De stijging is te verklaren door een toename van het aantal orgaandonoren in die periode, van 12.000 tot bijna 15.000 (een stijging van 21%). Daardoor waren 4.600 extra transplantatieoperaties mogelijk, van 28.100 in 2008 tot 32.700 in 2015.

Ter illustratie: het aantal niertransplantaties in de EU steeg tussen 2008 en 2015 met 60%, de levertransplantaties met 24% en de harttransplantaties met 11%.

Meer specifiek tekende zich in Spanje, Frankrijk, het VK, Polen en Nederland de grootste toename af van het totale aantal transplantaties.

Bulgarije, Litouwen, Finland, Kroatië, Hongarije, Tsjechië, Slovenië, Letland en Denemarken zagen de sterkste procentuele stijging van het aantal van transplantaties.

Niet alle landen boekten echter vooruitgang. Zo daalde het aantal in Griekenland en Cyprus. Maar ook in Duitsland, waar het aantal transplantaties met 20% daalde.

Samenwerken

Volgens Nivel, dat de studie uitvoerde, deed deze toename zich voor in de loop van het Action Plan on Organ Donation and Transplantation, dat de Europese Unie in 2009 opstartte en in 2015 afliep. In het plan waren een aantal actiepunten opgevat die lidstaten kunnen helpen het tekort aan orgaandonoren te verminderen.

Naast een stand van zaken op het gebied van aantallen donoren en transplantaties in de EU, analyseerde Nivel in welke mate dit plan geïmplementeerd is zowel op EU-niveau als in de afzonderlijke EU-lidstaten.

Concreet heeft het actieplan ervoor gezorgd dat er lokale transplantatiecoördinatoren voor postmortale donatie zijn aangesteld, en dat er registers voor het volgen van de gezondheid van levende donoren zijn opgezet. Ook zijn er verschillende overeenkomsten tussen landen gemaakt, waardoor organen kunnen worden uitgewisseld met andere landen.

Het Europees actieplan heeft er vooral toe geleid dat landen samenwerken, waarbij de Europese Commissie als facilitator optreedt en projecten financiert.

De stijging is te verklaren door een toename van het aantal orgaandonoren in die periode, van 12.000 tot bijna 15.000 (een stijging van 21%). Daardoor waren 4.600 extra transplantatieoperaties mogelijk, van 28.100 in 2008 tot 32.700 in 2015.Ter illustratie: het aantal niertransplantaties in de EU steeg tussen 2008 en 2015 met 60%, de levertransplantaties met 24% en de harttransplantaties met 11%.Meer specifiek tekende zich in Spanje, Frankrijk, het VK, Polen en Nederland de grootste toename af van het totale aantal transplantaties. Bulgarije, Litouwen, Finland, Kroatië, Hongarije, Tsjechië, Slovenië, Letland en Denemarken zagen de sterkste procentuele stijging van het aantal van transplantaties.Niet alle landen boekten echter vooruitgang. Zo daalde het aantal in Griekenland en Cyprus. Maar ook in Duitsland, waar het aantal transplantaties met 20% daalde.SamenwerkenVolgens Nivel, dat de studie uitvoerde, deed deze toename zich voor in de loop van het Action Plan on Organ Donation and Transplantation, dat de Europese Unie in 2009 opstartte en in 2015 afliep. In het plan waren een aantal actiepunten opgevat die lidstaten kunnen helpen het tekort aan orgaandonoren te verminderen.Naast een stand van zaken op het gebied van aantallen donoren en transplantaties in de EU, analyseerde Nivel in welke mate dit plan geïmplementeerd is zowel op EU-niveau als in de afzonderlijke EU-lidstaten.Concreet heeft het actieplan ervoor gezorgd dat er lokale transplantatiecoördinatoren voor postmortale donatie zijn aangesteld, en dat er registers voor het volgen van de gezondheid van levende donoren zijn opgezet. Ook zijn er verschillende overeenkomsten tussen landen gemaakt, waardoor organen kunnen worden uitgewisseld met andere landen. Het Europees actieplan heeft er vooral toe geleid dat landen samenwerken, waarbij de Europese Commissie als facilitator optreedt en projecten financiert.