...

Kan u de inhoud van deze module omschrijven? Wat komt er juist aan bod? Ann Dierickx: Het doelpubliek van dit postgraduaat is heel divers: artsen, waaronder hoofdartsen en diensthoofden, ziekenhuisdirecteurs, kinesisten, tandartsen en ook juristen. Daarom start ik met een overzicht van de regelgeving over de beroepsuitoefening in de gezondheidszorg. Het vertrekpunt zijn de algemene principes, zoals dat je niet mag werken zonder diploma en erkenning, visum en inschrijving bij de orde. Sinds vorig jaar behandel ik ook de nieuwe Kwaliteitswet, die algemene principes vastlegt die voor elk zorgberoep anders ingevuld en gemoduleerd worden. Ik begin met de regelgeving toepasbaar op artsen, en gebruik dat alles als opstapje om het te hebben over andere beroepsbeoefenaars zoals apothekers, maar ook paramedische beroepen. Voor de meeste beroepen laat ik iemand vanuit het veld vertellen om het allemaal wat tastbaarder te maken en niet te droog juridisch. Het is zeker niet de bedoeling om van artsen juristen te maken, of omgekeerd (lacht). De actualiteit bepaalt ook het programma: wat zeker aan bod zal komen dit jaar zijn de nieuwe bevoegdheden voor de apotheker in verband met vaccinaties. Hopelijk zitten er een aantal kritische artsen in de zaal. Dan kunnen we daarover discussiëren. U noemde de Kwaliteitswet al. Wat moeten artsen daarover weten? Het belangrijkste vernieuwende aan de Kwaliteitswet vind ik de toezichtscommissie. Zeker na de laatste wijzigingen afgelopen zomer heeft die ruime bevoegdheden en beslissingsmogelijkheden gekregen - veel ingrijpender dan de oude Provinciale Geneeskundige Commissies. Daarbij overlopen we de verschillende controletools uit de Kwaliteitswet zoals het visum (de intrekking en het voorwaardelijk behoud ervan), het verbeterplan, de boetes en eventuele doorverwijzing naar het parket. De wet is nog niet bijzonder gekend. Als ik lezingen geef, zijn er soms zelfs artsen of specialisten die beweren dat zij geen visum hebben. Toch wel, en ze kunnen het verliezen ook indien de Kwaliteitswet niet gerespecteerd wordt. Een ander aandachtspunt is de omkaderingsverplichting, die in de wet eigenlijk heel vaag omschreven is. Ze stelt dat je steeds 'voldoende omkaderd' moet zijn - maar wat is dat juist? Welnu, deze verplichting wordt nader ingevuld vanuit de bestaande normering in de ziekenhuiswetgeving, de zorgprogrammawetgeving, de erkenningsregelgeving, etc. Het niet respecteren ervan heeft sinds de Kwaliteitswet verdergaande gevolgen dan bv. het niet mogen organiseren of aanrekenen van een prestatie. En dat heeft toch wel impact op artsen die actief zijn binnen een ziekenhuis. Gaat u ook in op de spanning tussen Kwaliteitswet en therapeutische vrijheid? Die laatste blijft uiteraard overeind, maar het is geen absolute vrijheid. Er zijn altijd andere rechten die een vrijheid inperken; het gaat erom een evenwicht te zoeken. Een lang theoretisch discours is mogelijk, maar mij interesseert vooral de realiteit. Als ik de vraag krijg, kaats ik ze dan ook altijd terug: wat is concreet uw probleem; waarom gaat u ervan uit dat deze vrijheid in een bepaalde casus beknot wordt? Dan kan ik een casus beoordelen rekening houdend met de therapeutische vrijheid, de Kwaliteitswet maar evengoed nog andere rechten en plichten waar de zorgverlener misschien niet aan denkt. Boeiend, dat soort discussies met een mondige groep. Zorg is vandaag multi- en interdisciplinair. Komt de samenwerking tussen verschillende zorgbeoefenaars ook aan bod? We gaan zeker ook in op samenwerkingsverbanden tussen bv. artsen. Het thema aansprakelijkheid komt uitgebreider aan bod in een latere module. Maar ik krijg ook vaak vragen over samenwerking tussen zorgberoepen, bijvoorbeeld over het medicatieschema: wie is daar verantwoordelijk voor eventuele fouten? Van belang is dan te weten wie schrijf- en leesrechten heeft. Het algemene uitgangspunt is dat iedereen zijn job moet doen: als iemand anders een fout maakt en je had dat kunnen en moeten zien, dan ben je toch mee verantwoordelijk? Ook hier probeer ik in te gaan op casussen, met duidelijke en concrete toelichting zodat ook zorgverleners er iets aan hebben.