waarmee ik de waarde van een flexi-job geenszins onrecht wil aandoen.
Kiezen voor huisarts betekent kiezen voor een leven ten dienste van je medemens. Het houdt in dat je een groot deel van de week je talenten aanwendt om de medemens op medisch vlak te helpen. Huisarts zijn is meer dan een fulltime opgave. Het is geen job waarbij je de wagen instapt, je werk doet op kantoor, naar huis rijdt, en klaar is kees.
De vele groepspraktijken en duo's maken het nu reeds mogelijk om veel meer dan vroeger tijd te spenderen buiten het beroep. Tijd voor de kinderen, tijd om zelf eten te maken, tijd om quality time te beleven met je gezin, tijd om je passie te ontwikkelen. Het was voor de huisarts van de vorige generatie simpelweg onmogelijk.
Dat er dus niks ten gronde veranderd is op gebied van 'me time', dat is de realiteit geweld aandoen.
De meeste van de kritieken welke de collega uit, gaan bovendien al een hele tijd mee. Al enkele decennia. Het illustreert in zekere zin ook het respect dat onze overheid over heeft voor onze beroepsgroep.
Het is daarnaast ook geen geheim dat er in de grond geen tekort is aan het aantal huisartsen, maar wel aan de spreiding ervan. De meeste instromers troepen samen in meer stedelijke gebieden en randgemeenten. Alles wat buiten die stedelijke context valt, wordt weinig tot niet benut. Wegens schijnbaar 'onaantrekkelijk'.
Ik ben ervan overtuigd dat, mits een betere spreiding, een betere opvoeding van onze patiënten, en een verloning die echte waardering uitdrukt, we met het huidige aantal huisartsen wel degelijk deze crisis kunnen bezweren
Ziedaar wat onze overheid verwacht van ons: de zorg moet zo laagdrempelig mogelijk zijn. Alle financiële barrières moeten weg. Er moet continuïteit van zorgen zijn. 24 uur op 24 uur. Voor gelijk welke graad van ernst van ziekte, moet elke burger op gelijk welk ogenblik binnen een aanvaardbare tijdspanne een arts kunnen zien.
Alles moet in het werk gesteld worden om de patiënt in de watten te leggen. O wee als je durft te wijzen op 'plichten', die wat mij betreft, evident zijn in ons systeem dat overheerst wordt door 'rechten'. Je kan geen goede kwaliteit van zorg bieden, als je niet elke stakeholder naast rechten, ook plichten oplegt.
Het is trouwens ook een illusie te denken dat onze overheid de huidige malaise zal oplossen. De oplossingen zullen van onderuit moeten komen. Van onszelf dus. Wij huisartsen zullen zelf deze crisis moeten aanpakken.
Ik ben ervan overtuigd dat, mits een betere spreiding, een betere opvoeding van onze patiënten, en een verloning die echte waardering uitdrukt, we met het huidige aantal huisartsen wel degelijk deze crisis kunnen bezweren.
Onze collega heeft zeker legitieme bezwaren en haar klaagzang is zeker deels terecht, maar even aan introspectie doen zal tonen dat ook wijzelf boter op het hoofd hebben. Het is heus niet enkel de overheid die de schuldige is.