...

Sommige artsen konden op deze manier al papierloos voorschrijven vanaf 1 juni. Maar op 15 september moet alle software aan dit systeem zijn aangepast. De bedoeling is nu zorgverleners en het grote publiek over het nieuwe geneesmiddelenvoorschrift in te lichten. Het papierloze, digitale voorschrift opent voor arts én patiënt een aantal nieuwe mogelijkheden. DematerialisatieDe officiële term is eigenlijk dematerialisatie. Voor dit vernederlandst woord uit het Frans - in plaats van voor 'papierloos' - is waarschijnlijk gekozen omdat het in principe de bedoeling is dat de arts zijn patiënt wél nog een op papier afgedrukt bewijs van voorschrift meegeeft. Zeker in het begin. Alleen de patiënten, als ze voldoende vertrouwd zijn geraakt met het nieuwe systeem, kunnen aangeven dat ze het papieren bewijs niet meer nodig hebben. Het verschil met de voorbije periode is vooral dat de patiënt het papier bij de apotheker eigenlijk niet meer nodig heeft. Hij kan zijn geneesmiddel evengoed afhalen met een digitaal bewijs op zijn smartphone, of gewoon met zijn eID. Om problemen bij de apotheker te vermijden, overigens, wordt een papieren bewijs van voorschrift zeker het best altijd aan de patiënt gegeven tijdens een wachtdienst, of als het gaat om een magistrale bereiding. Aflevering op diverse manierenDe communicatie van Recip-e over de nieuwe werkwijze maakt een onderscheid tussen 'digitale' en 'niet-digitale' patiënten - naargelang deze al dan niet vertrouwd zijn met computers, het internet, of op zijn minst behoorlijk met een smartphone overweg kunnen. Voor wie niet vertrouwd is met deze hedendaagse technologie, blijft het papieren bewijs van voorschrift uiteraard het enige houvast. Al vertelt men deze niet-digitale patiënten toch beter wat meer over het nieuwe systeem. Als ze hun papier met het bewijs van voorschrift zouden verliezen, kunnen ze voortaan met hun eID - of bij de apotheker bij wie ze gewoonlijk gaan - wellicht toch nog hun medicatie gaan ophalen.Het belangrijkste punt bij de 'dematerialisatie' van het geneesmiddelenvoorschrift is dat de patiënt zijn geneesmiddel nog steeds kan afhalen met de barcode op het papieren bewijs van voorschrift, maar dat hij dat ook kan met een digitaal bewijs op zijn smartphone. En bovendien kan de patiënt bij de apotheker ook alleen met zijn eID om zijn geneesmiddel gaan. Na het inlezen van de eID van de patiënt kan de apotheker trouwens een therapeutische relatie met de patiënt aantonen. De eerstvolgende vijftien maanden volstaat dan dat de patiënt zijn rijksregisternummer geeft aan dezelfde apotheker opdat die de medicatie zou kunnen afleveren. PrivacyHet afhalen van een geneesmiddel met het eID gaat niet wanneer de Visi-vlag van het geneesmiddel 'toe' is gezet. De Visi-flag beschermt de privacy van de patiënt. De apotheker krijgt met het eID alleen de geneesmiddelen te zien waarvan de Visi-flag 'open' staat, wat de standaard is. Een geneesmiddel met de Visi-flag 'toe' kan een patiënt alleen afhalen met de barcode (RID) op het papieren of in het digitale bewijs. Maar de patiënt zelf kan de Visi-flag weer 'open' zetten, bijvoorbeeld net voordat hij naar de apotheek gaat. Meer zelfs: de patiënt kan het geneesmiddel zichtbaar maken voor juist één apotheker. Weg wijzenHet is belangrijk dat patiënten de weg vinden naar toepassingen als MyHealthViewer of mijngezondheid.be om de geneesmiddelen waarvoor ze een voorschrift hebben te beheren. Hij kan in die toepassingen zien welke voorschriften hij heeft, hij kan de Visi-flag voor een middel 'open' of 'toe' zetten, hij kan een geneesmiddel 'reserveren' bij de apotheker (alleen de patiënt kan dat). Van artsen wordt verwacht dat ze patiënten de weg helpen vinden naar bijvoorbeeld mijngezondheid.be, en de mogelijkheden daarvan. Therapietrouw controlerenOok voor artsen biedt het digitale voorschrijven nieuwe mogelijkheden: hij kan vooral controleren of de patiënt een voorschrift bij een apotheker heeft afgehaald. Zo kan hij kan de therapietrouw beter opvolgen. Hij kan als 'vrije tekst' een boodschap meegeven aan de apotheker. Hij kan, als zijn software die optie bevat, feedback aan de apotheker vragen, en boodschappen van de apotheker bekijken. De arts kan - indien dat nodig zou blijken - een voorschrift weer annuleren. Bij het digitale voorschrift is het zo dat er per geneesmiddel één voorschrift wordt gemaakt - dit levert de arts geen extra werk op. Er zijn op dit principe wel uitzonderingen bij bepaalde, vooraf gedefinieerd combinaties. Eén voorschrift per geneesmiddel vergemakkelijkt het om een link te maken naar het medicatieschema van de patiënt.