Voor aanvang van een symposium over levensmoeheid vindt 64% van de aanwezigen dat dit een reden kan zijn voor euthanasie. Na de congresuiteenzettingen gaat het nog steeds over 40% van de artsen. Geen wetenschappelijke peiling natuurlijk, louter een poll zonder nuance. Desondanks zijn het onthutsende cijfers. Ze geven de tegenstanders van de euthanasiewet - nu en 15 jaar geleden bij de 'making of' - overschot van gelijk: dit is een hellend vlak. Oorspronkelijk was de wet bedoeld voor uitzonderlijk gebruik, ondertussen stijgt het aantal gevallen nu al 15 jaar quasi onafgebroken. Is dat een probleem? Twee decennia geleden gebeurde euthanasie ook, maar dan verdoken. En onderzoek toont aan dat anno nu slechts de helft van de gevallen gerapporteerd wordt. De wettelijke regeling heeft dus zin en heeft - om het enigszins morbide uit te drukken - nog groeimarge.
Ook inzake euthanasie wegens levensmoeheid zitten we op een hellend vlak
Zijn er geen grenzen aan de groei? We mogen hopen van wel. Is levensmoeheid bij ouderen en bij andere leeftijdscategorieën een mogelijke grens? Een medisch probleem is het niet. Wel kan levensmoeheid gecatalogeerd worden onder de noemer psychisch lijden - lichamelijke kwalen kunnen wel aan de grondslag liggen. Maar hoe uitzichtloos is het? Hoe ernstig? Hoe ondraaglijk? Hoe existentieel? Hoe blijvend? Rechtvaardigt dit euthanasie? Het zijn bekende kritische vragen en ze snijden hout. Zeker in een domein waarin weinig onderzoek gebeurde en waarover weinig geweten is, is uiterste voorzichtigheid geboden. Toch. Een volgens de regels van de wet uitgevoerde euthanasie valt onder alle omstandigheden te verkiezen boven bijvoorbeeld zelfdoding in mistige omstandigheden. En zo zitten we ook wat levensmoeheid betreft weer op het hellend vlak...